Peter Berne, “Parsifal oder Die höhere Bestimmung des Menschen Christus-Mystik und buddhistische Weltdeutung in Wagners letztem Drama”, een uitgave van Hollitzer.

“Weten door mededogen”, Erkenntnis, Mitleid und Erlösung. In deze woorden vindt de intellectuele en filosofische inhoud van Wagners Parsifal zijn kortste en meest beknopte samenvatting. Maar Peter Berne vertrok niet alleen vanuit Wagners poëzie, maar ook vanuit de muziek. Zijn nauwgezet onderzoek biedt een schat aan opwindende, gemakkelijk te begrijpen inzichten, die door zowel wetenschappers als geïnteresseerden in muziek, gelezen kan worden.Koning Titurel werd door God aangesteld om de bewaarder van de relikwieën van de Graal en de Heilige Speer te zijn en bouwde daarom de tempel van de Graal. De Graal, een beker of een schaal, werd nl. gebruikt als drinkbeker bij het Laatste Avondmaal en ving het bloed van Christus op aan het kruis. Jezus werd met de speer aan de zijkant van het kruis gewond. Titurel heeft ridders om zich heen verzameld, die, gesterkt door de relikwieën, de wereld intrekken om te strijden voor het goede. Klingsor heeft ooit geprobeerd tot de Graalgemeenschap te mogen behoren, maar werd vanwege zijn onkuisheid afgewezen. Daarom castreerde hij zichzelf, maar werd daarom nog minder geaccepteerd. Daarop creëerde hij een tegenrijk, een magische tuin met verleidelijk mooie vrouwen, o.a. Kundry, een reïncarnatie van één van de vrouwen, die Jezus bespotten langs zijn kruisweg en daarom door hem werd vervloekt opdat ze voor altijd onverlost over de wereld zou zwerven.Nadat Klingsor verschillende ridders had verleid door middel van zijn magische tuin en zo de Graal had verlaten, besloot Titurels zoon en opvolger, de Graalkoning Amfortas, om, gewapend met de heilige speer, Klingsor te bestrijden. Maar Amfortas bezweek voor Kundry’s verleidingskunsten en verloor zo de speer aan Klingsor, die de speer vergiftigde en Amfortas ermee verwondde in zijn lies, waaraan hij sindsdien vreselijk lijdt. Bij elke nieuwe openbaring van de Graal, gaat de wonde nl. weer open. Een profetie belooft Amfortas dat een zuivere, medelijdende dwaas, “ein durch Mitleid wissender reiner Tor”, hem op een dag zal verlossen van zijn kwellingen. Kundry, die uiteindelijk spijt krijgt van haar daden in dienst van Klingsor, stelt zich in dienst van de Graalridders en doet boete te doen voor haar zonden.

