U heeft er geen idee van, maar in dit boek overtreft de werkelijkheid de fictie en de waarheid de mythe. U beleeft nl. bij het lezen een haast persoonlijke ontmoeting met inquisiteurs en “filles à la cuisse légère”, impressionisten en kunstdieven, oplichters en bankiers, gifmengsters en chirurgijnen, collaborateurs en résistants, kubisten en anarchisten, schildersmodellen en conservatrices, terroristen en duellisten, Hugenoten en katholieken, misdadigers en beulen…
Parijs is een stad met enorme contrasten. Je vindt er de hipste cafés, maar ook minuscule, donkere kroegen met een hoogbejaarde dame achter de toog, een veel te dikke kater aan haar zijde. Het verleden is direct of indirect nog zichtbaar in het straatbeeld van Parijs. Je kunt jezelf verliezen in de grote stad, je verloren voelen, je kunt dwalen om te verdwalen, dingen vinden waarvan je niet wist dat je ze zocht, scènes zien die je nooit eerder hebt gezien. Parijs is een stad van pracht en praal, maar ook van extreme armoede. Onder die prachtige bovenlaag, achter die glanzende façade, borrelt, leeft, stinkt, bloeit de stad.
De cafés, bars en bistro’s, vooral die op het kruispunt van de boulevards Montparnasse en Raspail, de huidige Place Pablo-Picasso, waren plaatsen waar kunstenaars elkaar ontmoetten en onderhandelen. Cafés zoals Le Dôme, La Closerie des Lilas, La Rotonde, Le Select en La Coupole accepteerden dat hongerige artiesten de hele avond een tafel konden bezetten voor een prijsje. Als ze in slaap vielen, kregen de obers opdracht hen niet te storen. Argumenten kwamen vaak voor, sommigen waren het gevolg van controverse, anderen van alcohol, en de gewoonte dicteerde dat zelfs toen de confrontatie omsloeg, de politie niet werd gebeld.
Als de kunstenaars hun rekening niet konden betalen, accepteerde de eigenaar van La Rotonde, Victor Libion, vaak een schets. Ook de muren van de cafés waren als een soort geïmproviseerde galerijen, behangen met kunstwerken. Het nachtleven, zoals de hete nachten in de Dingo Bar aan de rue Delambre, was legendarisch. Onder degenen die ‘s nachts deel uitmaakten van Montparnasse, waren de schrijvers Morley Callaghan en Scott Fitzgerald. De rue de la Gaîté was de straat van de theaters en de muziekzaal rond de beroemde Bobino. Daar zongen Damia, Kiki, Mayol en Georgius voor volle zalen. Les Six werden ook vaak in de buurt aangetroffen. Zij creëerden nieuwe muziek op basis van de ideeën van Satie en Jean Cocteau. De dichter Max Jacob zei dat hij naar Montparnasse was gekomen om er “schandelijk te zondigen”.
Als we over Parijs spreken hebben we het over de 20 arrondissementen, verdeeld in 80 wijken van Rive gauche en Rive droite, opgebouwd als een spiraal. Het boek van Dirk Velghe is opgesplitst in 5 delen, Rechteroever West, Rechteroever Oost, Linkeroever West, Linkeroever Oost, met toevoeging van de wijken Monceau en Batignolles. Het Parc Monceau in het 8ste arrondissement was nl. eigendom van Louis Philippe Joseph d’Orléans, Hertog van Chartres en werd in 1769, ontworpen door Louis Carrogis, bekend als Carmontelle. Claude Monet schilderde het park in 1876 en in het park bevinden zich een Egyptische piramide, een colonnade van Korinthische zuilen en zelfs een windmolen, en staan er beelden van Guy de Maupassant, Frédéric Chopin, Charles Gounod, Ambroise Thomas en Edouard Pailleron.
