De buitengewoon begaafde Erich Wolfgang Korngold, die als wonderkind werd beschouwd, trad met zijn composities in de voetsporen van de grote laat-romantici als Richard Strauss, Gustav Mahler en Hans Pfitzner. Het was echter juist deze voorliefde voor verrukkelijke melodieën en formele samenhang die hem de reputatie opleverde van reactionair componist in het tijdperk van de opkomende modernistische avant-garde.
De joodse componist Erich Wolfgang Korngold (1897-1957) uit Brünn (Brno) was de zoon van Julius Korngold (1860-1945), die assistent was van de muziekcriticus Eduard Hanslick (1825-1904). Erich werd beschouwd als een wonderkind. Gustav Mahler noemde hem zelfs ‘de nieuwe Mozart’ en Mengelberg omschreef hem ooit als “Een uit de hemel gevallen musicus”. Mahler beval Korngold aan bij Alexander von Zemlinsky, maar Zemlinsky constateerde dat hij Korngold niets meer kon leren. Al op 9-jarige leeftijd ging hij aan het Weense conservatorium bij Robert Fuchs studeren en het Wunderkind werd een protegé van Keizer Franz Joseph. Op 11-jarige leeftijd componeerde de jongen de pantomime “Der Schneemann”. De oorspronkelijke pianoversie werd door Alexander von Zemlinsky georkestreerd en in 1910 werd het werk in een choreografie van de toen heel beroemde, Duitse Zirkus-Clown, Akrobat, Schleuderbrett-Springer, Ballettmeister, en Tanzlehrer der Wiener Hocharistokratie, Carl Godlewski, o.l.v. Franz Schalk, aan de Wiener Hofoper opgevoerd. Erich was toen dertien jaar!
Op 14-jarige leeftijd componeerde hij “Eine Schauspiel-Ouvertüre”, die in première gespeeld werd door Arthur Nikisch. Op 15-jarige leeftijd componeerde hij een Sinfonietta die vaak gedirigeerd werd door Richard Strauss en Felix Weingartner. In 1917 componeerde hij als 20-jarige de “Kaiserin Zita-Hymne”. Tot in de jaren 1930 reisde Korngold heel Europa door. De eerste reizen waren initiatieven van zijn vader, een opvallende gelijkenis met Mozart en zijn vader Leopold. In 1934 kwam Korngold voor het eerst in Hollywood met de opdracht om muziek te componeren bij de film “A Midsummer Night’s Dream”. Daarvoor bewerkte hij de gelijknamige muziek van Mendelssohn. De film was geregisseerd door Max Reinhardt en William Dieterle, met jonge acteurs als James Cagney als Nick Bottom, Mickey Rooney als Puck en Olivia de Havilland als Hermia. De balletscènes werden gechoreografeerd door Bronislava Nijinska. Het was Hollywoods Golden Age.
Zijn filmmuziek had dezelfde grandeur als zijn orkestwerken. Korngold noemde deze composities ‘opera’s zonder woorden’. In deze muziek was hij een pionier. Zijn wijze van componeren beïnvloedde filmcomponisten als Max Steiner, Franz Waxman, Hugo Friedhofer en John Williams. De Tweede Wereldoorlog maakte Korngolds terugkeer naar Europa onmogelijk. Na 1947 componeerde hij geen opera’s zonder woorden meer en voltooide hij nog enkele orkestwerken met solo-instrumenten.
In zijn liederen streefde Korngold het romantisch ideaal na en besteedde hij veel zorg en inventiviteit aan de compositie ervan. Zijn schijnbaar moeiteloze gave voor melodie is overal te horen, zowel in de vroege werken als in de liederen uit de jaren ’40, die niet zouden misstaan in een operette of Broadway-musical. Ook aanwezig, vooral in de Drei Gesänge op. 18, is een opwindende, experimentele benadering van de harmonie die doet denken aan de muziek van zijn meest radicale opera, “Das Wunder der Heliane”. De stilistische kenmerken in de muziek van Korngold verklaren de enorme heropleving van de belangstelling voor zijn werken, waaronder de intieme en inventieve liederen op deze 2 cd’s. Hopelijk vinden de liederen van Korngold, naast die van Schubert, Schumann, Brahms en Wolf, eindelijk hun weg vinden naar het standaardrepertoire. 
Korngold componeerde liederen op teksten van o.a. Christina Rossetti, Hedda Baronin von Skoda, Joseph von Eichendorff, Hans Kaltneker, Shakespeare, Eleonore van der Straten en Howard Koch. Ontdek op deze cd’s o.a. zijn Lieder des Abschieds, op.14 en de Drei Gesänge nach Gedichten von Hans Kaltneker, op.18 (1924), 12 Lieder, “So Gott und Papa will”, Unverganglichkeit op.27, Songs of the Clown, op.29, “Morgen”, op.33 (oorspronkelijk voor de film, “The Constant Nymph” (1943)), de 5 Lieder, op.38, (opgedragen aan Maria Jeritza), en Sonett für Wien, op.41, oorspronkelijk gecomponeerd voor de film, “Escape Me Never” (1947), over de jonge componist, Caryl Dubrok en zijn broer, Sebastian (Errol Flynn).