Het samenstellen van de volledige partituur werd aangevat in augustus 1879, maar vanwege zijn verslechtende gezondheidstoestand, zocht Wagner het warme Italië op. Het was daar dat hij in mei 1880, in het gezelschap van de Russische schilder Paul von Joukowsky (1845-1912) (foto), in Ravello, de Villa Rufolo en de tuin (foto) bezocht, die hem inspireerde voor het decor van de tovertuin van het kasteel van Klingsor. Joukofsky maakte schetsen van de tuin voor het decor van “Klingsors Zaubergarten” in het tweede bedrijf. De zaal voor de graaldienst was geïnspireerd door de kathedraal van Siena (foto’s). In november 1880 keerde Wagner terug naar Bayreuth en op 25 december, presenteerde hij de laatste georkestreerde bladzijde aan Cosima als verjaardagsgeschenk. Het eerste van de opera dat werd uitgevoerd, was het voorspel tot het eerste bedrijf, door het Meiningen orkest, in Wagners huis “Wahnfried”, op 25 december 1878, ter gelegenheid van de verjaardag van Cosima. Op 12 november 1880 dirigeerde Wagner zelf dit voorspel in een privé concert voor koning Lodewijk II van Beieren.De repetities voor de première begonnen op 1 juli 1882. Vanaf januari 1881 tot in juli 1882 hielp de componist Humperdinck als Wagners assistent, bij de uitbreidingen van de Verwandlungsmusik bij de Wandeldekorationen en het instuderen van de zang- en speelpartijen. De première was op 26 juli 1882 in het Festspielhaus in Bayreuth, o.l.v. Hermann Levi, de dirigent van de Bayerische Staatsoper. Carrie Pringle (1859-1930), een in Oostenrijk geboren, Engelse sopraanzangeres, was één van Klingsors bloemenmeisjes. Geruchten associëren Wagners vermeende verliefdheid op Pringle met de omstandigheden van zijn dood in Venetië in 1883. Pringle was de enige van de oorspronkelijke Bloemenmeisjes die niet opnieuw werd ingezet voor de productie van Parsifal in 1883. Ze verhuisde met haar ouders en broers en zussen naar Londen. In Engeland verliep haar carrière onrustig en verscheen ze blijkbaar nooit meer op het operapodium…Sommige personages, vooral Titurel, Amfortas, Klingsor en Parsifal, gingen terug naar het vers-epos “Parzival” uit het begin van de 13de eeuw. De eigenlijke plot van het Bühnenweihfestspiel, “Parsifal”, dat Wagner “sein versöhnendstes Werk“ noemde, was weliswaar maar losjes gebaseerd op het oorspronkelijk vers-epos. In veel details was het Wagners eigen creatie. Met name de figuur van Kundry als tovenares en als boetelinge, maar ook de spelling Parsifal en de wetenschappelijk onhoudbare etymologie die Parsifal gelijkstelt met Fal Parsi, de pure dwaas, waren creaties van Wagner. De christelijke relikwieën van de Graal en de Heilige Speer en de boeddhistisch idee van reïncarnatie, waren volkomen vreemd aan Parzivals 16 avonturen in het oorspronkelijk Parzival-epos (foto’s) van Wolfram von Eschenbach, het verhaal dat eindigt met de geschiedenis van Lohengrin. Eerder beschreef Chrétien de Troyes  (ca. 1135/1140-1190) trouwens Parzivals geschiedenis in zijn ridderroman, “Perceval ou le Conte du Graal”, opgedragen aan de Vlaamse graaf, Filips van den Elzas. Chrétien de Troyes was trouwens de eerste die de graal en de Graalburcht, het kasteel van de “Roi Pêcheur”, de Visserkoning, in de wereld van koning Arthur introduceerde.Het idee voor “Parsifal”, Wagners demonisch, ideologisch meesterwerk, ging o.a. terug tot het ontwerp voor zijn nooit gerealiseerde opera, “Die sieger”. Het plan voor “Die Sieger” werd opgesteld tussen 1856 en 1858, in een periode waarin Wagner grote belangstelling had voor het boeddhisme. De fragmentarische prozaschets die bewaard is gebleven, laat zien dat deze was gebaseerd op legendes die Wagner ontdekte in de Inleiding tot de geschiedenis van het boeddhisme uit 1844 van de indoloog en oriëntalist, Eugène Burnouf (1801-1852). Het verhaal vertelt over de liefde van de uitgestotene chandala Prakriti voor de monnik Ānanda.Hoewel beiden door de andere monniken worden verbannen, staat Boeddha hun kuise vereniging toe en staat Prakriti toe lid te worden van de kloostergemeenschap. Burnoufs “Introduction à l’Histoire du Bouddhisme Indien” wordt