De wiskundige en astronoom, Johannes Kepler (1571-1630), bestudeerde zijn hele leven het verband tussen muziek en kosmologie. Hij was van mening dat muziek een afspiegeling was van de kosmos en gebruikte uitdrukkingen als het lied van de aarde en het geheim gefluister van de natuur. Ontdek op deze cd bijpassende muziek van Annibale Perini, Lambert de Sayve en Erasmus Widmann, en…Calliope Tsoupaki (°1963). Niet uitstellen. Johannes Kepler brak met zijn tijdgenoten, die dachten dat de bewegingen van de planeten en andere hemellichamen echt geluid maakten, maar dacht dat die bewegingen en de hele geometrie van de hemel, weerspiegeld werden in de meest perfecte polyfone stukken van zijn tijd. In 1596 verscheen zijn “Mysterium cosmographicum. De stella nova”, en in 1619 verschenen zijn 5 boeken, “Harmonice Mundi”, waarin o.a. als 3de, het Harmonisch Boek over de oorsprong van harmonische verhoudingen.“Ons gevoel voor harmonie en vooral ons gevoel voor harmonie in de muziek, steekt in getalsmatige verhoudingen”, zo stelde Kepler. “De harmonie is een harmonie van getallen. Deze harmonie van getallen kent onze geest, onze ziel. In onze ziel is voor deze verhoudingen een oerbeeld geschapen, als dat niet zo zou zijn, konden deze verhoudingen ons niet het gevoel van harmonie geven”. Kepler stelde dat de planeten een toon, dat wil zeggen een wiskundige grootheid afgeven, bij het afleggen van hun banen. Dit zoeken wees hem trouwens de weg naar zijn “derde wet”, over de verhouding tussen de omlooptijden van de planeten en hun afstanden tot de zon. Daarmee droeg hij bij aan de aanvaarding van het heliocentrisch wereldbeeld van Copernicus. Isaac Newton toonde later aan dat de wetten van Kepler konden worden verklaard met de naar hem genoemde wetten en zijn theorie van de zwaartekracht, wat de basis van de klassieke mechanica vormde. In 1957 ging in het Prinzregententheater in München, de opera over Kepler, “Die Harmonie der Welt”, van Paul Hindemith in première. Ontdek de Passacaglia in de finale. Meesterlijk, onvergetelijk!Concerto Palatino (foto) stelde een programma samen waarin de ideeën van Johannes Kepler en de muziek centraal staan. Op de cd staat werk van Andrea Gabrieli (1510-1586), Hans Leo Hassler (1564-1612), Annibale Perini (ca. 1560-1596), Orlando di Lasso (ca.1532-1594), Lambert de Sayve (1549-1614), Calliope Tsoupaki (°1963) en Erasmus Widmann (1572-1634).Met “Tui sunt coeli” van Orlando di Lasso (foto) als uitgangspunt, verkende de groep andere polyfone en meerkorige muziek van Lassus en zijn tijdgenoten. Daarnaast gaven ze opdracht voor een nieuw werk aan de bekende, Griekse componiste, Calliope Tsoupaki (°1963) (foto), een gewezen studente van o.a. Louis Andriessen aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Dit bijzonder, nieuw werk voor gemengd koor en ensemble, heet “Astron”, en is gebaseerd op een Orfische Hymne tot de sterren. Voor dit project kreeg Concerto Palatino het gezelschap van een letterlijk en figuurlijk met “sterren” bezaaide line-up van zangers, Hana Blazikova en Barbora Kabatkova, sopranen, Alex Potter, contratenor, Benedict Hymans en Jan van Elsacker, tenor, Tomas Kral, bariton, en Jaromir Nosek, bas.Het “Concerto Palatino della Signoria di Bologna” was een blazersensemble en een belangrijke maatschappelijke instelling in Bologna, verbonden aan San Petronio, dat ochtend- en avondconcerten speelde in de stad. Het begon in de 13de eeuw als een groep van acht trompetters. Eind 15de eeuw werden er trombones toegevoegd. De bezetting bestond van 1537 tot 1779, uit acht trompetten, vier pifari of schalmeien, later cornetten, vier trombones, twee violen en trommen. De leden waren ook docenten aan het Liceo. De naam Concerto Palatino werd in 1986 nieuw leven ingeblazen door de Amerikaanse cornettist, Bruce Dickey en de Nederlandse (barok)trombonist, Charles Toet (°1951) (foto), als een van de eerste historisch geïnformeerde ensembles, die het repertoire van de originele alta capella-ensembles uitvoerden. Heel, heel bijzonder.Bruce Dickey (°1948) (foto’s), die eerst trompet en blokfluit speelde, wijdde zijn leven ook aan de heropleving van de zink. Gedurende meer dan 30 jaar heeft hij het instrument onderwezen aan de Schola Cantorum Basiliensis. Hij ontving in 2000 de prestigieuze Christopher Monk Award van de Historic Brass Society, en in 2007 verleende de Britse dirigent en musicoloog, Andrew Parrott, hem de “Taverner Award”.In de loop van zijn lange loopbaan speelde Dickey o.a. met Gustav Leonhardt, Frans Brüggen en Nikolaus Harnoncourt, was hij 10 jaar lid van Jordi Savalls Hesperion XX, en trad hij vaak op met o.a. Ton Koopman, Monica Huggett, Philippe Herreweghe, Andrew Parrott en Konrad Junghänel. Naast zijn docentschap in Bazel doceerde hij ook aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag, de Accademia Chigiana in Siena en het Early Music Institute in Indiana University. Hij gaf meestercursussen in de Verenigde Staten, Canada, Europa en Japan en was o.a. jurylid voor de prestigieuze, internationale wedstrijd barokinstrumenten, in het kader van het Festival Musica Antiqua in Brugge.Tracklist :
Lasso: Tui sunt cœli a 8
Lasso: In me transierunt irae tuae a 5
Lasso: Si caelum et caeli caelorum a 6
Gabrieli, A: Deus misereatur nostri in F Ionian Mode
Gabrieli, A: Beati quorum remissae sunt a 6
Hassler, H L: Jubilate Deo omnis terra, exultate a 12
Annibale Perini: Cantate Domino a 7Sayve: Sacræ symphoniæ
No. 35, Miserere mei, Deus a 6 “De Tempore”
No. 124, De profundis clamavi ad te Domine a 10, “Psalmum de Peccatis”
Tsoupaki: Astron
Widmann, E: Intrada XIX a 5 – Cantzon XI a 5
Sayve: Sacræ symphoniæ: No. 127, O quam suavis est, Domine a 12, “In Festo Corporis Christi”
Gabrieli, A: Emendemus in melius a 6
Annibale Perini: Laudate Dominum a 7
Lasso: Tristis est anima mea a 5
Lasso: Aurora lucis rutilat a 10
Sayve: Sacræ symphoniæ: No. 136, Regna triumphalem a 12 “In Coronationem Romanorum Imperatoris”Nature’s Secret Whispering Music in the Cosmology of Johannes Kepler Bruce Dickey Concerto Palatino cd Passacaille PAS1073