Het repertoire voor deze release is gekozen uit de allereerste celloconcerti in Frankrijk, nl. deze van Jean-Louis Duport (“le cadet” of “le jeune”). Raphaël Pidoux en “Stradivaria” spelen drie (nrs 1,3 en 5) van de zes bestaande werken (“6 concertos à violoncelle principal”, op. 1 (1785) en op. 2 (1788)), die ze volgens de wens van de componist, uitvoeren met een strijkorkest, en in twee van hen, aangevuld met blaasinstrumenten.
Enkele concerti van Jean-Louis Duport (1749-1819) (foto) werden voor zijn vertrek naar Pruisen in première gespeeld op de “Concerts Spirituels” in Parijs. Het eerste Concerto dateert uit deze Parijse jaren, terwijl de nummers 4 en 5 lijken te zijn geschreven tijdens zijn Pruisische periode. Deze concerti volgden het gebruikelijk schema van toen, drie bewegingen, waarvan de eerste de meest zorgvuldig geconstrueerde en de meest ontwikkelde was, de tweede, een zeer korte langzame beweging met een eenvoudige zin bedoeld om naar het finaal rondo te leiden, de meest virtuoze beweging. De kenmerken waren duidelijk gemarkeerd vanaf het Eerste Concerto, dat een vrij uitgebreide cadens omvatte. Met zijn zeer snelle toonladders, arpeggio’s in tertsen, sexten en octaven die zonder overgang van het laag naar het hoog register springen, en zijn exploitatie van een zeer brede tessituur in combinatie met snelheid in de linkerhand en de boog, bevestigde Duport de hoog ontwikkelde staat die de cello bereikt had. Ongeveer vijftig jaar na zijn beginperiode, revolutioneerde hij de techniek van zijn instrument aan het begin van de Romantiek.
Jean-Louis Duport bespeelde een cello van Antonio Stradivari uit 1711 (foto), die Duports zoon (ook een cellist en later pianobouwer), in 1842 verkocht aan de cellist Auguste-Joseph Franchomme. Vanaf 1974 werd ze bespeeld door Mstislav Rostropovich en is het onder de naam “Duport”, één van de meest waardevolle celli ter wereld. Mozart componeerde in 1789 zijn Variaties K 573 op het thema van het menuet van de Sonate voor cello en bas op. 4 nr. 6 van zijn broer, Jean-Pierre Duport, (“l’aîné”) (1741-1818), en in 1796 creëerde Jean-Louis de sonates voor cello en piano op. 5 van Beethoven, met de componist aan de piano. Jean-Louis Duport bleef vooral bekend door zijn “Traité : Essai sur le doigté du violoncelle et la conduite de l’archet” uit 1804.
Raphael Pidoux (°1967) begon met cello spelen bij zijn vader, de cellist, Roland Pidoux. In 1987 won Raphael Pidoux de eerste prijs aan het Nationaal Conservatorium voor Muziek en Dans in Parijs in de klas van Philippe Muller. Hij studeerde vervolgens aan de Universiteit van Indiana bij Janos Starker en als kamermusicus studeerde hij aan de Hochschule in Keulen bij Menahem Pressler en leden van het Amadeus Quartet. In 1988 won hij de Internationale Muziekwedstrijd van de ARD in München en de derde prijs op de internationale competitie Johann Sebastian Bach in Leipzig. Raphael Pidoux speelt op een cello van Goffredo Cappa (1680) met een heel bijzondere strijkstok van William Dodd uit 1790-1795. Hij is de cellist van het “Trio Wanderer” en sinds september 2014, geeft Raphael Pidoux, als opvolger van Philippe Muller, les aan het Nationaal Conservatorium van Parijs.
Daniel Cuiller is een violist. Zijn artistieke kwaliteiten stelden hem in staat om een persoonlijke stap te zetten op het gebied van het historisch repertoire, waarbij de praktijk op oude instrumenten, toegepast onderzoek, diffusie en discografische productie werden gecombineerd. In 1982 creëerde hij het Ensemble Baroque de France voor hij, op verzoek van William Christie, tot 1986, eerste viool was van Les Arts Florissants. Daarna leidde hij vanaf 1987 “Stradivaria”, een ensemble, gespecialiseerd in het barok en klassiek repertoire. Warm aanbevolen.
Jean-Louis Duport Concertos pour violoncelle Raphael Pidoux Stradivaria Daniel Cuiller cd Mirare MIR394