erkend als een inleiding tot de boeddhistische metafysica die in de 19de eeuw veel Franse occultisten beïnvloedde voor wie het indianisme en Sanskrietteksten een bron van inspiratie waren. Wagner schreef in 1857 aan Marie Sayn-Wittgenstein en verwees naar het meisje als ‘Savitri’ en suggereerde voor zijn opera een structuur met drie bedrijven. Hij schreef verder over het project aan Mathilde Wesendonck vanuit Venetië in 1858, waarbij hij zichzelf en Mathilde vergeleek met Ananda en Savitri. Er zijn geen muzikale schetsen van dit werk bekend, maar ementen van het verhaal verwerkte Wagner in “Parsifal”, een “weihevoll reinigender religiöser Akt“, een “heilige, religieuze daad”.Peter Berne analyseert “Parsifal” vanuit de middeleeuwse graalsymboliek en het oud Indiaas denken, met talrijke citaten uit Wagners geschriften, o.a. uit “Das Kunstwerk der Zukunft” en “Oper und Drama” (1849 – 1852 in Zürich) en “Religion und Kunst” (1880 in Napels (Villa Angri)), en biedt een schat aan opwindende inzichten die gebaseerd zijn op een solide basis van nauwkeurig onderzoek. “Ik heb geprobeerd”, zo schrijft Peter Berne, “om de spirituele boodschap in het werk zelf uit te werken door poëzie, symbolische beelden en muziek te analyseren. Als toezichthoudende autoriteit heb ik Wagners eigen geschriften uit de Parsifal-periode gebruikt, waarin hij de meeste gedachten die artistiek in het werk tot uitdrukking komen, in conceptuele vorm presenteerde. Deze essays bevatten veel persoonlijke en politieke kwesties die niets met het kunstwerk te maken hebben. Maar waar Wagners filosofisch-religieuze gedachten samenvallen met wat een onbevooroordeelde werkanalyse oplevert, kunnen ze worden opgevat als een garantie dat de door de analyse verkregen werkinterpretatie authentiek is.”“Alleen als het ging om de dieptepsychologie, die voor de auteur zelf per definitie onbewust moest zijn”, zo vervolgt hij, “heb ik ook C. G. Jung gebruikt om uit te leggen, omdat zijn theorieën in buitengewone mate licht kunnen werpen op de psychologische achtergrond van de dramatische gebeurtenissen. En tot slot heb ik ook de bronnen waaruit Wagner putte in mijn analyse opgenomen, aangezien een vergelijking tussen deze en het werk enig licht werpt op Wagners bedoelingen. Naast de middeleeuwse Graal Epos moet men tot deze bronnen ook de filosofie van Schopenhauer rekenen, die tijdens de Parsifal-periode zo’n invloed had op Wagners denken dat het gezien moet worden als een van de belangrijkste sleutels om het werk te begrijpen. Daarom heb ik er een gedetailleerde beschrijving aan gewijd in deel I van het boek.” Niet te missen!Peter Berne (foto) was vele jaren dirigent en geeft les (Lehrgang für “Belcanto“) in Leipzig en aan de Hochschule für Musik Hanns Eisler in Berlijn. Hij studeerde aan het Mozarteum in Salzburg en daarna bij Luigi Ricci (1893-1981), de assistent-dirigent van Puccini en Pietro Mascagni, en Kurt Overhoff (1902-1986), de privé muziekleraar van Wieland Wagner. Eerder schreef hij “Apokalypse – Weltuntergang und Welterneuerung in Wagner’s ‚Ring‘ – Eine Werkeinführung für das dritte Jahrtausend” en “Belcanto – Historische Aufführungspraxis in der italienischen Oper – ein praktisches Lehrbuch für Sänger, Dirigenten und Korrepetitoren” (beide uitgegeven door Werner’schen Verlagsgesellschaft), en “Wagner Zwischen Todessehnsucht und Lebensfülle, Tristan und Meistersinger” (Hollitzer Verlag).

Peter Berne Parsifal oder Die höhere Bestimmung des Menschen, Christus-Mystik und buddhistische Weltdeutung in Wagners letztem Drama 300 bladz. Duits uitg. Hollitzer ISBN 978-3-99012-419-2

https://www.stretto.be/2021/03/08/weltbejahung-oder-weltverneinung-peter-berne-wagner-zwischen-todessehnsucht-und-lebensfulle-tristan-und-meistersinger-een-uitzonderlijk-professionele-uitgave-van-hollitzer-verlag/

https://www.stretto.be/2017/04/01/wagner-op-de-piano/

https://www.stretto.be/2018/06/18/opera-en-drama-van-richard-wagner-vertaald-uitgegeven-door-ijzer-een-must/

https://www.stretto.be/2018/10/17/richard-wagner-het-kunstwerk-van-de-toekomst-uitgegeven-door-ijzer-epo-uniek/