De namen van Felix Mendelssohn Bartholdy en Frieder Bernius worden terecht in één adem genoemd. In 1968 richtte de toen 21-jarige Frieder Bernius, het Kammerchor Stuttgart op. De naam Frieder Bernius maakt bijgevolg al decennia lang, een integraal onderdeel uit van de koorscène. Deze box bevat alle opnamen die zijn gemaakt van Mendelssohns religieuze, vocale muziek, de 2 oratoria, alle motetten, psalmen, koorcantates en kleinere werken en de symfoniecantate, “Lobgesang”.
Tot in de barok vormden vocale solisten, het “koor”, slechts af en toe versterkt door amateurzangers. De bijna duizend jaar oude traditie van jongenskoren speelde daarbij een bijzondere rol. Tussen de barok en de romantiek speelde Carl Friedrich (Christian) Fasch, de zoon van Johann Friedrich Fasch, een speciale rol met zijn “Missa voor zestien stemmen”, gecomponeerd voor enkele tientallen zangers in de jaren 1780. Het leidde aan het begin van de 19de eeuw tot de oprichting van de Sing-Akademie zu Berlin. Deze Akademie, de oudste koorvereniging ter wereld, opgericht in 1791, door Carl Friedrich (Christian) Fasch (1736-1800) (foto), klavecinist aan het hof van Frederik de Grote, heeft de carrière van de jonge Felix Mendelssohn aanzienlijk bepaald. Als leerling van Carl Friedrich Zelter (1758-1832) (foto), de opvolger van Fasch, leerde Mendelssohn de Italiaanse, vocale polyfonie uit de 16de– en 17de eeuw kennen. Als dirigent had hij de uitgebreide koorbibliotheek ter beschikking, en met dit koor bracht hij in 1829, een legendarische uitvoering van Bachs “Matthäus-Passion”. Niettemin had hij zijn hele leven een haat-liefdeverhouding met deze instelling. Waarschijnlijk kon hij er nooit helemaal overheen komen dat hij op zijn beurt, niet tot koorleider was benoemd als opvolger van zijn strenge maar gewaardeerde leraar.
Carl Friedrich Zelter volgde in 1800 Carl Friedrich Fasch op als dirigent van de Berlijnse Singakademie en richtte in 1809 de Berliner Liedertafel op, hetzelfde jaar waarin hij tot professor aan de academie werd benoemd. Eén van zijn leerlingen was Felix Mendelssohn. Onder leiding van Zelter had Mendelssohn in de Berlijnse Singakademie de muziek van Sebastian Bach leren kennen. Dat stimuleerde de jonge componist in de periode 1827-32, tot het componeren van acht koorcantaten op Duitse hymnen.
De werken die hier zijn verzameld, illustreren Mendelssohns nauwe relatie met de Sing-Akademie. En ook al lijken ze zijn pad te volgen van leerling tot gezel en meester, elk werk getuigt op zich van het vroeg meesterschap van een componist, die met meer dan 750 composities, beschouwd wordt als een van de meest productieve componisten van het romantisch tijdperk. Mendelssohn componeerde wel meer dan vijftig religieuze werken. Hij werd o.a. sterk geïnspireerd door de Bijbelse psalmen waarvan hij er vijf toonzette met orkest. De toonzetting van Psalm 115, “Non Nobis Domine”, componeerde hij voor sopraan, tenor, bas, koor en orkest. Met Handels “Dixit Dominus” als voorbeeld, begon Mendelssohn eind 1829 aan deze compositie, waarschijnlijk in Engeland, en voltooide ze het volgend jaar in Rome. In 1835 was Mendelssohn de eerste muziekdirecteur en Kapellmeister van het Gewandhausorchester in Leipzig geworden.
