Twee Belgische talenten bundelden hun krachten om drie meesterwerken van het Frans piano- en vioolrepertoire op te nemen, de Sonate voor viool en piano van César Franck, de minder bekende Vioolsonate van Francis Poulenc, en een intieme en zelden opgenomen versie van Chaussons “Poème” voor piano en viool, in plaats van de meer bekende orkestversie.
De Vioolsonate van Francis Poulenc (foto) werd gecomponeerd in 1942-1943 ter nagedachtenis van de Spaanse dichter Federico García Lorca (foto). De partituur, opgedragen aan Poulencs nicht, de pianiste Brigitte Manceaux, werd gepubliceerd door Max Eschig. Lees voor de gelegenheid eens “Lettres inédites à Brigitte Manceaux” (Editions Orizons) (foto). De Sonate ging in juni 1943 in de salle Gaveau in Parijs in première door de violiste Ginette Neveu (foto) met de componist aan de piano. Francis Poulenc probeerde verschillende keren een sonate te componeren voor een strijkinstrument. Al in 1918 componeerde hij als 19-jarige, een vioolsonate, die hij later echter vernietigde. Tussen 1925 en 1935, deed hij nog verschillende pogingen.
De hier opgenomen, uiteindelijk gepubliceerde Vioolsonate, was op zijn minst de vierde poging en de enige die bewaard is gebleven. Zoals Poulenc zelf al aangaf, hield hij niet echt van de viool solo. “Le monstre est au point. Je vais commencer la réalisation. Ce n’est pas mal, je crois, et en tout cas fort différent de la sempiternelle ligne de violon-mélodie des sonates françaises du XIXe siècle…. Le violon prima donna sur piano arpège, me fait vomir”. (Poulenc). Het componeren van de Sonate was grotendeels te danken aan Ginette Neveudie hem veel tips gaf aangaande de vioolpartij. Hij bekende later dat “de paar heerlijke violistische details van de partituur” te danken waren aan Neveu.
Ernest Chausson (foto) componeerde “Poème” op verzoek van Eugène Ysaÿe (foto) voor een vioolconcert. Chausson schreef aan Ysaÿe, “ik weet nauwelijks waar ik moet beginnen aan een concerto, wat een enorme onderneming is, eigenlijk de taak van de duivel. Maar ik kan een korter werk aan. Het zal in een zeer vrije vorm zijn met verschillende passages waarin de viool solo speelt”. Chausson begon in april 1896 en eindigde het werk op 29 juni terwijl hij met vakantie was in Florence. Hij schreef drie verschillende versies van zijn Poème, met orkest; met pianobegeleiding (later herschreven door anderen), en een recent ontdekte versie voor viool, strijkkwartet en piano, een metgezel van zijn Concert in D voor piano, viool en strijkkwartet, op. 21 uit 1892. “Poème” werd opgedragen aan Ysaÿe, die de eerste uitvoeringen speelde.
Chausson noemde zijn “Poème” “Le Chant de l’amour triomphant”, veranderde het vervolgens in “Poème symphonique”, en uiteindelijk in “Poème”. De originele titel kwam van de romantische novelle, “Het lied van de triomferende liefde”, een erotisch getint verhaal uit 1881 dat zich afspeelt in Ferrara in de 16de eeuw, van de Russische schrijver Ivan Turgenjev (foto), die zijn landgoed met datsja (foto’s) in Bougival, in de buurt van Parijs, (nu Villa Viardot en museum), tussen 1875 en 1883, deelde met de beroemde, Spaans-Franse componiste en mezzosopraan, Pauline Garcia-Viardot (foto) en haar echtgenoot, de 20 jaar oudere schrijver, kunstcriticus en vertaler, Louis Viardot, die tot 1840, het jaar van zijn huwelijk, directeur van het Theatre Italien was. Alle drie waren kennissen van Chausson. Pauline Viardot was drie seizoenen lang, prima donna in Sint-Petersburg geweest. Daar had ze de Russische schrijver Ivan Toergenjev, een jachtvriend van haar man ontmoet, die verliefd werd op haar. Het was het begin van een levenslange verhouding, die fluctueerde tussen vriendschap, liefde, obsessie, frustratie en artistieke zielsverwantschap.Louis Viardot en Turgenjev overleden beiden in 1883, Pauline verleed in 1910 op 89-jarige leeftijd (foto).
