De vandaag veel te weinig bekende Gabriel Dupont (1878-1914) studeerde compositie bij Massenet en Charles-Marie Widor en orgel bij Alexandre Guilmant. In 1901, tijdens zijn militaire dienst, nam Dupont deel aan de Prix de Rome. Hij won de tweede prijs, na André Caplet maar voor Maurice Ravel. Hij werd ook benoemd tot laureaat van de Sonzogno-competitie voor zijn opera ‘La Cabrera’, die later met succes werd gepresenteerd in La Scala en vervolgens in 1938 aan het Théâtre national de l’Opéra-Comique. Dupont overleed op 36-jarige leeftijd aan tuberculose en was misschien wel de laatste vertegenwoordiger van de Franse romantiek.
Geboren in het Normandische Caen, opgeleid door zijn vader, een leraar aan de middelbare school (het lycée Malherbe) en organist van de kerk Saint-Étienne in zijn woonplaats, ging Gabriel Dupont op vijftienjarige leeftijd studeren aan het Conservatorium in Parijs, waar hij harmonie studeerde bij Antoine Taudou, contrapunt bij André Gedalge en compositie bij Jules Massenet. In 1895 werd hij leerling van Alexandre Guilmant voor orgel, en compositie studeerde hij tussen 1897 en 1903 bij Charles–Marie Widor. Zijn twee broers hadden elk ook een artistieke carrière. Maurice werd oriëntalist en schrijver en bibliothecaris van het prachtig “Musée Guimet” (Musée national des arts asiatiques) in Parijs, en Robert werd landschapsschilder van de Sarthe en van Bretagne en werd de officiële schilder van de bestuurlijke overheid in Parijs.
In 1901, tijdens het vervullen van zijn militaire dienst, bereidde Gabriel zich voor op de Prix de Rome. Hij won een ‘1er Second Grand Prix’ na André Caplet maar voor… Ravel. Hij werd ook winnaar van het operaconcours van de uitgeverij “Sonzogno” in Milaan, met ‘La Cabrera’, die een opmerkelijk succes kende in de Scala en in het “Théâtre National de l’Opéra-Comique”. Pianist zijnde, componeerde hij een belangrijke pianocyclus ‘Les Heures dolentes’, op het thema van een bedlegerige patiënt. Na deze cyclus van 14 stukken (1903-1905) componeerde hij vervolgens een tweede cyclus van tien stukken, ‘La Maison dans les dunes’ (1908-1909). Hij componeerde verder ook nog drie opera’s, ‘La Glu’ (1909, première in 1910 in Nice), een Bretoens melodrama naar Jean Richepin, “La Farce du cuvier” (1911) en het exotische ‘Antar’ (‘conte héroïque en 4 actes’, 1912-1914), postuum in première gespeeld in de Parijse Opera in maart 1921. Dupont overleed op 36-jarige leeftijd aan tuberculose in de nacht van 1 op 2 augustus 1914 in Le Vésinet (Yvelines/Île-de-France) waar tal van artistieke grootheden zouden komen wonen. Het monument op zijn graf is er nog steeds en een laan in de stad draagt er zijn naam.
Met Dupont bevinden we ons in het hoogstaand, muzikaal milieu van Paul Fauchet, Paul Taffanel, Antoine Taudou, Georges Caussade en Paul Vidal en van schrijvers als Romain Rolland en Gabriele d’Annunzio. Koorleider en leraar harmonie Paul Fauchet kennen we nog van zijn “Cinquante” en “Quarante leçons d’harmonie”. Caussade was de leraar van o.a. Jehan Alain, Georges Auric en Lili Boulanger en was gehuwd met de pianiste, organiste en componiste Simone Plé (1897-1986). De vandaag totaal vergeten Antoine-Barthélémy Taudou (1846-1925) uit Perpignan was violist in het ‘Quatuor Taudou’ en telde vele vergeten grootheden als Louis de Serres, Charles Koechlin, Jacques de la Presle (leraar van…Maurice Jarre), Aymé Kunc, Joseph Boulnois, Joseph-Ermend Bonnal en Francisco Braga onder zijn leerlingen. Paul Taffanel was dirigent van de Opera van Versailles en Paul Vidal was leerling van Massenet, Marmontel en César Franck en werd de leraar van o.a. Aleksandr Tsjerepnin, Jacques Ibert, Lili Boulanger en…Aaron Copland! Zij wachten allemaal op herontdekking…
Duponts pianomuziek werd in première gepeeld door Maurice Dumesnil (1884-1974) (foto). Hij vormde met de violist Jules Boucherit en de cellist André Hekking, een bekend Trio. Leerlingen van de violist Jules Boucherit waren o.a. Ginette Neveu, Christian Ferras, Michel Schwalbé, Manuel Rosenthal, Ivry Gitlis, de jong overleden Michel Warlop die in de jaren ’30 jazz speelde met Django Reinhardt en Stéphane Grappelli, de violiste Lola Bobesco en de dirigent, Jean Martinon. Boucherit was gehuwd met de joodse violiste Denise Soriano, wiens filosofische broer samenwerkte met Jean Piaget in Genève. Om u maar een idee te geven in welk gezelschap we met Dupont vertoeven. Lees voor de gelegenheid eens “Les Secrets du Violon: Souvenirs de Jules Boucherit” (Editions des Cendres).