De Duitse opera-sopraan Britta Stallmeister studeerde zang aan de Musikhochschule Hannover bij Carl-Heinz Müller. Vanaf 1998 was ze lid van de Oper Frankfurt, waar ze haar debuut maakte als Pamina in Mozarts “Die Zauberflöte”. Ze zong er meer dan 50 rollen, waaronder Hekuba in “Les Troyens” van Berlioz. Nadat ze in 2015 de Oper Frankfurt, verliet, bleef ze er nog steeds te gast. Sommige van de Frankfurt-producties werden opgenomen, met haar als Woglinde in Wagners “Die Walküre”, als Ighino in “Palestrina” van Pfitzner en als Cordelia in “Lear” van Aribert Reimann. In 2001 zong ze op het Bayreuth Festival, de Waldvogel in Wagners “Siegfried” en een Blumennädchen in zijn “Parsifal”. Het jaar daarop zong ze op de Salzburger Festspiele de rol van Europa in “Die Liebe der Danae” van Richard Strauss. Op 16 september 2017 verscheen ze in de première van Søren Nils Eichbergs “Schönerland” in het Hessisches Staatstheater Wiesbaden, in de rol van de Stückeschreiberin (librettist). In mei 2018, vertolkte ze de vrouwelijke hoofdrol van Germa in de eerste uitvoering van de kamerversie van Stephan Peiffers “Vom Ende der Unschuld”, op de Wiebaden Schlachthof als onderdeel van de Internationale Maifestspiele.
De Duitse mezzosopraan Sibylle Fischer studeerde aan de Musikhochschule van Hamburg en was betrokken bij het Aachen Theater. Haar favoriete operacomponisten zijn Händel en Mozart, naast Richard Strauss en Alban Berg, uit wiens “Wozzeck” ze reeds de rol van Marie zong. Haar repertoire omvat ook Octavian in “Rosenkavalier” en Maffio Orsini in “Lucrezia Borgia”.
Uwe Schenker-Primus, geboren in Rosenheim, deed zijn eerste muzikale ervaring op in het jongenskoor van Windsbach. Hij voltooide in 2006 zijn zangstudie bij prof. Monika Bürgener aan de Hochschule für Musik met een opera- en concertdiploma. Concerten in het oratoriumgebied van Monteverdi tot Bach, Mendelssohn, Brahms tot hedendaagse muziek (bijv. Penderecki’s St. Luke Passion of Adams’ “Wound Dresser”) en wereldpremières, evenals concerten in het opera- en operettegebied spelen een belangrijke rol naar het theaterleven. Als gast was hij te zien op het “Rheingau Festival” Wiesbaden, “Mozart Festival” Würzburg, “Open-Air Tower Baur” Ingolstadt, “Nymphenburger Summer” München, “Kissinger Summer” en “Voices Festival” Lörrach. Op het gebied van de liederen ligt de focus momenteel op de “baritonliederen” van de componisten Pfitzner en Korngold.
De Duitse pianist, Klaus Simon, geboren in Überlingen am Bodensee, studeerde muziek, Duits en aardrijkskunde aan de Albert-Ludwigs-Universität in Freiburg. Hij studeerde piano bij Michael Leuschner aan de Freiburg Musikhochschule en volgde later masterclasses bij Aloys Kontarsky, voor piano, en Hans Zender en Johannes Kalitzke voor directie. Simon richtte de Holst Sinfonietta en de Young Opera Company op, en is dirigent van beide groepen. Hij is vooral geïnteresseerd in 20ste-eeuwse muziek en als begeleider initieerde en leidde hij een reeks liedrecitals met muziek van componisten als Arnold Schönberg, Hans Pfitzner, Erich Wolfgang Korngold, Wolfgang Rihm, Paul Hindemith, Frank Bridge, Gustav Holst, Rebecca Clarke, George Crumb en Dominick Argento. Klaus Simon heeft verschillende cd’s opgenomen voor het Naxos-label, heeft ook werken opgenomen van John Adams en, voor het cpo-label, Korngolds laatste toneelwerk, “Die Stumme Serenade”, en Simon heeft ook edities van werken van Gustav Mahler en Schönberg bewerkt voor Universal Edition in Wenen. Deze edities zijn gebruikt voor een aantal optredens en opnames. Een van die arrangementen is Mahlers 4de symfonie voor sopraan en kamerorkest (2007).
KORNGOLD Songs, Vol. 1 Britta Stallmeister, Soprano, Uwe Schenker-Primus, Baritone Klaus Simon Piano cd Naxos 8.572027
KORNGOLD Songs, Vol. 2 Britte Stallmeister, soprano, Sybille Fischer, Mezzo-soprano, Uwe Schenker-Primus, Baritone, Klaus Simon, Piano cd Naxos 8.573083