Op 9 november 1918, werd in Weimar, door de gekozen afgevaardigden, de grondwet van de socialistische Weimarrepubliek geschreven. Deze parlementair-democratische Weimarrepubliek, een centrumlinkse coalitie, gedomineerd door de SPD, zou veertien jaar bestaan.In zijn boek “Sprong in het duister”, stond de vraag naar de plaats van de Eerste Wereldoorlog in de Duitse geschiedenis centraal. Maar, Duitsland was rond 1910 een heel ander Duitsland dan in 1920, toen het bijna door een burgeroorlog werd verscheurd. Toch bezat het Duits Keizerrijk voor 1914, het vermogen om zich te ontwikkelen in de richting van een moderne, democratische samenleving. Het ontstaan en de eerste ontwikkeling van het modernisme op het vlak van architectuur, kunsten en nijverheid, speelde zich in het Duitsland van de jaren ’20, echter af tegen een politieke achtergrond van verscheurdheid en verregaande onenigheid, arbeidersopstanden (bv. de Ruhropstand in 1920), stakingen en betogingen (bv. de “Cuno-Streiks”), terreur en geweld.Maar, de Weimarrepubliek stond ook voor de emancipatie van de vrouw en de Joden, voor een moderne verzorgingsstaat, het Bauhaus, de “Dreigroschenoper”, en de boeken van o.a. Alfred Döblin en Thomas Mann. De Weimarrepubliek was bijgevolg veel meer dan een voorspel tot het Derde Rijk. In dit boek wordt de Weimarrepubliek nu eens niet benaderd als een ‘republiek zonder republikeinen’, maar als een staat met grote veerkracht en potentie. Overtuigde democraten waren bereid de Weimarrepubliek te verdedigen en Hitlers NSDAP was bij de verkiezingen in 1928, trouwens nog niet meer dan een marginale partij. Maar, waar de NSDAP in 1928, slechts 12 zetels had, had ze er 2 jaar later, maar liefst 107, waardoor ze ineens van een splinterpartij, de tweede partij van Duitsland was geworden…Op unieke wijze beschrijft Patrick Dassen de Weimarrepubliek van binnenuit, o.a. met behulp van dagboeken, brieven en de zogenaamde ‘Abelpapers’, 683 brieven, verzameld door de Amerikaanse socioloog, Theodore Fred Abel (1896-1988) (foto), die een bijzondere inkijk geven in de ‘ziel’ van vroege leden van de NSDAP, gewone mensen, die levendige verhalen schreven over gekrenkte nationale trots, maar ook over de hoop op een herboren Duitsland waarin iedereen gelijk was. De inzendingen van de deelnemers uit de naar schatting 850.000 leden van de nazipartij, die een dwarsdoorsnede van de Duitse samenleving vertegenwoordigden, van soldaten en SS-officieren, tot kantoorpersoneel, huisvrouwen, kinderen en mijnwerkers, varieerden van handgeschreven liefdesbrieven aan het nazisme, tot getuigenissen van wel 12 pagina’s. Deze brieven en getuigenissen werden in 1938, gepubliceerd met als titel “Why Hitler Came to Power. An answer based on the original life stories of 600 of his followers”.
