De Hamburgse pianist Matthias Kirschnereit en het Württembergs Kamerorkest Heilbronn, hebben zich aan een grote taak gewijd, ze hebben alle negen concerto’s voor klavierinstrumenten van Joseph Haydn op een dubbelalbum opgenomen, waaronder het Dubbelconcert voor klavier en viool in F uit ca. 1766, met Lena Neudauer op viool, evenals het Pianotrio in G, (op.82, nr.2), uit 1795.
Tussen 1766 en 1795, componeerde Joseph Haydn om en bij de 62 klaviersonaten. Tussen 1773 en 1784 (de Sonates nrs. 34 tot 56) kalmeerde de Sturm und Drang beroering en een zeker zacht muzikaal gemoed kwam Haydns werk en stijl binnen, terwijl zijn pianistische stijl verzachtte. Dit was ook het geval met zijn tussen 1756, en 1782, gecomponeerde maar veel minder bekende Klavierconcerti, eigenl. nog Divertimenti. Van bepaalde is de authenticiteit weliswaar niet zeker. Die worden toegeschreven aan Georg Christoph Wagenseil (Hob. XVIII:7,) Leopold Hofmann (Hob. XVIII:8), Georg Joseph Vogler (Hob. XVIII:F1) en Johann Georg Lang (Hob. XVIII:F3).
“Misschien zingt Mozart meer, maar Haydn spreekt, brabbelt, verheugt zich en praat ook over heel serieuze dingen in het leven”. Nadat Matthias Kirschnereit en het Frankfurt Radio Symphony Orchestra zich met werken van Hummel toelegden op de ruimte tussen klassiek en romantisch, Weber en Mendelssohn, wendt hij zich nu tot “Papa Haydn”. Daarmee betreedt hij het repertoire van pianoconcerti van het Oostenrijkse origineel, dat weinig aandacht heeft gekregen. Matthias Kirschnereit brengt nu al zijn negen pianoconcerten uit met het Württembergse Kamerorkest Heilbronn, dat hij ook vanaf zijn instrument dirigeert. De opname is een coproductie met Deutschlandfunk Kultur.
Haydns “Concerten voor klavierinstrumenten”, die zijn samengevat in sectie XVIII van de Hoboken oeuvrecatalogus, werden oorspronkelijk ontworpen voor verschillende instrumenten. Wat oorspronkelijk bedoeld was voor een pianoforte, klavecimbel of zelfs orgel, speelt Matthias Kirschnereit hier op een moderne Steinway-vleugel. “Hier en daar sta ik mezelf zelfs toe om in de partituur in te grijpen en – hopelijk in de geest van Joseph Haydn – kleine ornamenten, toonladders, versieringen en octaven aan te brengen om het geheel wat eigentijdser te laten klinken”, zegt de professor aan de Hochschule für Musik en Theater Rostock. Zijn empathie voor Haydns taal is vooral duidelijk in de cadensen. Ze zijn niet bewaard gebleven in het origineel van Haydn, dus ze stellen hem in staat om zelf de componist te worden voor zijn volledige opname. Hij werkte het geheel in de geest van Haydn uit, waarbij hij naar hartenlust de meester citeerde.
Alle concerti, die volgens sommige musicologen misschien zelfs werden gecomponeerd voor gebruik in kerkdiensten, volgen een eenvoudig principe: drie delen, de buitenste delen zijn snel, het middelste deel is opzettelijk lyrisch en uitsluitend majeur. Tegelijkertijd slaagt Kirschnereit erin een opwindende transparantie en een verscheidenheid aan klank te creëren, vooral door zijn dialogische samenwerking met het orkest. “Ik leid het orkest vanaf de vleugel. Het is belangrijk om deze geest samen te vinden, het spirituele en vrije in de muziek. Misschien is het zo dat je nog preciezer moet luisteren als er geen dirigent in de buurt is”.