Marianne (1854-1919), de dochter van de Viardots die schilderes en zangeres was, was enige tijd verloofd met Gabriel Fauré, maar trouwde uiteindelijk met de Franse pianist en componist, Alphonse Duvernoy (1842-1907) (foto), de componist van o.a. het meesterlijk poème symphonique, “La Tempête” (naar Shakespeare) voor solisten, koor en orkest (1880). De novelle van Turgenev lijkt dit alles te weerspiegelen, waarop Chausson het in zijn “Poème”, mogelijks probeerde uit te drukken in muziek.
In de herfst van 1896 waren Eugène Ysaÿe en Ernest Chausson, samen met hun echtgenotes, op vakantie in Sitges (foto) in de provincie Barcelona, aan de Middellandse Zeekust in Spanje. Op een feest georganiseerd door de Catalaanse schilder Santiago Rusiñol (foto), speelden Ysaÿe en Chaussons vrouw op piano, een spontane zichtlezing van Poème. Lokale stadsbewoners die het hadden gehoord, eisten dat het driemaal moest worden herhaald! Aanwezig op het feest waren o.a. Enrique Granados en mogelijks ook Isaac Albéniz.
De formele première van “Poème” met orkest was in het conservatorium van Nancy op 27 december 1896, o.l.v. door Guy Ropartz, met Ysaÿe als solist. Het werk werd niet echt opgemerkt tot Ysaÿe in april 1897, de première in Parijs speelde op een concert van Colonne. Chausson werd overweldigd door het aanhoudend applaus, iets dat hij tot dusver in zijn carrière niet had meegemaakt. Ysaÿe speelde ook de eerste Londense uitvoering van “Poème”, een week na het vroegtijdig overlijden van Chausson in 1899.
De beroemde Vioolsonate van César Franck (foto) werd opgedragen als huwelijkscadeau aan Eugène Ysaÿe, wiens vertolkingen in de loop van ruim veertig jaar, aanzienlijk hebben bijgedragen tot de erkenning van César Franck als een groot componist. Met goedkeuring van Franck maakte de cellist, Jules Delsart (foto) ook een versie voor cello. Het is trouwens niet uitgesloten dat het werk eigenlijk voor cello bedoeld was. De cellist Pablo Casals heeft dat nl. altijd beweerd. De compositie zou al een eindweegs gevorderd zijn, toen Franck besloten zou hebben de sonate om te werken voor viool. Na voltooiing vroeg de pianiste Marie-Léontine Bordes-Pène (foto) hem of hij het werk wilde opdragen aan Ysaÿe en zijn bruid Louise Bourdeau de Courtrai (foto).
Franck schreef, “Ik wil dat graag doen, ik heb het nog aan niemand anders beloofd en het zou mij een groot genoegen doen als zo’n groot kunstenaar ervoor zou pleiten”. Charles Bordes, de schoonbroer van de pianiste, nam de taak op zich het werk te presenteren als Francks huwelijksgeschenk op de ochtend van de trouwdag op 26 september 1886 in Arlon. Na een snelle oefensessie speelden Ysaÿe en Marie-Léontine Bordes-Pène het stuk voor de gasten. De Sonate beleefde haar eerste publieke uitvoering in december 1886 in één van de zalen van het Brusselse “Musée Moderne de Peinture” (sedert 1881, Paleis voor Schone Kunsten) (foto), ondergebracht in het Oude Hof (Quartier de la Cour), het voormalig Paleis van Karel van Lotharingen, aan het Koningsplein met het prachtig Paleis op de Koudenberg of Hof van Brussel. Eugène Ysaÿe en Marie-Léontine Bordes-Pène waren ook hier de uitvoerders.