Batignolles in het 17de arrondissement, een onafhankelijk dorp buiten Parijs tot 1860, toen keizer Napoleon III het bij de hoofdstad annexeerde, wordt in het zuiden begrensd door de Boulevard des Batignolles, in het oosten door de Avenue de Clichy, in het noorden door de Rue Cardinet en in het westen door de Rue de Rome. In de 19de eeuw had Batignolles een actief cultureel leven en diende het als basis voor de schilder Édouard Manet en zijn vrienden, die bekend werden als de Batignolles-groep, die veel scènes uit het caféleven schilderden. Rond Manet vormde zich nl. een groep vrienden om elkaar regelmatig te ontmoeten in de cafés in de buurt, met name in het Café Guerbois aan de Avenue de Clichy, dat nu helaas verdwenen is. De meest frequente aanwezigen op deze bijeenkomsten waren naast Manet zelf, Renoir, Sisley en Bazille, die van tijd tot tijd het gezelschap kregen van Camille Pissarro en Edgar Degas, de beschermheer en criticus, Edmond Maître, Émile Zola en de fotograaf Nadar.
Al in de 19de eeuw was de wijk/het Quartier du Sentier bv., een traditionele wijk in het 2de arrondissement, hét centrum van textiel. Honoré de Balzac verwees er verschillende keren naar in “Le Bal de Sceaux”, wanneer Émilie de Fontaine, ontdekt dat Maximilien de Longueville, stoffen verkoopt. In “Mort à crédit” van Louis-Ferdinand Céline, begint de jonge Ferdinand zijn leertijd in een bedrijf in de wijk Sentier. Het was ook het district van de geschreven pers, dat Balzac reeds onderstreepte in “La Rabouilleuse”. Philippe Bridau las er zijn proza voor, voor hij ging dineren in “Rocher de Cancale”. “Sombre Sentier” van Dominique Manotti, heeft als achtergrond een staking van Turkse illegale arbeiders in de wijk.
In “De ziel van Parijs” proeft u de eigenzinnige oogst van iemand die, na vele seizoenen in zijn lievelingsstad, nog steeds verrukt is door haar vruchten. In hoogst intrigerende en vaak vergeten geschiedenissen zoals ‘De zaak-Chanel-Wertheimer’, ‘De gele trui van Lenin’ en ‘De verkoop van de Eiffeltoren’ komen honderden Parijse zielen weer tot leven achter de gevels, in passages of stegen, op pleinen en langs de avenues en de boulevards van de lichtstad.
Dirk Velghe vertelt feiten en verhalen over bijzondere mensen en gebeurtenissen die Parijs inkleurden, soms met verf, soms met bloed. Geschiedenissen zoals alleen een echte Parijzenaar ze kan vertellen. Luchtig maar altijd diep onderbouwd geeft Velghe een geheel nieuwe twist aan de geschiedenis van Parijs. Zijn no-nonsense proza en narratieve flair staan garant voor meeslepende lectuur. Los van ethische waardebepalingen en morele oordelen, getuigt dit meesterwerk van de immense erudiete kennis van de auteur. Dit boek over de wellicht mooiste, meest poëtische, lieflijkste en boeiendste stad ter wereld, over Paris insolite, gekruid met anekdotes, waarvan u het aantal niet voor mogelijk houd, moet u zeker, maar dan ook zeker, lezen!
Dirk Velghe is voormalig oprichter-CEO van Vacature en later van Mediafin, het uitgeefbedrijf van de kranten De Tijd en L’Echo, waar hij vandaag de raad van bestuur voorzit. Hij maakte meer dan twintig jaar deel uit van het groepscomité van DPG Media, waar hij in 1987 zijn medialoopbaan startte. Naast een passie voor media koestert Dirk Velghe er een voor Parijs. Al meer dan dertig jaar houdt de lichtstad hem prettig wakker. Zoveel is duidelijk..!
Dirk Velghe De ziel van Parijs Bijzondere plekken, mensen en geschiedenissen 559 bldz uitgeverij Hannibal Books ISBN 9789464666380