Tijdens Haydns leven (1732-1809) maakte het klaviertrio een grote ontwikkeling door. Het vroege klaviertrio (opkomst in de 2e helft van de 18e eeuw) was in wezen een begeleide klaviersonate, waarbij de begeleidende instrumenten (meestal de cello en de viool) een ondergeschikte rol speelden. Zelfs vanaf de jaren 1780 werden de klaviertrio’s van zowel Mozart als Haydn, nog steeds gepubliceerd als ‘Sonata per il Clavecimbalo o Forte-Piano con un Violino e Violoncello’. Haydn componeerde minstens 45 klaviertrio’s, waaronder twee trio’s voor piano, fluit en cello (Hob. XV:15 en Hob. XV:16 in D) en één trio voor fluit of viool, cello en piano (Hob. XV:17 in F). Wat opvalt is de rijkdom van de verbeelding van de componist, nu eens briljant en dan weer ernstig, diepzinnig of licht. Haydns vroege trio’s worden als kleine werken beschouwd en worden zelden gespeeld, behalve in de context van volledige edities. De latere trio’s, waar aan hij halverwege de jaren 1780 begon, weerspiegelden daarentegen de volledige muzikale rijpheid van de componist en worden door critici enorm bewonderd. De pianotrio’s van Haydn worden gedomineerd door de pianopartij. De viool speelt wel de melodie, maar wordt vaak verdubbeld door de piano. De cellopartij is ondergeschikt en is meestal gewoon een verdubbeling van de bas lijn in de piano.
De Duitse violiste, Lena Neudauer (°1984), geboren in München, begon op 3-jarige leeftijd met vioolspelen. Eerst volgde ze lessen bij Helge Thelen en later bij Sonja Korkeala. Op 11-jarige leeftijd ging ze naar de Mozarteum-universiteit Salzburg en studeerde bij Thomas Zehetmair en uiteindelijk bij Christoph Poppen. Al op 15-jarige leeftijd won Lena Neudauer in 1999, de 4de Internationale Vioolwedstrijd Leopold Mozart in Augsburg (Mozart-prijs – 1e prijs). In 2013 zou ze jurylid zijn bij de 8e editie van dezelfde wedstrijd. In 2010 werd ze benoemd tot hoogleraar viool aan de Hochschule für Musik Saar in Saarbrücken. Sinds het wintersemester 2016 bekleedt ze een professoraat voor viool aan de Universiteit voor Muziek en Podiumkunsten München. Ze dankt veel aan haar samenwerking met Felix Andrievsky, Ana Chumachenco , Midori Gotō , Nobuko Imai en Seiji Ozawa. Als soliste speelde ze met orkesten als het Münchener Kammerorchester , het Orchestre National de Belgique, de Polnischen Kammerphilharmonie, de Nürnberger Symphoniker, de Brandenburger Symphoniker en de Münchner Symphoniker, onder leiding van Dennis Russell Davies, Mariss Jansons, Christoph Poppen en Wojciech Rajski.
Matthias Kirschnereit (°1962), geboren in Dorsten in de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen, groeide op in Namibië en studeerde later bij Renate Kretschmar-Fischer aan de Hochschule für Musik Detmold. Hij was prijswinnaar op gerenommeerde wedstrijden in binnen- en buitenland, zoals de Deutscher Musikwettbewerb in Bonn, de Géza Anda Wedstrijd in Zürich en de Sydney International Piano Competition. In 1989 ontving hij de Förderpreis des Landes Nordrhein-Westfalen für junge Künstlerinnen und Künstler. De ensembles waarmee Kirschnereit optreedt, zijn het Tonhalle-Orchester Zürich, het Radio-Sinfonieorchester Stuttgart en de Lucerne Festival Strings. In 1997 ontving Kirschnereit, die in Hamburg woont, een hoogleraarschap aan de Rostock Universiteit voor Muziek en Theater. Hij heeft tal van cd-opnamen, waaronder een complete opname van alle pianoconcerti van Mozart met de Bamberger Symphoniker, gemaakt tussen 1999 en 2006 voor het Arte nova/Sony BMG label. Voor de wereldpremière opname van het gereconstrueerd Pianoconcerto in e van Felix Mendelssohn Bartholdy, samen met de Robert-Schumann-Philharmonie Chemnitz, onder leiding van Frank Beermann, ontving Kirschnereit in 2009 de ECHO Klassik. Sinds 2012 is Kirschnereit artistiek directeur van de Gezeitenkonzerte in Ostfriesland.
CD1:
Klavierkonzerte:
G-Dur HOB XVIII:4
C-Dur HOB XVIII:8
D-Dur HOB XVIII:2
C-Dur HOB XVIII:5
C-Dur HOB XVIII:10
Klaviertrio in G-Dur HOB XV:25
CD2:
Klavierkonzerte:
C-Dur HOB XVIII:1
F-Dur HOB XVIII:3
D-Dur HOB XVIII:11
Doppelkonzert in F-Dur HOB XVIII:6
Haydn The Complete Piano Concertos Matthias Kirschnereit Württembergisches Kammerorchester Heilbronn 2 cd Berlin Classics 0302297C