De productie van de Salzburger Festspiele van 2017 op dvd werd geregisseerd door William Kentridge. Hij trok in deze productie een parallel met de Eerste Wereldoorlog. De Opera van Frankfurt, o.l.v. Sebastian Weigle, levert een vlijmscherpe en spannende interpretatie. Met Audun Iversen en Claudia Mahnke in de hoofdrollen toont de opname een ideale cast. Aanraders.
Franz Wozzeck, een door armoede getekende soldaat, worstelt om zijn onwettige zoon en de moeder van het kind te onderhouden. En dit terwijl hij de vernederingen moet ondergaan van vrijwel iedereen uit zijn omgeving. Hij laat zich misbruiken als proefkonijn voor experimenten van een dokter en hij wordt uitgebuit door de plaatselijke garnizoenskapitein. Tot hij ontdekt dat zijn vriendin hem ontrouw is geweest. Hij vermoordt haar en vervolgens, verscheurd door schuldgevoelens en angst, verdrinkt hij terwijl hij probeert het moordwapen uit het meer te halen. De slotscène is huiveringwekkend. We zien een tragedie. De verweesde peuter beseft niet wat er is gebeurd is, wanneer de oudere kinderen het lijk van de moeder hebben gevonden.
Maar, welke affiniteit voelde Alban Berg (1885-1935) met de zielige, arme Woyzeck na de toneelvoorstelling van het gelijknamig drama in het Wiener Residenztheater? Berg, de knappe dandy, de grand seigneur van de Weense, culturele uitgaanswereld, trefpunt van de ‘beau monde’, was voor anderhalf uur geconfronteerd geweest met het ellendig bestaan van een ietwat simpele garnizoen soldaat van de derde stand, een rang in de maatschappelijke hiërarchie die de hautaine kunstenaar niet eens kende.
Büchners aanklacht tegen bet systeem dat het leven van de arme mens onmogelijk maakt, interpreteerde Berg dan ook als een nogal lichtzinnig gegeven. Hij vond dan ook dat hij het zonder veel dramatiek of ernst moest verklanken. Het moest een licht verteerbaar, speels en verstrooiend stuk worden, meer niet… De houding die de jongeman aannam bleek zijn oorsprong te vinden in een milieu, dat een nogal schril contrast vormde met de leefwereld van het hoofdpersonage. De normen en waarden die de jonge Alban Berg verdedigde, vonden duidelijk hun oorsprong in zijn opvoeding. Een opvoeding in dienst van schoonheid, als resultaat van een hypergevoelige persoonlijkheid, levend in een van de realiteit zo goed mogelijk geïsoleerde wereld.
“Woyzeck” was Büchners derde drama. ‘Dantons Tod’ zou in 1947 door Gottfried van Einem tot opera verwerkt worden. ‘Lenz’ een ander toneelstuk van Georg Büchner, was gebaseerd op de figuur van Jakob Michaël Reinhold Lenz, de auteur van het stuk ’Die Soldaten’. Dit stuk zou op zijn beurt in 1965 door Bernd Aloïs Zimmerman tot opera verwerkt worden. Georg Büchner (foto) die in 1837 op 23-jarige leeftijd overleed, zou de meest bezongen auteur worden van de opera in de 20ste eeuw. Zijn toneelstuk “Woyzeck” werd echter pas voor het eerst opgevoerd in november 1913 in het Residenztheater in München in een regie van Edgar Steiger.
“Wozzeck”, gebaseerd op een waar gebeurd verhaal, een ‘fait historique’, maakte de beide auteurs wereldberoemd. ‘Das junge Deutschland’, dat leden telde zoals Heinrich Heine en Karl Gutzkow, beïnvloedde de revolutionaire ideeën van de jonge Büchner, zodat hij in 1834 in het geheim, de vereniging van de rechten van de mens oprichtte. De ’Hessische Koerier’ was zijn politiek pamflet. Om aan zijn arrestatie te ontsnappen vluchtte hij naar Straatburg en vervolgens naar Zürich, waar hij zijn onvolktooid gebleven “Woyzeck” schreef, en er jong overleed aan tyfus. Een politiek geëngageerd auteur, aanhanger van een geangaeerd socialisme avant la lettre. Bergs opera bestaat uit drie akten, waarbij de orkestpartituur onafhankelijk ten opzichte van de vocale partijen staat. Het werk zou met andere woorden eigenlijk zonder de zang kunnen uitgevoerd worden.
Berg gebruikte de tweede editie, voltooid door Karl Emil Franzos, van het toneelstuk voor zijn zelf geschreven libretto. Het grootste deel van de originele dialoog werd bewaard, maar het aantal scènes werd van 26 tot 15 gereduceerd. Deze reductie behelsde een herschikking van de scènes in een samenhangende structuur van drie akten van telkens vijf scènes. De eerste akte, “Wozzeck und die Umwelt”, toont Wozzeck in zijn relatie tot verschillende omgevingen en personages. In de tweede akte, “Dramatische Entwicklung” wordt Wozzeck zich geleidelijk bewust van Marie’s ontrouw en in de derde akte, “Der Ablauf”, komt de catastrofe van de moord op Marie, de verdrinking van Wozzeck en de epiloog. Muzikaal gezien is Wozzeck in dezelfde vrij atonale stijl gecomponeerd die Berg had ontwikkeld in de “Orchesterstücke”, op. 6, hoewel de atonaliteit, bijna altijd voor een dramatisch effect, afgewisseld wordt met tonale passages. Om het uniek karakter van de scènes weer te geven, construeerde Berg voor elke scène, een aparte, muzikaal gesloten vorm. Dit gaf het meesterwerk een moderne samenhang en concordantie die zijn grimmige, gewelddadige onderwerpen centraal stellen. Elke scène maakt deel uit van een grotere vorm met meerdere bewegingen die een hele akte bestrijkt.
