Volgens bronnen uit het midden van de 15de eeuw werd na de Hussietenoorlogen en de renovatie van de instelling, muziek gespeeld aan de Karelsuniversiteit in Praag. Het album biedt een breed scala aan liturgische muziek, religieuze stukken van jonge geestelijken, evenals muziek die de universiteitsstudenten speelden ter ontspanning. Het programma dat tussen 1360 en 1460, 7 dagen muziek aan de Praagse universiteit ecoveert, bevat gregoriaans, anonieme creaties en composities van Bernard de Cluny, Petrus Wilhelmi de Grudencz en Antonio da Cividale.Het oprichtingsstatuut van het Reček College van de Karelsuniversiteit in Praag (1438) bepaalde voor de studenten de plicht om elke dag muziek te maken binnen de liturgische diensten. Aan de andere kant was seculiere muziek, inclusief instrumentale muziek en dans, verboden (vooral het spelen van resonerende instrumenten, zingen in de volkstalen en schunnige liederen), maar de studenten veranderden voortdurend de regels. De voor elke dag van de week voorgeschreven liturgie, diende als basis voor het repertoire van deze opname, die weliswaar ook ruimte biedt aan de seculiere muziek die de studenten naar alle waarschijnlijkheid in hun vrije tijd, buiten de muren van het college speelden.De unieke cd van Schola Gregoriana Pragensis en hun speciale gast, Corina Marti, werd uitgebracht, samen met een uitgebreide studie, die een uitgebreid beeld geeft van het 15de -eeuws universitair muziekleven. De vrucht van de samenwerking tussen musici en musicologen uit heel Europa is een boek met een cd, een artefact dat een vanzelfsprekend onderdeel zal worden van de bibliotheek van elke kenner en liefhebber van middeleeuwse muziek en muziek in het algemeen.“Ik moet bekennen dat het album een oprechte zaak voor mij is. Een van de doelstellingen van het project is om duidelijk te maken dat de studenten van de Praagse universiteit elke dag zongen, wat volgens mij niet algemeen bekend is. De studenten en hun leraren vormden ook een religieuze gemeenschap, die liturgische stukken en gezangen uitvoerde. Daarnaast hielden ze informele bijeenkomsten, waarbij ze zich hoogstwaarschijnlijk overgaven aan wereldlijke muziek”, zegt David Eben, de artistiek directeur van Schola Gregoriana Pragensis.Klaveciniste en blokfluitiste, Corina Marti, wordt internationaal erkend om haar superieure en expressieve vertolkingen en onfeilbare techniek. Haar uitgebreide discografie en repertoire reikt van 14de-eeuwse estampies en intabulaties tot de kamermuziek en soloconcerti van de hoog barok en weerspiegelt de omvang van haar muzikale interesses en technische vaardigheden. Ze is soliste, kamermusicus en docente en reist regelmatig door Europa, Amerika en het Midden- en Verre Oosten. Ze trad op met tal van oude-muziekensembles en orkesten, waaronder Hespèrion XXI, Coro della Radiotelevisione Svizzera Italiana en het Helsinki Baroque Orchestra, en is artistiek mededirecteur en stichtend lid van La Morra, een bekroond muziekensemble dat muziek uit de late middeleeuwen en vroege renaissance brengt. Haar voortdurend onderzoek naar aspecten van het repertoire en de reconstructie van laatmiddeleeuwse en vroegrenaissance klavierinstrumenten en blokfluiten, heeft substantieel bijgedragen aan de heropleving van deze instrumenten. Ze geeft les aan de volgende generatie oude-muziekartiesten aan de Schola Cantorum Basiliensis in Basel, Zwitserland, en in masterclasses over de hele wereld.Schola Gregoriana Pragensis is een a capella mannenkoor uit Tsjechië, opgericht in 1987 door David Eben. Hun kernrepertoire bestaat uit Gregoriaans, Boheems gregoriaans en vroege polyfonie, maar ze voeren ook moderne werken uit, waaronder enkele die speciaal voor hen gecomponeerd zijn. Het koor beperkte zich de eerste twee jaar in zijn repertoire tot alleen liturgische muziek. Sinds de Fluwelen Revolutie van 1989 heeft het koor zijn repertoire uitgebreid met een verscheidenheid aan religieuze muziek, met bijzondere aandacht voor het gregoriaans en vroege polyfonie. Het koor heeft verschillende prijzen gewonnen, waaronder de Choc du monde de le musique, 10 van Repertoire en Golden Harmony (Zlatá Harmonie). Sinds de oprichting hebben ze door verschillende landen getoerd. Het koor heeft tussen de zes en negen leden met een repertoire van verschillende sacrale muziek. Ze toerden o.a. door Japan, Israël, Noorwegen, Zweden, Italië, Spanje, Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk, België, Nederland, Luxemburg, Zwitserland, Slowakije, Hongarije en Polen.Hun werk in de interpretatie van middeleeuwse muziek, met bijzondere aandacht voor Boheemse zang, is bijzonder belangrijk met een focus op de symboliek van neumatische notatie uit de 10de en 11de eeuw. Optredens zijn voorzien van de originele Boheemse gregoriaanse traditie, inclusief de vroegste voorbeelden van polyfonie. Daarnaast hebben ze ook muziek uit de 14de en 15de eeuw uitgevoerd. Ze hebben tal van opnames geproduceerd voor Supraphon en andere labels en hebben deelgenomen aan festivals voor oude muziek, waaronder het Festival Oude Muziek in Utrecht in 2014. Het werk van David Eben en het koor is opgenomen in Tsjechische academische publicaties met betrekking tot musicologie.David Eben (°1965), de zoon van componist Petr Eben, begon zijn studie musicologie aan de filosofieschool van de Karelsuniversiteit in Praag in 1986, na voltooiing van zijn opleiding klarinet aan het Praags Conservatorium. Hij begon zich in 1986 te concentreren op middeleeuwse muziek en studeerde af aan het Conservatorium van Parijs nadat hij gregoriaans had gestudeerd. Hij doceert regelmatig theorie en praktijk van het gregoriaans op de zomerschool in Musiques et Patrimoine Rânes in Normandië, en op het Festival de Musique Sacré de Fribourg in Zwitserland, en heeft samengewerkt met de Tsjechische radio om programma’s over gregoriaans te produceren. Sinds 2016 doceert hij muziekwetenschap en liturgie aan de Karelsuniversiteit in Praag.Septem Dies Schola Gregoriana Pragensis Corina Marti cd + boek Supraphon SU42822