Svenja Van Driessche (°1994) uit Schiplaken, een dorpskern van de gemeente Boortmeerbeek in de Belgische provincie Vlaams-Brabant, is al enkele jaren een rijzende ster. Deze dochter van de beroemde, Belgische hoornist, André Van Driessche (1943-2014), speelde recitals en concerten met gerenommeerde orkesten in binnen- en buitenland, waaronder met het Tallinn Philharmonic Orchestra, het Lviv Philharmonic, het Brussels Philharmonic en de Kamerfilharmonie. Dirigenten met wie ze reeds samenwerkte waren o.a. Michel Tabachnic, Marc Soustrot, Jan Dobrzelewski, Herman Engels en Edwin Outwater.
Na met succes masterclasses te hebben gevolgd bij Herman Krebbers, Zakhar Bron, Ana Chumachenco, Shmuel Ashkenasi, Sergey Ostrovsky en anderen, werd ze uitgenodigd op internationale festivals zoals Interlaken Classics (Zwitserland), Eilat Festival (Israël), Kronberg Academy (Duitsland), Musik Fest Perugia (Italië), Keshet Eilon (Israël), Lenk Sommerakademie (Zwitserland) en AIMS Solsona (Spanje). Zowel in 2007 als in 2010 werd Svenja eerste laureate van de Rotary Breughel Competitie voor strijkers en werd haar de Grand Prix Rotary Breughel toegekend. In 2009 won ze de tweede prijs op de internationale vioolcompetitie Bravo. Kort daarna werd ze door de Brussels Philharmonic uitgenodigd om bij te dragen aan de radio- en televisie-uitzending van het Kerstconcert in het Koninklijk Paleis o.l.v. Michel Tabachnik.
Met de Brussels Philharmonic nam Svenja o.a. “Méditation de Thaïs” van Jules Massenet op voor een Klara cd met de titel ‘Feestelijk Klassiek’ (foto). Na succesvolle audities voor het “Gustav Mahler Jugendorchester”, was Svenja de enige Belgische en de jongste deelnemer aan de Summer Tour 2011 onder leiding van Sir Colin Davis, die werd gekozen om op te treden in gerenommeerde concertzalen, waaronder de Semperoper Dresden, de Salzburger Festspiele en de Londense Royal Albert Hall. Ze werd ook uitgenodigd om deel te nemen aan de tournees in 2013 en 2014 onder leiding van Philippe Jordan en Herbert Blomstedt. In september 2011 slaagde Svenja voor de toelatingstest voor de Haute Ecole de Musique van Lausanne, waar ze in juni 2014 haar bachelor diploma behaalde na een opleiding bij Pavel Vernikov. Daarnaast voltooide ze de International Competition Training-module onder toezicht van professor Vernikov aan de Scuola di Musica di Fiesole en aan de Accademia Santa Cecilia in Bergamo. In 2016 volgde ze lessen bij professor Tatiana Samouil en behaalde ze haar master aan het Koninklijk Conservatorium Antwerpen. Voor haar eindexamens voor de viool ontving ze een summa cum laude-beoordeling met felicitaties van de jury.
Onlangs speelde Svenja als soliste samen met de Brussels Philharmonic onder leiding van Edwin Outwater verschillende concerten op het Klara Festival, zowel in België als in het buitenland. In 2016-2017 zette Svenja haar studies voort aan de Escuela Superior de Enseñanza Musical Katarina Gurska in Madrid, bij professor Zorik Tatevosyan. Voor het seizoen 2018-2019 waren er eveneens veel concerten gepland op prestigieuze festivals en in gerenommeerde concertzalen. Svenja speelde o.a. als soliste met Prima La Musica onder leiding van Dirk Vermeulen, Casco Phil onder leiding van Benjamin Haemhouts, de Flanders Chamber Philharmonic onder leiding van Herman Engels en de Brussels Philharmonic onder leiding van Dirk Brossé. Ze speelde samen met pianist Liebrecht Vanbeckevoort als duo en realiseerde een eerste cd-opname voor Evil Penguin Records. Svenja is houder van de titel ‘Musician in Residence’ verleend door de KULeuven.
