Als onderdeel van het Kamermuziekfestival in Salon de Provence, kwamen de topsolisten, Daishin Kashimoto (viool), Emmanuel Pahud (fluit), Paul Meyer (klarinet), Zvi Plesser (cello) en Éric Le Sage (piano), samen, om een programma op te nemen, gewijd aan Weense componisten uit het begin van de 20ste eeuw. Men koos voor kamermuziek van Erich Wolfgang Korngold (1897-1957), Alexander von Zemlinsky (1871-1942), Gustav Mahler (1860-1911), Alban Berg (1885-1935) en Arnold Schönberg (1874-1951). De meest bekende en innovatieve onder hen worden geëerd, Schönberg met zijn Kammersymphonie n°1, Mahler met twee liederen, evenals het trio van Zemlinsky en verschillende composities van Alban Berg. Een programma waarin zowel de uitputting van een romantische afgelopen eeuw als de avant-gardistische belofte een moderne wereld op te bouwen, werden samengebracht. Heel bijzonder.
De joodse componist Erich Wolfgang Korngold (1897-1957) uit Brünn (Brno) was de zoon van Julius Korngold (1860-1945), die assistent was van de muziekcriticus Eduard Hanslick (1825-1904). Erich werd beschouwd als een wonderkind. Gustav Mahler noemde hem zelfs ‘de nieuwe Mozart’ en Mengelberg omschreef hem ooit als “Een uit de hemel gevallen musicus”. Mahler beval Korngold aan bij Alexander von Zemlinsky, maar Zemlinsky constateerde dat hij Korngold niets meer kon leren. Al op 9-jarige leeftijd ging hij aan het Weense conservatorium bij Robert Fuchs studeren en het Wunderkind werd een protegé van Keizer Franz Joseph. Op 11-jarige leeftijd componeerde de jongen de pantomime “Der Schneemann”. De oorspronkelijke pianoversie werd door Alexander von Zemlinsky georkestreerd en in 1910 werd het werk in een choreografie van de toen heel beroemde, Duitse Zirkus-Clown, Akrobat, Schleuderbrett-Springer, Ballettmeister, en Tanzlehrer der Wiener Hocharistokratie, Carl Godlewski, o.l.v. Franz Schalk, aan de Wiener Hofoper opgevoerd. Erich was toen dertien jaar!
Op 14-jarige leeftijd componeerde hij “Eine Schauspiel-Ouvertüre”, die in première gespeeld werd door Arthur Nikisch. Op 15-jarige leeftijd componeerde hij een Sinfonietta die vaak gedirigeerd werd door Richard Strauss en Felix Weingartner. In 1917 componeerde hij als 20-jarige de “Kaiserin Zita-Hymne”. Tot in de jaren 1930 reisde Korngold heel Europa door. De eerste reizen waren initiatieven van zijn vader, een opvallende gelijkenis met Mozart en zijn vader Leopold. In 1934 kwam Korngold voor het eerst in Hollywood met de opdracht om muziek te componeren bij de film “A Midsummer Night’s Dream”. Daarvoor bewerkte hij de gelijknamige muziek van Mendelssohn.
n 1901 ging Mahlers “Das klagende Lied” op 17 februari in Wenen in première. Hij werkte toen aan de Vijfde Symfonie, aan het lied “Der Tamboursg’sell”, aan de “Kindertotenlieder” en aan de “Rückert-Lieder, en hij leerde Alma Schindler kennen. In november vond in München de eerste uitvoering van zijn Vierde Symfonie plaats en op 9 maart 1902 trouwde Mahler met Alma. Justine Mahler, zijn zuster, trouwde de volgende dag met de violist Arnold Rosé. Mahler had contacten met kunstenaars van de Sezession en gaf ter gelegenheid van de opening van de Sezession tentoonstelling, een uitvoering van de finale uit Beethovens Negende Symfonie, in een bewerking voor blazers. Tijdens zijn zomervakantie in Maiernigg werkte hij aan de Vijfde Symfonie. Op 9 juni vond te Krefeld de première van de Derde Symfonie plaats. Willem Mengelberg woonde het concert bij. Op 3 november werd zijn dochter Maria Anna geboren. Tijdens de zomervakantie in Maiernigg van 1904 voltooide hij de Kindertotenlieder, werkte hij aan de Zesde Symfonie en de delen 2 en 4 van de Zevende Symfonie. Op 18 oktober beleefde de Vijfde Symfonie in Keulen zijn eerste uitvoering.
Het “Skandalkonzert” van 31 maart 1913 was een concert van de Wiener Konzertverein o.l.v. Arnold Schönberg in de Grote Zaal van de Musikverein. Onder het publiek, geschokt door het expressionisme en het experimentele van de Tweede Weense School, ontstond een rel en het concert werd voortijdig beëindigd. Zowel de lyrische als de muzikale kant van deze première werden als provocerend gezien. Het concert werd beëindigd nog voor de geplande uitvoering van Gustav Mahlers “Kindertotenlieder” kon beginnen. Het was tijdens de uitvoering van de liederen van Berg dat de gevechten begonnen. Voor Bergs werk had het Skandalkonzert blijvende gevolgen. De liederen werden nl. pas in 1952 opnieuw uitgevoerd en de volledige partituur werd pas in 1966 uitgegeven. Ook de première in 1907 van Schönbergs Kammersymphonie door het Rosé Quartet en blazers van de Wiener Philharmoniker, had reeds een schandaal veroorzaakt. Voor de uitvoering van 1913, maakte Schönberg een versie voor orkest met meer strijkers en blaasinstrumenten. Deze versie is weliswaar niet identiek met de versie op. 9b, die pas in 1935 in Los Angeles in première ging.
Nadat zijn studie aan het Conservatorium in Parijs, vervolmaakte Eric Le Sage (°1964) zich in Londen bij de legendarische, Maria Curcio, de lerares van o.a. Barry Douglas, Martha Argerich, Radu Lupu, Mitsuko Uchida, Myung-Whun Chung, Leon Fleisher en Rafael Orozco. Le Sage werd vooral bekend om zijn interpretaties van romantische muziek, o.a. Schumann, maar ook voor zijn opname van de complete piano muziek van Francis Poulenc. In 1993 was hij medeoprichter van het “Festival international de musique de Salon-de-Provence”.
Tracklist :
Korngold: Piano Trio in D major, Op. 1 (1910)
Zemlinsky: Trio in D Minor for Clarinet, Cello & Piano, Op. 3 (1896)
Mahler: Oft denk’ ich, sie sind nur ausgegangen (Kindertotenlieder) (1901)
Mahler: Rheinlegendchen (Des Knaben Wunderhorn) (1892-1899)
Berg: Piano Sonata, Op. 1 (1909)
Berg: Four Pieces for Clarinet and Piano, Op. 5 (1913)
Berg: Adagio – 2nd movement of the Chamber Concert (1926)
Schoenberg: Chamber Symphony No. 1 in E major, Op. 9 (1906)
https://festival-salon.fr/fr/news/41-eric-le-sage-presente-salon-2019
https://festival-salon.fr/fr/artistes/5-eric-le-sage
Vienne 1900 Emmanuel Pahud Paul Meyer Daishin Kashimoto Zvi Plesser Eric Le Sage Le salon de musique 2 cd Alpha ALPHA588