Bachs Engelse suites kenmerken zich door hun quasi-improviserende openings preludes en dansbewegingen, die met een breed gamma aan stemmingen en stijlen, levendige dansen en de contemplatieve intensiteit van de langzame Sarabandes bevatten. De uitvoering op twee gitaren is een grote meerwaarde.
De frisse en historisch verantwoorde arrangementen voor twee gitaren van deze zes meesterwerken door het Montenegrijns Gitaar Duo, werden door de American Record Guide,terecht “simply ravishing” genoemd. De gitaristen uit de Balkanstaat bleven trouw aan de geest van de originele partituren. In hun arrangementen is veel onaangetast gebleven. De eisen van de Suites zijn voor een klavecinist niet overdreven uitdagend, maar voor een gitaarduo eisen de bewegingen in snelle tempi, veel virtuositeit. Goran Krivokapić en Danijel Cerovic spelen de werken trouwens in de tempi, zoals Bach ze heeft bedoeld, Voor gitaarliefhebbers in de eerste plaats, maar ook voor alle andere muziekliefhebbers, zijn dit twee absoluut noodzakelijke cd’s. Daarenboven zijn ze prachtig opgenomen.
De Engelse Suites is de titel die wordt gegeven aan een reeks van zes suites voor klavier/klavecimbel, vermoedelijk gecomponeerd in Weimar tussen 1720 en het begin van de jaren 1730. De naam “Engels” verwijst naar een anonieme Engelse edelman die aan Bach opdracht zou hebben gegeven tot het componeren van de zesdelige verzameling. Op een afschrift ervan, in het bezit van Bachs jongste zoon Johann Christian Bach, die voor het grootste deel van zijn leven in Engeland woonde, staat nadrukkelijk vermeld ‘fait pour les Anglois’, “gemaakt voor de Engelsen”.
Tijdens deze periode verkende Bach ook de suite als vorm in zes Franse suites en in de grote suites met de titel Partita’s en een Ouverture. De verkenning van Bach van de structurele en expressieve mogelijkheden van de suite als vorm, was zeer uitgebreid. De suites bleken opmerkelijk veelzijdige muzikale creaties te zijn die een breed scala aan stemmingen en stijlen omvatten in allemandes, courantes, bourrée’s en gigues, tot de quasi-improviserende préludes en de beschouwende intensiteit van de langzame en statige sarabande.
De Prélude van de 4de Suite wordt gevolgd door een Allemande, Courante, Sarabande en Gigue, waarvan de laatste wordt voorafgegaan door een extra paar bewegingen, die variëren. De Suite No. 4 is de kortste van de Engelse suites. De Prélude is virtuoos met een bijna orkestrale complexiteit van klankkleur en textuur. De tweede reeks dansen is na de levendige opening, meer terughoudend . De Courante opent met een fonkelende schittering, als een geanimeerd gesprek, waarbij de partijen perfect in balans zijn. De Sarabande is ingewikkeld gevarieerd en biedt ruimte voor fantasierijke verfraaiing. Er volgen dan twee menuetten, elk gekenmerkt door een levendige bas en een lyrische eenvoud in de melodische, hoge stem. Ten slotte opent de Gigue met een jachtmotief.
De Suite nr. 5, begint met een uitgebreide Prélude in de vorm van een heuse fuga, voortbouwend op het openingsthema en modulerend naar en aantal toonaarden, in een contrasterend middengedeelte vóór de terugkeer naar het origineel motief. De Allemande is ook fugatisch. Na de klagende sonoriteit van het begin bevat de tweede helft van de beweging als contrast enkele interessante dissonanten. De Courante is een uitbundige dans, voortgestuwd door energieke, ritmische patronen en meeslepende versieringen. In elke helft wordt het voorwaartse momentum van het tweedelige contrapunt op bepaalde momenten verlicht door beknopte frases gespeeld over een eenvoudige dominante pedaalbegeleiding voor de contrapuntische aspecten worden hervat. De Sarabande, in een driedelige structuur, bevat een vrije, vloeiende baslijn en een aangrijpende melodische lijn.
De passepied kwam vaak voor in Franse opera’s en balletten. In de laat barok werd het gebruikelijk dat ze in paren verschenen. De eerste Passepied in deze suite is in rondeau vorm. De heldere en levendige aard van de passepied is hier goed vertegenwoordigd in het rondeau en in de Passepied II als contrast. De Gigue is driedelig en fugatisch, de eerste helft bestaande uit twee complete exposities gescheiden door een korte overgang. De tweede helft begint igeleidelijk stijgend in toonhoogte vanuit de bas en de dramatische vitaliteit wordt als finale, afgerond door akkoorden.
De Suite nr. 6 tenslotte, opent in koraalstijl in 9/8, met elegante, gebroken akkoorden. Dit wordt onderbroken door een plotselinge versnelling, die naar een briljant fugatisch Allegro leidt. Van alle Préludes in de Engelse suites is dit de meest uitgebreide. De Allemande die volgt is in vergelijking, met een prachtige, contrapuntisch schriftuur en ingenieuze modulaties, een oase van rust, De Courante verenigt een melodische lijn in Franse stijl met een sprankelende, lopende bas.
De Sarabande, in 3/2, heeft een hymne-achtige waardigheid, De Double breidt het emotioneel bereik uit met een tot filigraan geweven textuur die een fijne sonoriteit creëert. Het contrasterend paar Gavottes met een parmantig lopende basbegeleiding, brengt de sfeer van een pastorale dans. De tweede Gavotte roept beelden op van blaasinstrumenten die een rustiek refrein spelen. De Gigue, in 12/16, is virtuoos in zowel de compositorische zin als door de technische eisen die hij stelt aan de uitvoerders. De onvergelijkbare en onovertroffen fugatische kunst van Bach is hier volledig en optimaal uitgewerkt. De tweede helft klinkt in spiegelbeeld en als inversies van de expositie van de opening. De pracht van de trillers op strategische plaatsen, geëvenaard door de snelle noten als in perpetuum mobile, leidt tot de formidabele, formidabele finale. Zuiver, warm, intiem, kortom, Fantastisch gespeeld. Magni-magnifiek! Niet te missen!
J.S. BACH English Suites Nos. 1-3 Arranged for 2 guitars Montenegrin Guitar Duo cd Naxos 8.573473
J.S. BACH English Suites Nos. 4-6 Arranged for 2 guitars Montenegrin Guitar Duo cd Naxos 8.573676