Dassens boek bestaat uit 3 uitgebreide delen met 11 chronologisch geordende hoofdstukken. In Deel 1, “1918-1923: Revolutie, chaos en veerkracht”, heeft de auteur het eerst over het voorspel, radicalisering, het debat en de betekenis van de Novemberrevolutie, waarna hij de Weimar-coalitie van 1919 (SPD, Zentrum, DDP), Pruisen als democratisch bolwerk, het Bauhaus, (1919-1933), het Verdrag van Versailles, de vrijkorpsen, Brigade Ehrhardt en Organisation Consul van Hermann Ehrhardt, bespreekt. Verder komen in dit deel de DNVP (“Deutschnationale Volkspartei”) en de communisten (KPD), de Ruhrbezetting door Frans-Belgische troepen, en de hyperinflatie van 1923, (vijfenhalf miljard mark voor een brood!), aan bod. Het eerste deel eindigt o.a. met de moord in 1922, op de minister van Wederopbouw en later minister van Buitenlandse Zaken, Walther Rathenau (foto), (de zoon van de stichter van de Allgemeine Elektricitäts-Gesellschaft (AEG)), de aard van het antisemitisme, en het crisisjaar 1923.In Deel II: “1924-1929: de ‘Gouden jaren’?” bespreekt hij de buitenlandse politiek en de nieuwe koers van Gustav Stresemann (foto), 1923-1929, de beurskrach van oktober 1929 in New York en de economische crisis, en de bloei van de kunst en cultuur. In Deel III. “1930-1933: de ondergang van de Weimarrepubliek”, heeft hij het o.a. over de Grote Depressie, de doorbraak van de nazi’s in 1930 en de belangrijke rol die de grootindustrieel en media magnaat, Alfred Hugenberg (1865-1951) daarbij speelde, en de machtsovername door Hitler in januari 1933. In het 11de en laatste hoofdstuk vind u o.a. zijn tekst over de Abelpapers. Als epiloog, de actualiteit van de Weimarrepubliek. Chronologie, verkiezingsuitslagen, de kabinetten en de lijst van de 60 auteurs van de Abelpapers, vervolledigen dit monumentaal werk.Het boek laat u kennis maken met begrippen als “Volksstaat”, “Führerdemokratie”, “Freikorpse” en “Obrigkeitsstaat”, en met de rol en betekenis van de politieke hoofdrolspelers, o.a. Friedrich Ebert (foto) en Hugo Preuss, Otto Braun, de minister-president van Pruisen, Walther Rathenau en Gustav Stresemann, de ministers van buitenlandse zaken, het minderheidskabinet van Heinrich Brüning, minister van Binnenlandse Zaken Gustav Noske en de regering van Wilhelm Cuno. En dit tegen de achtergrond van de Spartakisten opstand, Pruisische, militaristische tradities van hoge militairen en de rol van grootgrondbezitters en industriëlen, de Kapp Putsch, een republiek met een rijkspresident (er waren er in totaal 3) als Ersatzkaiser (plaatsvervangende keizer), de communistische partij KPD en de NSDAP van Hitler, de jaarlijkse herstelbetalingen, niet alleen in de vorm van geld, maar ook staal, hout en steenkool (het Dawes-plan en Young-plan), en de Amerikaanse kortetermijnleningen. De enorme herstelbetalingen, berekend tot in 1989!, werden door de geallieerden onder meer gebruikt voor het aflossen van hun oorlogsleningen bij de VS. Door de crisis van 1929, konden veel leningen niet terugbetaald worden waardoor banken failliet gingen. Om te bezuinigen wegens grote financiële tekorten in de VS, werd de financiële hulp in het kader van het Young-Dawespact aan Duitsland stopgezet. In Duitsland ontstond schrijnende armoede… In 2010, betaalde Duitsland nog zijn laatste schulden af uit de Eerste Wereldoorlog.Dassen bespreekt niet alleen het ontstaan van de republiek na de Eerste Wereldoorlog, maar ook haar ontwikkeling van de chaotische totstandkoming, via een periode van stabiele rust tot aan het dramatisch einde. Want, al te vaak wordt de Weimarrepubliek slechts beschouwd als een opmaat voor de macht van Hitler en de overbekende gevolgen. Zo beantwoordt Dassen de vragen wat de Weimarrepubliek kwetsbaar maakte, waarom ze uiteindelijk ten onder ging, en welke lessen ze ons te bieden heeft. Een opvallend pleidooi voor democratie. Niet te missen!Patrick Dassen promoveerde op het werk van Max Weber in zijn politieke en intellectuele Duitse context: “De onttovering van de wereld. Max Weber en het probleem van de moderniteit in Duitsland, 1890 – 1920 (1999)”, dat net als “Sprong in het duister”, ook uitgegeven werd door Van Oorschot. Hij werkte bij het Duitsland Instituut in Amsterdam en aan de universiteiten van Groningen en Amsterdam. Sinds 2004 doceert hij aan de Universiteit Leiden.
Patrick Dassen De Weimarrepubliek Over de kwetsbaarheid van de democratie 768 bladz. Uitgeverij G.A. van Oorschot B.V. 9789028213012
https://www.stretto.be/2017/04/17/duitsland-wie-kan-het-begrijpen/