De erkenning was weliswaar niet gemakkelijk voor Cécile Ousset, deze Grande Dame van de piano, die op veertienjarige leeftijd, haar eerste prijs behaalde aan het Conservatorium van Parijs en kort daarna aan een slopende reeks grote wedstrijden begon. Als jonge, vrouwelijke pianiste bleven de deuren voor haar veelal gesloten, zelfs met de steun van de grote Arthur Rubinstein, die persoonlijk investeerde in Oussets vroege carrière nadat hij getuige was geweest van haar prestatie op de Long-Thibaud-wedstrijd.

De Franse pianiste, Cécile Ousset werd in 1936 geboren in Tarbes, Frankrijk, en gaf haar eerste recital op vijfjarige leeftijd, waarna ze op 10-jarige leeftijd aan het conservatorium van Parijs studeerde bij Marcel Ciampi (1891-1980), en waar ze, slechts veertien jaar oud, in 1950, de eerste prijs piano won. In 1953 won ze de Claire Pages-prijs en won ze verschillende wedstrijden, waaronder de Marguerite Long-Jacques Thibaud-wedstrijd in Genève op 17-jarige leeftijd, de Prix du Concours International de Genève op 18, de Premier Grand Prix du Concours International Viotti op 19, de Premier Prix du Concours International Busoni op 23-jarige leeftijd en een Van Cliburn-prijs op 26-jarige leeftijd. In 1956, behaalde ze de vierde prijs op de Internationale Muziekwedstrijd Koningin Elisabeth van België in Brussel (foto).

Andere laureaten waren onder meer Tamas Vasary, Lazar Berman en de 19-jarige, Vladimir Ashkenazy, die de eerste prijs won. De opgelegde werken waren toen “Campeador” van Léon Jongen voor de Halve finale en een Pianoconcerto van René Defossez voor de Finale. Arthur Rubinstein en haar ex leraar, Marcel Ciampi, maakten toen deel uit van de jury. Andere beroemde juryleden waren o.a. Emil Gilels, Nikita Magaloff, Robert Casadesus en Annie Fischer.

De hier door Warner opnieuw uitgebrachte, prestigieuze EMI Classics-opnames van Cécile Ousset, verspreid over de jaren 1982 en 1990, zouden haar derde en meest prestigieuze opnamesamenwerking markeren, waardoor ze op haar 46ste in de internationale schijnwerpers kwam te staan. Haar internationale bekendheid kreeg ze vooral in de jaren 70, met name door haar opnames voor het Duits Eterna-label en voor Decca France (foto). Het jaar 1982 markeerde de release van haar eerste solo-opname voor EMI, een levendig programma waarin Moessorgski’s “Schilderijententoonstelling” gecombineerd werd met Ravels “Gaspard de la nuit”. The Musical Times prees haar “lichtgevende toon” en een “gevoel voor stijl”, en verklaarde: “Cécile Ousset is een opwindende pianiste”. Haar sterke techniek, gebaseerd op de Russische methode van Ciampi, geeft haar een heldere en robuuste toon; haar virtuositeit is onbetwistbaar en onthult een beheersing van klank, kleur en schittering.”

Werken van het Frans repertoire bleven een belangrijke plaats innemen in de programma’s van Ousset, vooral Debussy en Ravel, maar ook Liszt en Chopin, waren essentiële onderdelen van haar repertoire. De opname van Chopins Derde Sonate staat bol van aangrijpende lyriek en heroïsche gevoelens, het uitstekende tempo is net zo bewonderenswaardig als de natuurlijkheid van het spel, nauwelijks opzichtig maar in alle opzichten betoverend. Een overzicht van de veelgeprezen concertopnames van Cécile Ousset voor EMI zou tot de schijnbaar logische conclusie kunnen leiden, dat de pianiste werd aangetrokken door de ongegeneerd-virtuoze zwaargewichten van de concertliteratuur, Rachmaninov, Saint-Saëns, Liszt, Prokofiev, Grieg en Tsjaikofski.

Inhoud:

Chabrier: Idylle (No. 6 from Pièces pittoresques)

Chabrier: Scherzo-valse (No. 10 from Pièces pittoresques)

Chopin: Piano Sonata No. 2 in B flat minor, Op. 35 ‘Marche funèbre’

Chopin: Scherzi Nos. 1-4

Debussy: Deux arabesques, L. 66

Debussy: Estampes (3)

Debussy: Images pour piano – Books 1 & 2

Debussy: L’isle joyeuse

Debussy: Pour le piano

Debussy: Préludes – Books 1 & 2

Debussy: Suite bergamasque: Clair de lune

Fauré: Impromptu No. 2 in F minor, Op. 31

Fauré: Impromptu No. 3 in A flat major Op. 34

Grieg: Piano Concerto in A minor, Op. 16

Liszt: Grandes Études de Paganini (6), S. 141

Liszt: Piano Concerto No. 1 in E flat major, S124

Liszt: Piano Sonata in B minor, S178

Mendelssohn: Piano Concerto No. 1 in G minor, Op. 25

Mussorgsky: Pictures at an Exhibition

Poulenc: Piano Concerto in C sharp minor, FP 146 (1949)

Prokofiev: Piano Concerto No. 3 in C major, Op. 26

Rachmaninov: Piano Concerto No. 2 in C minor, Op. 18

Rachmaninov: Piano Concerto No. 3 in D minor, Op. 30

Rachmaninov: Piano Sonata No. 2 in B flat minor, Op. 36

Rachmaninov: Rhapsody on a Theme of Paganini, Op. 43

Ravel: Alborada del gracioso (Miroirs No. 4)

Ravel: Gaspard de la Nuit

Ravel: Jeux d’eau

Ravel: Le Tombeau de Couperin

Ravel: Menuet sur le nom de Haydn

Ravel: Miroirs, 5 pieces for piano

Ravel: La Vallee des Cloches (Miroirs No. 5)

Ravel: Noctuelles (Miroirs No. 1)

Ravel: Oiseaux tristes (Miroirs No. 2)

Ravel: Une barque sur l’océan (Miroirs No. 3)

Ravel: Pavane pour une infante défunte

Ravel: Piano Concerto in D major (for the left hand)

Ravel: Piano Concerto in G major

Ravel: Sonatine

Ravel: Valses nobles et sentimentales

Saint-Saëns: Allegro appassionato, Op. 70

Saint-Saëns: Etude en forme de valse (No. 6 from Six Études, Op. 52)

Saint-Saëns: Piano Concerto No. 2 in G minor, Op. 22

Satie: Trois Gymnopédies

Schumann: Piano Concerto in A minor, Op. 54

Tchaikovsky: Piano Concerto No. 1 in B flat minor, Op. 23

Cécile Ousset – The Complete Warner Recordings 16 cd Warner Classics 9029643624