Klopt het cliché van de lastige puber? Op welke manier vergroten we weerbaarheid bij jongeren? Welke invloed heeft de naaste omgeving op een kind? Het bestuderen van de psychologie van kinderen en jongeren kent een relatief korte, maar boeiende geschiedenis. Verschillende denkers en stromingen hebben dit vakgebied in een richting gestuurd die ook opvoeding en onderwijs grondig heeft beïnvloed … alleen zijn veel van die ideeën intussen weerlegd. Hoe weet je dan wat wel effectief bewezen is en werkt?“Bijna alles wat je moet weten over psychologie van kinderen en jongeren”, kijkt naar het reilen en zeilen van kinderen en jongeren in de dagelijkse praktijk. En vooral, het laat zien hoe ouders, leraren en opvoeders met die inzichten aan de slag kunnen. Behalve uit de psychologie, bevat het inzichten uit de pedagogiek, sociologie en andere gedragswetenschappen, om zo tot een bruikbaar overzicht te komen. Hoe leren kinderen en jongeren, hoe motiveer je hen en hoe kun je hun gedrag individueel en in een groep positief beïnvloeden? Dit praktisch en actueel basisboek leert het je allemaal. Een centraal thema in de ontwikkelingspsychologie (kinder- en jeugdpsychologie), is immers inzicht te verkrijgen in functies als intelligentie, denken, geheugen en gebruik van taal van jonge en oudere kinderen bij de psychologische veranderingen. En dit vanaf de geboorte via de babyjaren, peuterjaren, kleuterjaren, schoolperiode tot adolescentie. In het boek staan praktische fiches waarin verschillende theorieën en domeinen samenkomen. Hoe ga je bijvoorbeeld om met rouw, thuis of in de klas? Hoe begeleid je een groep? Hoe ga je om met schermtijd? Hoe werk je aan weerbaarheid bij kinderen en jongeren?Dit boek is ingedeeld in vier delen, “Ik”, “De anderen”,” Leren” en “Handelen”. In het eerste deel, staat men stil bij de ontwikkeling van het individu. Als je kinderen en jongeren wilt ondersteunen in hun ontwikkeling, is het handig om te weten hoe die ontwikkeling verloopt. “We starten eerst met wat de motoren van ontwikkeling zijn”, zo lezen we. “Zijn we onze genen of zijn we onze omgeving? Vervolgens staan we stil bij persoonlijkheidsontwikkeling, hechting, cognitieve ontwikkeling, morele ontwikkeling, taal, … Maar tegelijk merk je, bijvoorbeeld bij het belang van spelen dat daarbij de rol van anderen steeds belangrijker wordt, wat ons brengt”. “We leven en ontwikkelen onszelf niet alleen, we doen dat in interactie met de omgeving. Ouders, familie, vrienden, leraren, opvoeders, en ga zo maar door. Hoe belangrijk is die omgeving, en hoe kun je die zo optimaal mogelijk inrichten voor leren en leven?”, zo klinkt het in deel 2. “Naast het optimaal ondersteunen van ontwikkeling, willen we als ouder, opvoeder of leraar, kinderen en jongeren ook iets leren”, zo luidt het in deel 3. “Dit start met waarnemen om zo via leren expertise op te bouwen”. “Het laatste deel van het boek”, zo vervolgen, de auteurs, “gaat over het gedrag dat we laten zien. We staan stil bij de controlekamer in ons hoofd: de executieve functies. We bekijken hoe we kinderen en jongeren optimaal kunnen motiveren om tot slot ook andere manieren te verkennen waarmee we hen een duwtje in de juiste richting kunnen geven.” De gedragsgenetica heeft daarbij belangrijke inzichten opgeleverd wat betreft de invloed van erfelijkheid.“Als je wilt voorkomen dat een kind gepest wordt, dan komen veel van de onderwerpen die we in dit boek los bespreken samen. Daarom voegden we door het boek heen verschillende fiches toe die meer praktisch van aard zijn. Je herkent ze aan de gekleurde pagina’s. Deze fiches bespreken geen apart domein van de psychologie, maar brengen modellen en inzichten vanuit verschillende takken van de psychologie samen en vertalen deze naar handvatten om je zoon of dochter, je leerling, het kind of de jongere onder je hoede te helpen.”Pedro De Bruyckere is pedagoog en docent aan de Artevelde Hogeschool in Gent. Daarnaast is hij postdoctoraal onderzoeker aan de Universiteit Leiden. Hij schreef verscheidene internationaal gekende boeken waarin hij de meest hardnekkige mythes over onderwijs en opvoeding ontkracht. Zijn onderzoek werd onder meer gepubliceerd in American Educator.Casper Hulshof is psycholoog en als docent onderwijswetenschappen verbonden aan de Universiteit Utrecht. Hij is een veelgevraagd spreker over de rol van media en internet in het hoger onderwijs.
Liese Missinne is onderwijskundige en lerarenopleider aan de Artevelde Hogeschool in Gent voor toekomstige leraren secundair (of voortgezet) onderwijs.Pedro De Bruyckere Casper Hulshof Liese Missinne Bijna alles wat je moet weten over psychologie van kinderen en jongeren 344 bladz. uitg. Lannoo Campus EAN 9789492873040