“Beethoven, Christus am Ölberge”, door Sebastian Kohlhepp, Eleanor Lyons en Thomas Bauer, Collegium Vocale Gent en Orchestre des Champs-Élysées o.l.v. Philippe Herreweghe, op het label PHI. Niet te missen!

   

Beethoven componeerde zijn oratorium “Christus am Ölberge” (“Christus op de Olijfberg”) in slechts veertien dagen, te midden van allerlei tumult en andere onaangename en alarmerende gebeurtenissen in zijn leven. Het was de eerste keer sinds zijn twee ‘keizerlijke cantates’ van 1790, de Cantate voor de dood van keizer Jozef II, WoO87, en de Cantate voor de troonsbestijging van Leopold II, WoO88, dat hij begon aan een meerdelig vocaal werk. “Christus am Ölberge” was ook zijn eerste compositie over een religieus onderwerp en was zijn enige oratorium.

Beethoven begon aan het werk in de herfst van 1802, kort na zijn voltooiing van het Heiligenstadt Testament en wilde de emotionele onrust van Jezus in de tuin van Getsemane voorafgaand aan zijn kruisiging, muzikaal uitbeelden. Het werk werd in 1803 in het Theater an der Wien in Wenen voor het eerst uitgevoerd, maar werd pas in 1811 gepubliceerd, waardoor het oratorium het betrekkelijk hoog opusnummer 85 kreeg. In 1811 werd het werk nl. herzien door Beethoven voor publicatie door Breitkopf & Härtel. Het Duits libretto was van de dichter Franz Xaver Huber (1755-1809), de redacteur van de Wiener Zeitung, met wie Beethoven nauw samenwerkte.

In een brief aan Breitkopf & Härtel, geschreven kort na de voltooiing van het oratorium, zei Beethoven dat hij het in “een paar weken” had geschreven, hoewel hij later beweerde dat het stuk niet meer dan 14 dagen nodig had om te voltooien. Het werk is een dramatisch oratorium en wordt beschouwd als een veel humanistischere weergave van de Christuspassie dan andere toonzettingen, zoals bv. deze van Bach. Het eindigt op het punt dat Jezus persoonlijk zijn lot aanvaardt, waarbij de nadruk wordt gelegd op zijn eigen beslissing in plaats van op de latere kruisiging of opstanding. In het oratorium voor een sopraan-, tenor- en een bassolist, vierstemmig koor en symfonieorkest, zingt de tenor (Sebastian Kohlhepp) de rol van Jezus, zingt de sopraan (Eleanor Lyons) de rol van een engel/serafijn en zingt de bas (Thomas Bauer) de rol van Petrus.

Beethoven was nogal kritisch over het werk en over de uitvoering van het orkest en het koor op de première. Hij filterde Hubers libretto en zei in een brief uit 1824 aan de Gesellschaft für Musikfreunde: “Laten we de waarde van dit soort gedichten buiten beschouwing laten. We weten allemaal dat er rekening mee moet worden gehouden… wat mij betreft “Ik zou liever Homerus, Klopstock, Schiller op muziek zetten. Als ze moeilijkheden bieden om te overwinnen, zijn deze onsterfelijke dichters het op zijn minst waardig.” Beethoven zette uiteindelijk bijna twintig jaar later, Schiller op muziek in de finale van zijn monumentale Negende symfonie. De redacteuren van Breitkopf & Härtel waren het eens met Beethovens kritische beoordeling van de tekst en Christian Schreiber werd ingeschakeld om ingrijpende wijzigingen aan te brengen.

Christian Johann Christoph Schreiber (1781-1857), nota bene geboren in Eisenach, was een Duitse theoloog, filoloog, filosoof en dichter en was ook de hoofdinspecteur van de bisdommen van Lengsfeld en Dermbach. Hij was bevriend en voerde correspondentie met de meest vooraanstaande schrijvers en filosofen van zijn tijd, o.a. met Madame de Staël en met August Wilhelm Schlegel. Hij publiceerde poëzie, preken, historische en filosofische werken. Wanneer Breitkopf & Härtel, Beethovens Mis in C, in 1809 publiceerde, vroeg de uitgever aan Schreiber het Latijn naar het Duits te vertalen. Ondanks Beethovens eigen twijfels over het libretto, werd het werk na de première in 1803 toch wel vier keer uitgevoerd in 1804, en elk jaar herhaald, altijd voor volle zalen.

De kritische reactie op de eerste uitvoering van “Christus am Ölberge”, was gemengd. Terwijl de criticus van de “Zeitung für die Elegante Welt” schreef dat het oratorium “een paar bewonderenswaardige passages” bevatte, beschreef een recensie in de “Freymüthige Blätter”, het werk als “te kunstmatig van structuur met gebrek aan expressiviteit, vooral in de vocale gedeelten”. “Christus am Ölberge” is sindsdien enigszins in de vergetelheid geraakt en wordt zelden uitgevoerd. Het slotkoor “Welten singen…” heeft weliswaar op zich enige populariteit, gezongen als een “Hallelujah”, door kerk-, middelbare school- en universiteitskoren.

Beethoven Christus am Ölberge Sebastian Kohlhepp Eleanor Lyons Thomas Bauer Collegium Vocale Gent, Orchestre Des Champs-Élysées, Philippe Herreweghe cd PHI LPH039