Rond 1900 verscheen in het Duitse Keizerrijk een vloed aan volksliedverzamelingen met honderden liederen voor alle gelegenheden, leeftijds- en bevolkingsgroepen. In 1897 was als één van de eerste “Loreley” verschenen. Ze waren bedoeld voor de gezellige familie- en vriendenkring. De teksten gingen over het “Vaterland” en de “Heimat”, liefde, de jacht, de mooie natuur, het drinken, het studentenleven, enz… Maar, blijkbaar was het begrip “Volkston” zo vaag en algemeen geworden, dat in 1903, het sinds 1899 bestaand Berlijns tijdschrift “De Week”, een origineel initiatief nam. Voor een speciale editie werden aan bekende componisten liederen in volkse stijl (“im Volkston”) besteld.
Het Berlijns Weekblad “Die Woche”, werd van 1899 tot 1944 uitgegeven door August Scherl (1849-1921). Scherl gaf ook de Berlijnse krant “Berliner Lokal-Anzeiger” uit. In 1903 kondigde “Die Woche” een compositiewedstrijd aan met als doel nieuwe liederen ‘im Volkston’, in de stijl van het volkslied, aan te moedigen. Prominente componisten van de tijd werden eerst benaderd door de uitgever die vroeg om een passend Lied in te sturen. Bij een eerste uitvoering van de liederen bleek echter dat veel van deze liederen wel in een volksmuziekstijl waren gecomponeerd, maar door hun complexiteit nog dicht bij het Kunstlied aanleunden. Om die reden besloot de uitgever August Scherl in hetzelfde jaar een tweede wedstrijd te organiseren. Deze werd in principe op dezelfde manier georganiseerd, maar deze keer werden componisten niet persoonlijk en individueel benaderd maar was er een openbare aankondiging in het tijdschrift. Daarnaast kwam de uitdrukkelijke vraag naar beknoptheid, makkelijke zingbaarheid en begrijpelijkheid. De beste en mooiste van deze liederen zijn hier op deze opname vertegenwoordigd. Als bonus is ook “Waldeinsamkeit” van Max Reger opgenomen. Dit lied werd nl. door de componist ingediend, maar…afgewezen door de jury!
Het wedstrijdreglement voorzag het insturen van niet meer dan 50 maten tellende “Lieder im Volkston”. Een jury met onder meer, Carl Krebs, Engelbert Humperdinck, Eduard Lassen en Ludwig Thuille, zouden uit de ingezonden bijdragen, 30 liederen uitkiezen die gehonoreerd zouden worden met 100 Mark, en die vervolgens in een tweede speciale uitgave van “De Week”, gepubliceerd zouden worden. Voor deze cd werden bijna alle liederen van het eerste nummer opgenomen. Het voorwoord van het speciaal nummer wierp een licht op de bedoeling van de initiatiefnemers, Joseph Joachim, Carl Krebs en Engelbert Humperdinck, nl. door middel van een Lied, concreet antwoord geven op de vraag “Kan onze moderne tijd nog volksliederen voortbrengen?
De liederen waren van de hand van o.a. Eugen d’Albert, Wilhelm Berger, Leo Blech, Ignaz Brüll, Philipp zu Eulenburg, Engelbert Humperdinck, Wilhelm Kienzl, Eduard Lassen, Hans Pfitzner, Max Reger, Carl Reinecke, Max Schillings, Ludwig Thuille en Siegfried Wagner, jawel, zoon van. Het is een bijzondere bloemlezing geworden van de Duitse bellé-époque Liedkunst. Een heuse herontdekking. De uitvoerders zijn Regula Mühlemann (sopraan) (foto), Okka von der Damerau (mezzo), Wolfgang Schwaiger (bariton), Tareq Nazmi (bas) en Adrian Baianu (piano). Een mooie en vooral heel originele cd. Aanbevolen!
Lieder im Volkston Regula Mühlemann Okka von der Damerau Wolfgang Schwaiger Tareq Nazmi Adrian Baianu cd Oehms OC1875