Liebrecht Vanbeckevoort (°1984) uit Mechelen startte zijn pianostudie reeds op 8-jarige leeftijd. Van 2002 tot 2006 was hij leerling van Jan Michiels aan het Koninklijk Conservatorium te Brussel. In juni 2006 haalde hij een Master diploma voor piano met grote onderscheiding. Tussen 2002 en 2005 studeerde hij ook bij Ton Demmers aan het Brabants Conservatorium te Tilburg en bekwam het postgradueel diploma in 2005 summa cum laude. In 2006 zette hij de pianostudies voort in Boston aan het New England Conservatory bij Russel Sherman. Hij nam deel aan masterclasses bij bekende muziekpedagogen als Dmitri Bashkirov, İdil Biret, Wha Kyung Byun, Alexander Korsantia, Kum Sing Lee, Hans Leygraf, Daniel Pollack, Menahem Pressler, Igor Roma, Charles Rosen, Eduardo Torbianelli, Mikhail Voskresensky en Jan Wijn.
In mei 2007 werd hij finalist van de prestigieuze Koningin Elisabethwedstrijd voor piano in Brussel. Op de halve finale speelde hij een uitvoering van het Kris Defoorts verplicht werk Dedicatio. In de finale op 2 juni 2007 speelde hij naast het in te studeren verplicht werk, de sonate op. 90 van Ludwig van Beethoven en het derde Pianoconcerto van Prokofjev. Hij behaalde er de zesde plaats en ontving de Prijs van de stad Brussel. De pianist kaapte ook de publieksprijzen weg, zowel van de VRT als van de RTBF.
De Pianoconcerti van Beethoven, Liszt en Rachmaninov nemen een belangrijke plaats in in het repertoire van Liebrecht Vanbeckevoort. Zo stond in 2014 de integrale uitvoering van de vijf pianoconcerti van Beethoven op zijn concertagenda en realiseerde hij inmiddels 6 cd’s met o.a. de twee pianoconcerti van Liszt, een live-opname van het derde pianoconcerto van Rachmaninov, solowerken van Mendelssohn en Schumann, en kamermuziek van Mozart. Daarnaast is Liebrecht Vanbeckevoort een gepassioneerd kamermusicus. Zo deelt hij regelmatig het podium met violiste Ning Kam, pianist Severin von Eckardstein en tenor Thomas Blondelle en is hij tevens lid van het Roeland Hendrikx Ensemble. Ook met jazz-pianist Jef Neve vormt hij een succesvol pianoduo. In 2016-2017 stonden verschillende veelbelovende producties op de agenda: concertreizen naar Zuid-Afrika, China en de USA, solistoptredens in concerti van Beethoven, Brahms en Rachmaninov en de opname van drie nieuwe cd’s, waarvan een debuutalbum met Ning Kam. Liebrecht Vanbeckevoort is officieel ‘Steinway Artist’ en concerteert op het podium in originele creaties van de befaamde couturier Guy-David. Hij is tevens artistiek directeur van het internationale zomerfestival “Klassiek Leeft Meesterlijk” te Knokke-Heist.
Geniet van de prachtige muziek, de warme, genereuze toon van de violiste en het perfect samenspel met gepaste nuances en de juiste expressie. Op-en-top Belgisch, totalement belge. Schitterend!
Naissance Svenja Van Driessche Liebrecht Vanbeckevoort cd Antarctica AR 017