Elk jaar beleven miljoenen Nederlanders een opvoering van het lijdensverhaal van Christus. Of het nu gaat om de Matthäus-Passion, The Passion of een van de vele andere passiespelen, in Nederland is er sprake van een opvallende populariteit van het verhaal van Christus’ kruisiging. Wat betekent deze passie voor de passie?
Vaak wordt gewezen op het genie van Bach of de kracht van het bijbel verhaal. Maar is dat ook wat mensen beleven? Wat voelt, bijvoorbeeld, een babyboomer met religie-allergie bij het zingen van het ‘Erbarme Dich’ in de meezing-Matthäus? En wat betekent het grote, lichtgevende kruis dat tijdens The Passion voor de ogen van ruim drie miljoen tv-kijkers door de straten van een stad gedragen wordt? Ernst van den Hemel laat zien hoe het verhaal van Christus in het ontkerkelijkte Nederland beleefd wordt. De verschillende passiespelen blijken vaak iets heel anders te betekenen dan de organisatoren hopen. Passie voor de passie geeft een uniek inkijkje in de emotionele staat van Nederland.
“Ik zal daarbij ook ogenschijnlijk platvloerse zaken meenemen in mijn analyse”, schrijft de auteur, “elementen die organisatoren liever onbesproken laten. Wat zijn de minder verheven associaties die het passieverhaal oproept?” “We zullen daarbij zien”, zo lezen we verder, “dat alhoewel het passie spel vaak als een verheffend verhaal van verbinding gepresenteerd wordt, het verhaal van Christus zich ook leent voor emoties als afkeer, uitsluiting en discriminatie. Wie hierbij gelijk heeft is niet de vraag die ik in dit boek centraal wil stellen. De belangrijkste vraag waar dit boek om draait is: hoe en waarom verbinden al die verschillende mensen hun emoties aan de passiespelen en wat zegt dat over de huidige Nederlandse maatschappij?”
Ernst van den Hemel laat hierna zien hoe deze vraag door middel van historische contextualisering, veldwerk, interviews en sociale media-analyse beantwoord kan worden. Daarmee is dit boek niet alleen een verkenning van hedendaagse passiespelen, maar geeft het ook zicht op hedendaags Nederland en beschrijft het hoe traditie, religie en ritueel, populaire cultuur en hoog cultuur nieuwe normen en betekenissen krijgen.
“Ik bekijk”, schrijft van den Hemel, “hoe het lijdensverhaal verteld wordt en welke emoties daarbij opgeroepen worden. Naast interviews heb ik – samen met collega-onderzoekers – passiespelen meebeleefd en geobserveerd. Daarnaast heb ik gekeken naar de rol van social media en hoe deze ingezet worden door organisatoren om emoties en ervaringen te sturen.”
In het eerste hoofdstuk beschrijft hij daarom vanuit historisch perspectief hoe het begrip ‘passie’ en de passiespelen verbonden zijn aan veranderende betekenissen van mens-zijn. Vervolgens bekijkt hij in het tweede hoofdstuk hoe de Matthäus-Passion opkomt in Nederland en zich ontwikkelt tot breed gedragen cultureel fenomeen. In het derde hoofdstuk staat de film, “The Passion” centraal. Sinds de eerste editie in 2011 is die uitgegroeid tot een kijkcijfersucces met jaarlijks meer dan drie miljoen kijkers. De populariteit van The Passion leidde vanaf het begin tot vragen. Is dit nu plat vermaak of terugkeer van religie in het publieke domein? “In dit hoofdstuk”, schrijft van den Hemel, “wil ik begrijpen waarom The Passion zowel omarmd als verafschuwd wordt. Daarnaast zal ik ingaan op de (succesvolle) wijzen waarop de organisatoren social media gebruiken om een mediageniek beeld van The Passion te creëren.
Dat passiespelen op verschillende plekken in Nederland opgevoerd worden, en daarmee op elke plek iets anders kunnen betekenen, wordt besproken in het vierde hoofdstuk. De auteur bekijkt daarin kort drie originele casestudy’s die allemaal tonen hoe passiespelen lokale identiteit centraal stellen, The Passion in Amsterdam Zuidoost, een lokale kopie van The Passion in Nunspeet, en de Passiespelen in Tegelen. Tot slot nog enkele bespiegelingen over wat het betekent om ‘passie te spelen’ in Nederland.
Passie voor de passie is de nieuwste uitgave in de reeks Meertens-nieuwjaarsboekjes. Anders dan in andere jaren verscheen het traditionele nieuwjaarsboekje van het Meertens Instituut dit jaar in aanloop naar Pasen. Een beetje stout, maar streng en rechtvaardig. Warm aanbevolen.
Ernst van den Hemel (°1981) is religie- en cultuurwetenschapper aan het Amsterdam University College en de Universiteit van Amsterdam, en is werkzaam bij het Meertens Instituut in Amsterdam. Ook was hij werkzaam als docent aan het departement Religiestudies van de Universiteit Utrecht en verbonden aan de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) als secretaris/onderzoeker voor de Verkenningscommissie Theologie en Religiestudies. Eerder publiceerde hij “Calvinisme en politiek” (2009). Ernst van den Hemel promoveerde trouwens met een proefschrift over literair-politieke dimensies in het werk van Johannes Calvijn.
Ernst van den Hemel Passie voor de passie 128 bladz. uitg. Ten Have ISBN 9789025908577