De eerste akte , met zijn focus op de uiteenlopende aspecten van Wozzecks persoonlijkheid, heeft een eerder vrij geconstrueerde vorm. De vijf scènes zijn als vijf karakterstukken, Suite, Rapsodie, Militaire Mars en Wiegenlied, Passacaglia en Quasi-Rondo. De suite met een prelude, pavane, gigue, gavotte, air en de herhaling van de prelude, staat voor de Hauptmann, de rapsodie op drie akkoorden en het jagerslied, voor de volkse Andres, een vrije vorm voor de ongebonden Marie; een dreigende, strenge passacaglia met 21 variaties voor de dokter en een rondo voor wanneer Marie gestrikt wordt door de tramboer-majoor.
De tweede akte vroeg omwille van de ontwikkeling, een meer dramatische en organische vorm, Symfonie-Sonate, Fantasie en Fuga op drie thema’s, Largo, Scherzo met o.a. een Ländler en een wals, en Rondo marziale. In de derde akte wordt de onvermijdelijkheid van de catastrofe en epiloog muzikaal gekenmerkt door zes inventies op ostinato-gegevens, respectievelijk op een thema met zeven variaties, een toon (si), een ritme, een akkoord, en een gerepeteerde achtste noot of achtste-notenbeweging. De vierde en vijfde scène worden gescheiden door een belangrijk en indrukwekkend, orkestraal intermezzo. De tweede akte is een symfonie in 5 delen.
Het eerste deel, wanneer Wozzeck de oorbellen van Marie ontdekt, is een sonatevorm. Het tweede deel, waar de dokter en de hoofdman Wozzeck vernederen, is een fantasie gevolgd door een fuga. Het derde deel, wanneer Wozzeck Marie confronteert, is een langzaam deel in liedvorm. Het vierde deel, op het volksfeest, is een menuet/Ländler en scherzo. Het vijfde deel is opnieuw een rondo. De eerste scène, waarin Marie de Bijbel leest, is een scène die in zijn geheel op één lyrische melodie is gebaseerd. De tweede scène, waarin Wozzeck Marie vermoordt, heeft constant ergens in de orkestratie een orgelpunt, namelijk de noot si. Deze noot symboliseert de moord en klinkt de hele scène door dreigend, tot, na de moord in het tussenspel, de noot ruim een minuut lang tot extreme intensiteit, crescendo aangehouden wordt. De derde scène is gebaseerd op een ritme, dat overal aanwezig is. De vierde scène is gebaseerd op een zes tonig akkoord. Het intermezzo hierna is gebaseerd op de toonsoort re klein. De laatste scène is gebaseerd op een constant ritme van achtste noten. Berg heeft Wozzeck opgedragen aan Alma Mahler die hem bij de publicatie van de opera financieel gesteund heeft.
De uitvoerders op de dvd/Blu-ray vanuit Salzburg zijn :
Matthias Goerne (Wozzeck)
Asmik Grigorian (Marie)
John Daszak, (Tambourmajor)
Mauro Peter (Andres)
Gerhard Siegel (Hauptmann)
Jens Larsen (Doktor)
Frances Pappas (Margret)
Tobias Schabel (Erster Handwerksbursche)
Huw Montague Rendall (Zweiter Handwerksbursche)
Heinz Göhrig (Narr)
William Kentridge (regie)
Greta Goiris (kostuums)
Sabine Theunissen (decors)
Tiziano Mancini (Video Director)
De Wiener Philharmoniker en Konzertvereinigung Wiener Staatsopernchor o.l.v. Vladimir Jurowski. Live vanuit de Salburger Festpspiele 2017.
Op de Oehms classics cd’s zijn de uitvoerders :
Audun Iversen (Wozzeck)
Vincent Wolfsteiner (Tambourmajor)
Martin Mitterrutzner (Andres)
Peter Bronder (Hauptmann)
Thomas Faulkner (Erster Handwerksbursch)
Iurii Samoilov (Zweiter Handwerksbursch)
Martin Wölfel (Der Narr)
Claudia Mahnke (Marie)
Alfred Reiter (Doktor)
Katharina Magiera (Margret)
Edward Jumatate (Mariens Knabe)
Regie : Christof Loy
decors : Herbert Murauer
Kostuums : Judith Weihrauch
Het Frankfurt Opera Children’s Chorus, Frankfurter Opern- und Museumsorchester en het Chor der Oper Frankfurt staan o.l.v. Sebastian Weigle. De opvoering werd live opgenomen in de Opera van Frankfurt in 2016.
Alban Berg Wozzeck Matthias Goerne Asmik Grigorian William Kentridge Salzburger Festspiele Wiener Philharmoniker Konzertvereinigung Wiener Staatsopernchor Vladimir Jurowski DVD + Blu-ray Harmonia Mundi HMD980905354
Alban Berg Wozzeck Audun Iversen Claudia Mahnke Frankfurter Opern- und Museumsorchester & Chor der Oper Frankfurt & Sebastian Weigle 2 cd Oehms classics OC 974