Johann Sebastian Bach lijkt een levenslange interesse in kamermuziek te hebben gehad. Samenspelen behoorde immers voor de familie Bach tot het dagelijks leven. Van Bach is dan ook bekend dat hij veel werken voor dit repertoire heeft gecomponeerd. Ontdek hier zijn 6 Vioolsonates BWV 1014- 1019.
Naast de toch wel bekende sonates en partita’s voor viool solo (BWV 1001-1006) en de suites voor cello solo (BWV 1007-1012), bestaat de kamermuziek van Bach uit werken voor luit solo (BWV 995- 1000) en een suite voor luit solo (BWV 1006a), een Partita voor fluit solo (BWV 1013), werken voor viool en klavecimbel (BWV 1014-1026), Sonates voor viola da gamba en klavecimbel (BWV 1027-1029), Sonates voor fluit en klavecimbel (BWV 1030-1035) en Triosonates (BWV 1036-1040). Zowel aan het hof van Anhalt-Coethen en later in Cafe Zimmermann in Leipzig, of bij hem thuis door zijn kinderen, leerlingen, kostgangers of vrienden, was Hausmusik in veel opzichten, de sonische weerspiegeling van de relatie die Bach had met de mensen om hem heen. Van de 4 sonates, een Suite en een fuga BWV 1021-1026, niet te verwarren met Bachs hier opgenomen Sonaten voor obligaat klavecimbel en viool, BWV 1014-1019, zijn er 4 composities weliswaar twijfelachtig.
De eerste vijf sonaten in de vorm van een Italiaanse sonata da chiesa, zouden voltooid zijn in Köthen. Van de zesde sonate, in de vorm van een sonata da camera, waren de eerste twee bewegingen al af, terwijl de andere bewegingen van die sonate, waarschijnlijk op basis van een verloren gegane triosonate voor fluit, viool en basso continuo, in 1725, in Leipzig zijn toegevoegd. Deze zesde sonate werd overigens nog herzien. Bach verving de twee dansbewegingen door een langzame beweging, een instrumentale versie van een sopraanaria met obligate vioolpartij, die hij tussen 1729 en 1730 tweemaal opnieuw gebruikte in cantaten in Leipzig. Bepaalde bewegingen van de andere sonaten zouden afkomstig zijn van verloren sonaten en concertdelen. De eerste twee bewegingen van de vierdelige sonaten vormen een prelude en fuga, gevolgd door een contrasterende, rustige beweging, met een dromerig karakter en een levendige driestemmige fuga. De derde beweging is doorgaans rustig en poëtisch, in cantabile-stijl. De finale beweging is steeds briljant en levendig in de eerder virtuoze, concertante stijl.
De sonaten zijn duidelijk rijker dan de combinatie van louter een partij voor viool solo, een bas lijn en het klavier voor harmonische invulling, typisch voor de baroksonate. Integendeel, deze sonaten zijn volwaardige composities voor klavier en viool met een rijk uitgewerkte klavierpartij, vaak met eigen melodielijnen, die doordacht anticiperen op de (solo) partij van de viool. Bach realiseerde met deze sonaten de synthese van contrapunt, melodie en harmonie. De sonaten zijn als driestemmige composities voor twee instrumenten, als het ware trio’s, nl. de linker- en rechterhand van het klavecimbel en de vioolpartij. De sonaten zijn daarom geen ‘Vioolsonaten’, maar in tegenstelling tot Bachs 2 Sonaten voor viool en basso continuo (BWV 1021 en 1023), zijn deze sonaten bewust gecomponeerd voor obligaat klavecimbel en viool, met een gelijkwaardige rol voor beide instrumenten.
Daarenboven bevatten ze een enorme verscheidenheid aan karakters en gemoedstoestanden, van melancholie of wanhoop tot pastoraal en extravert, van majesteit en klaagzang tot nostalgie en verlatenheid, en van grote vreugde en terughoudendheid tot intellectuele abstractie en humor. De voor deze opname gebruikte instrumenten die zorgen voor een warme klank met een zilverachtig timbre, zijn een klavecimbel uit 1984 van William Dowd (1922-2008) naar een Mietke uit ca. 1700 en een 18de eeuwse, anonieme barokviool. Deze dubbel SACD werd opgenomen in de Iglesia de San Miguel Arcángel (foto) in Daroca, (provincie Zaragoza) in Spanje.
De Spaanse violist Andoni Mercero begon zijn studie viool en altviool in San Sebastián. Hij vervolgde zijn studie aan de Escuela Superior de Música Reina Sofía in Madrid, de Universiteit van Toronto, de Hans Eisler Hochschule für Musik in Berlijn en het Conservatorium van Amsterdam. Hij won verschillende prijzen op wedstrijden waaronder de Pablo Sarasate National Prize, Isidro Gyenes National Violin Competition, Julio Cardona International Competition in Portugal, Vittorio Gui Competition in Florence of de Bonporti Baroque Violin Prize in Rovereto (Italië). Andoni Mercero is altijd zeer actief geweest op het gebied van kamermuziek, zowel met viool als altviool, en was lid van verschillende groepen zoals het Casals Quartet of Mensa Harmonica. Momenteel is hij directeur van de Musica Boscareccia-groep, met wie hij onlangs een cd heeft opgenomen die gewijd is aan het werk van Francesco Corselli. Hij trad op als solist met het Orquesta Ciudad de Granada, Orquesta Sinfónica de Burgos, Orquesta Barroca de Sevilla, Camerata Strumentale di Prato (Italië) en het Mantua Chamber Orchestra (Italië). Andoni Mercero is professor aan de Academia de Música Antigua de la Universidad de Salamanca en is docent strijkkwartet bij Musikene, Centro Superior de Música del País Vasco in San Sebastián.
Geboren in Zaragoza in 1974, studeerde Alfonso Sebastián er piano en klavecimbel aan het Superior Conservatorium. Hij vervolgde zijn opleiding aan het Conservatoire National Supérieur in Parijs, waar hij zich specialiseerde in pianoforte (Patrick Cohen) en directie (Claire Levacher) en volgde hij cursussen bij o.a. J.-W. Jansen, G. Leonhardt, L.-U. Mortensen, J. Ogg en P. Badura-Skoda. Hij is gastdirigent van het Vigo430 Orchestra en lid van de groep Los Músicos de Su Alteza en werkt ook samen met het ensemble La Tempestad, Al Ayre Español, Sevilla Baroque Orchestra, Salamanca University Baroque Orchestra, en het Castilla y León Symphony Orchestra. Hij maakte verschillende opnames van o.a. muziek voor twee klavecimbels van Luigi Boccherini en Spaanse concerti voor klavecimbel en orkest en als vertaler heeft hij Quantz’ verhandeling in het Spaans vertaald en heeft hij actief meegewerkt aan de vertaling van de verhandeling van Carl Philipp Emanuel Bach. Sinds 1999, is hij hoogleraar klavecimbel en basso continuo aan het Conservatorium van Salamanca.
J. S. Bach The Violin & Harpsichord sonatas Andoni Mercero Alfonso Sebastián Eudora EUD- 2 SACD-2205