Hij componeerde zijn vocale werken tot het begin van de jaren ’30, voor de Singakademie in Berlijn, een koor van meer dan tweehonderd amateurzangers, die acht- tot zestienstemmige polyfone werken zongen en beschouwde “Wie der Hirsch schreit”, een cantate-achtige toonzetting van Psalm 42 voor sopraan, koor en orkest, op. 42 (1837-1838), als zijn beste werk binnen het genre. Voor het nieuw kathedraalkoor in Berlijn componeerde hij een toonzetting van Psalm 98 “Singet dem Herren ein neues Lied” voor solisten, koor en orkest, op. 91, en als antwoord op een vraag uit Londen, componeerde hij “Hear my Prayer”, een ‘hymne’ gebaseerd op Psalm 55 voor sopraan, koor en orgel, die hij later orkestreerde.
De compositie werd één van zijn beroemdste werken in het Victoriaans Engeland. “Hear my Prayer”, hier weliswaar in het Duits gezongen, een kort werk gepresenteerd in Londen in 1845 voor sopraan, koor en orkest, was een toonzetting van de Engelse vertaling van William Bartholomew van Psalm 55. Dit anthem met de geliefde solo was zeer populair in het Victoriaans Engeland. De solo werd en wordt er gezongen door een treble (een sopraan knapenstem).
Mendelssohn, later Mendelssohn-Bartholdy, werd Luthers-protestant opgevoed, maar werd door zijn tijdgenoten nooit volledig geaccepteerd als christen. Hij op zijn beurt, verloochende ook nooit zijn joodse afkomst. Wellicht weerspiegelden zijn drie meesterlijke koorwerken daarom zijn religieuze dualiteit in de intellectuele schemerzone tussen lutheranisme en Joodse haskalah (Hebreeuws voor verlichting) in de lijn van zijn grootvader, Moses Mendelssohn (1729-1786). Het belangrijkste onderwerp van “Paulus” is een figuur uit het Nieuwe Testament die, hoewel Joods geboren, een vroege leider van het christendom werd, In “Elias” verklankte hij de wijsheid van een oudtestamentische profeet.
Paulus was een “zoon van een Farizeeër” en bezat het Romeins staatsburgerschap door geboorte. Hij was hij een actieve vervolger van de eerste christenen. Een voorbeeld hiervan wordt beschreven in de Bijbel wanneer hij zijn goedkeuring geeft aan de dood van een Joodse christen uit de eerste eeuw. Een deel van de Bijbelteksten uit het Nieuwe Testament wordt aan Paulus toegeschreven. Paulus wordt bemind en gehaat om zijn egalitaire mensbeschouwing en universalistische overtuiging of om zijn paradox dat zwakheid ware kracht is. Sommigen zeggen dat hij het christendom heeft uitgevonden, anderen zeggen dat hij de boel verziekt heeft, o.a. door zijn vrouwonvriendelijke benadering. Paulus, de eerste grote denker binnen de christelijke beweging, blijft voor velen een onbekende en vaak zelfs een miskende. Zijn brieven vormen nochtans de oudste kern van het Nieuwe Testament.
Vrijwel geen andere componist van zijn tijd was zo diep geworteld in de Duits-Lutherse koortraditie als Felix Mendelssohn Bartholdy. Maar, Mendelssohns verheven psalmtoonzettingen zijn helemaal niet zo bekend. In deze box is o.a. een overtuigend en inspirerend programma van vier psalmtoonzettingen en een koorcantate opgenomen. Deze volledige opname, gemaakt over meer dan twee decennia, werd zeer geprezen door de pers en ontving vele onderscheidingen. Nu zijn die meesterlijke interpretaties van Mendelssohns gevoel voor melodie en gedifferentieerde harmonie, o.l.v. Bernius, beschikbaar in een complete box. De uitvoerders zijn Kamerkoor Stuttgart, Württemberg Kamerorkest Heilbronn, Bamberg Symfonie Orkest, Ensemble ’76 Stuttgart, Stuttgart Kamerorkest, de Duitse Kamerfilharmonie Bremen en Klassiek Filharmonisch Stuttgart.
Felix Mendelssohn Bartholdy Geistliche Chorwerke Oratorien Lobgesang Motetten Psalmen Choralkantaten kleinere Kirchenwerke Kammerchor stuttgart Frieder Bernius Geasamteinspielung 14 cd Carus CV 83.049