Voor de keurvorst
J.S.Bach componeerde een Kyrie en een Gloria die hij in 1733 als Missa brevis aanbood aan Friedrich August II., de nieuwe keurvorst van Saksen. Hij hoopte daarmee een belangrijke positie aan het uitzonderlijk cultureel, Keurvorstelijk-Saksische en Koninklijk-Poolse hof te verwerven. Dit is niet gelukt. Bach voegde in 1748-1749 een Credo of ‘Symbolum Niceanum’, een Sanctus en Benedictus en een Agnus Dei toe, en putte daarbij rijkelijk uit eerdere composities. Zo ontstond de h-moll of Hohe Messe.
Ultiem meesterwerk
Enkele maanden vóór zijn overlijden in 1750 voltooide Bach dit meesterlijk, muzikaal testament. Ondanks de ernstige oogziekte waaraan hij toen leed, creëerde hij met zijn h-molle Messe een synthese van de hele geschiedenis van de mis met compositorisch vernuft en scherpzinnige tekstinterpretatie. Technieken uit de Middeleeuwen, Renaissance en Barok versmolten in Bachs ultiem meesterwerk tot wellicht de meest universele compositie uit het West-Europees repertoire. Op basis van het recentste onderzoek schetst Ignace Bossuyt de fascinerende ontstaansgeschiedenis van deze Mis binnen het historisch, muzikaal en religieus kader van Bachs tijd. Hij bespreekt in detail de vijf delen van de mis fragment per fragment, met aandacht voor zowel de puur muzikale aspecten als de theologische en symbolische duiding van de tekst.
Zeer gedetailleerde muzikale analyse
Na een handige chronologie beschrijft prof. Bossuyt de historische context (Bachs autografe partituur en aantekeningen in het compositiemanuscript van Carl Philipp Emanuel Bach), en staat hij stil bij het jaar 1733, het jaar van de Missa brevis voor Dresden. In 1748/1749 groeide het idee van de h-Moll-Messe als vijfdelige missa tota. Elk deel van het Missa Ordinarium (Kyrie, Gloria, Credo, Sanctus en Agnus Dei) wordt uitvoerig en in detail geduid en besproken, gevolgd door een grondige uitweiding over de parodie (ontleningen aan vroeger gecomponeerde wereldlijke en geestelijke cantaten). Ten slotte krijgen we een overzicht van de receptiegeschiedenis in de periode ca. 1750 – ca. 1900 en na 1900. Goed gekozen notenvoorbeelden illustreren de zeer gedetailleerde, muzikale analyse. Dit boek richt zich tot de professionele en semiprofessionele melomaan die een grondig inzicht wil verwerven in één van de machtigste religieuze kunstwerken aller tijden. Buitengewoon interessant!
(Ignace Bossuyt is emeritus gewoon hoogleraar van de Onderzoeksgroep Musicologie van de KU Leuven).
Ignace Bossuyt J.S. Bach. De h-Moll-Messe 204 bladz. Universitaire Pers Leuven ISBN 9462700958
Van dezelfde auteur: