Marc-André Hamelin brengt op deze dubbel cd, een bloemlezing van de klaviermuziek van Bachs beroemde zoon. Hij toont daarmee de inventiviteit en diversiteit aan van de 18deeeuwse “Empfindsamer Stil”Tussen 1738 en 1768, woonde en werkte C.P.E. Bach (1714-1788) als klavecinist en componist, in Ruppin en Berlijn. Daar componeerde deze ‘Berlijnse Bach’ o.a. zijn Magnificat (1749), een Paas cantate (1756), verschillende symfonieën en concerti, drie Liederbände, zijnde Geistliche Oden en liederen op teksten van Gellert (1758), Oden met melodieën (1762) en Sing-Oden (1766), en wereldlijke cantaten. In 1768 werd hij als “städtischer Musikdirektor und Kantor am Johanneum” in Hamburg, de opvolger van zijn overleden dooppeter, Georg Philipp Telemann.C.P.E. Bach componeerde ca. 200 klaviersonates, o.a. 6 Preussische Sonaten (1742) en 6 Württembergische Sonaten (1744), 6 Sonaten mit veränderten Reprisen (1760), sonatines, rondo’s, variaties en kleinere werken, eerder karakterstukken, naar het voorbeeld van François Couperin, zoals “Solfeggietto”, Wq. 117/2 en “La Caroline” Wq. 117/39, H. 98, of het hier opgenomen, “L’Herrmann” H92 Wq117/23 en “La Prinzette” H91 Wq117/21. Daarnaast verscheen tussen 1753 en 1762, naar het voorbeeld van Quantz’ “Versuch einer Anweisung die Flöte traversiere zu spielen” en deels Leopold Mozarts “Versuch einer gründlichen Violinschule”, zijn pedagogisch werk, “Versuch über die wahre Art das Clavier zu spielen”. Daarin was hij één van de belangrijkste en eerste vertegenwoordiger van de nieuwe ‘Empfindsame Stil’, die sterk de nadruk legde op gevoelvolle expressie.Bachs klaviermuziek, eigenl. gecomponeerd voor clavichord, kon niet los worden gezien van zijn didactisch auteurschap. Tegen het midden van de 18de eeuw was er nl. een toenemend aantal amateurmuzikanten, die muziek maakte op een schaal die voorheen nauwelijks voorstelbaar was. Ook de vraag naar studieboeken nam toe, vooral in Berlijn, waar koning Frederik de Grote, de toon zette als fluitist. In 1750 had Friedrich Wilhelm Marpurg reeds een klein handboek gepubliceerd, getiteld, “Die Kunst das Clavier zu spielen”, dat zo succesvol bleek dat het, het jaar daarop, reeds werd herdrukt. Bachs leerboek was niet alleen één van de belangrijkste muzikale leerboeken van de 18de eeuw, het was ook de eerste uitgebreide pianomethode in het Duits, gedetailleerder uitgewerkt dan François Couperins, “L’art de toucher le clavecin”, uit 1716.
In Berlijn componeerde C. P. E. Bach, klaviermuziek voor verschillende adellijke personen, de “Preußische Sonaten” (1742) voor Frederik II, de “Württembergische Sonaten” (1744) voor de jonge hertog Carl Eugen von Württemberg, en de “Sechs Klaviersonaten mit veränderten Reprisen” (1760) voor prinses Anna Amalia (foto). Bepaalde van zijn klaviermuziek verscheen in bundels, “Clavierstücke verschiedener Art”, Wq. 112, in 1765, “Kurze und Leichte Clavierstücke”, Wq. 113–114, in 1766, en 6 verzamelingen “Clavier Sonaten für Kenner und Liebhaber”, Wq. 55–59, 61, tussen 1779 en 1787. In de klaviermuziek van C.P.E. Bach, met zijn complexe stilistische eisen aan de uitvoerder, werden drama en intensiteit, getemperd door de elegantie van de Verlichting en de invloed van de barok. De uitvoeringen van Marc-André Hamelin zetten nieuwe maatstaven in dit eindeloos boeiend repertoire. In het bijbehorend boekje leest u daarenboven een bijzonder interessante tekst van de Iraans-Amerikaanse klavecinist, Mahan Esfahani (°1984), die zelf, in 2014, de cd, “C.P.E. Bach Württemberg Sonatas”, voor Hyperion opnam. Zeker lezen!
De Canadese pianist en componist Marc-André Hamelin, (°1961) begon zijn pianostudie op 5-jarige leeftijd en was 9 jaar toen hij de eerste prijs won op een Canadese wedstrijd. Zijn vader was apotheker, maar ook een begenadigd pianist. Deze leerde hem de werken van Alkan, Godowsky en Sorabji kennen. Zijn voornaamste leermeesters van Marc-André waren Yvonne Hubert, Harvey Wedeen en Russell Sherman. Hij studeerde aan de École Vincent d’Indy in Montreal en vervolgens aan de Temple University in Philadelphia (Pennsylvania). Hij maakte opnamen van vele componisten op het label Hyperion. Zijn opname van de complete Godowsky ‘Studies on Chopin’s Études’ won de 2000 Gramophone Instrumental Award. Hamelin is ook bekend voor zijn opnamen van minder bekende laat-19e- en vroeg-20e-eeuwse componisten (Leo Ornstein, Nikolai Roslavets, Georgy Catoire, Charles Ives), en voor het spelen van pianistisch zeer moeilijke werken van pianisten/componisten als Leopold Godowsky, Charles-Valentin Alkan en Kaikhosru Sorabji.
C.P.E. Bach Sonatas & Rondos Marc-André Hamelin 2 cd Hyperion CDA68381/2