De muziek van Dupont is buitengewoon melancholisch en vol motie. De afwisselend impressionistische en symbolistisch-delicate sfeer van zijn muziek, was wellicht te wijten aan zijn fragiele gezondheid. Dupont componeerde muziek op gedichten van beroemde tijdgenoten, zoals Verlaine, Musset, Rimbaud en Leconte de Lisle, en de filosoof Vladimir Jankélévitch (1903-1985) die zijn muziek bewonderde, sprak er verschillende keren over in zijn boeken over muziek, bv. in “La Musique et l’Ineffable” en “Debussy et le mystère de I’instant”.
Uit het oorspronkelijk 14-delig “Les Heures dolentes” (1903-1905) ontdekt u op de cd van de pianiste en lerares aan de École normale de musique de Paris, Marie-Cathérine Girod (°1949) (foto), ‘Épigraphe’, ‘Du soleil au jardin’, ‘Après-midi de dimanche’, ‘Une amie est venue avec des fleurs’, ‘Coquetteries’, ‘Des enfants jouent dans le jardin’ en ‘Calme’. Maurice Dumesnil speelde de cyclus voor het eerst in december 1906 in de “Salle de la Société des agriculteurs de France” aan de rue d’Athènes in het quartier Saint-Georges in Parijs. In de orkestversie ontdekt u op de FugaLibera cd, “Épigraphe”, “La mort rôde”, “Des enfants jouent dans le jardin” en “Nuit blanche – Hallucinations”. Het programma op deze cd vervolgt met het driedelig symfonisch gedicht, “Jour d’Eté”, en eindigt met “Le Chant de la Destinée”.
Uit “La Maison dans les dunes” uit 1907-1909 op de MIRARE cd, ontdekt u dan weer ‘La maison du souvenir’ en het gevoelig ‘Mélancolie du bonheur’. De cyclus werd in juni 1910 voor het eerst gespeeld door Maurice Dumesnil in de Salle Pleyel in Parijs. Duponts ‘Poème pour piano et quatuor à cordes’ uit 1911 met als delen Sombre et douloureux, Clair et calme en Joyeux et ensoleillé is een meesterwerk. Het kwintet werd opgedragen aan Charles-Marie Widor en pianist Maurice Dumesnil en het Quatuor Willaume speelden het voor de eerste keer in maart 1911 in de nu verdwenen salle (Théatre) Malakoff in Parijs. Hier speelt pianiste Marie-Catherine Girod (°1949) solo en speelt ze samen met het befaamd Tsjechisch Pražák Kwartet. De pianiste die we kennen van de opname van de integrale pianomuziek van die andere vergeten grootheid Pierre-Octave Ferroud, kent de muziek zeer goed, want eerder gaf ze ‘Gabriel Dupont/Gustave Samazeuilh : La Maison dans les dunes/Le chant de la mer’ (Mirare cd) (foto) uit.
Patrick Davin (°1962) (foto) begon viool te studeren aan het Conservatorium van zijn geboorteplaats Huy, en studeerde vervolgens piano, viool, harmonie en fuga aan het Koninklijk Conservatorium van Luik. Hij vervolgde zijn opleiding aan het conservatorium van Toulon maar in de tussentijd was hij assistent in de vioolleraar van het Conservatorium in Luik. Hij was een leerling van René Defossez, Pierre Boulez en Peter Eötvös en creëerde een groot aantal werken van hedendaagse componisten zoals Philippe Boesmans, Henri Pousseur, Bruno Mantovani, Jean-Louis Agobet, Marco Stroppa en Vinko Globokar. In maart 2012 werd hij benoemd tot muziekdirecteur van het Orchestre symphonique de Mulhouse.
Patrick Davin weet met het schitterend Koninklijk Filharmonisch Orkest van Luik, op zijn beurt, perfect sonoor gestalte te geven aan de vaak zwaarmoedige, symbolistische, maar constant lyrische muziek van Dupont. Aarzel niet en ontdek deze muziek. Subliem gespeeld op twee magnifieke cd’s.
Gabriel Dupont Poème & Journée de printemps Marie-Catherine Girod Quatuor Prazak cd MIRARE MIR238
Gabriel Dupont COMPLETE SYMPHONIC WORKS Orchestre Philharmonique Royal de Liège Patrick Davin cd Fuga Libera FUG 751