BR-Klassik bracht op 2 cd’s, de live opname uit van de concertuitvoering van Paul Hindemiths opera “Cardillac” op 13 oktober 2013 in het Prinzregententheater in München. En dit met internationaal gerenommeerde solisten, het Praags Filharmonisch Koor en het Münchener Rundfundorchester o.l.v. Stefan Soltész.
Cardillac, op. 39, is een opera in drie bedrijven en vier scènes. De Zwitserse journalist en schrijver, Ferdinand Lion (1883-1968), een vriend van o.a. Thomas Mann, die ook libretti schreef voor Eugen d’Albert, schreef het libretto op basis van personages uit het kortverhaal “Das Fräulein von Scuderi” van E.T.A. Hoffmann. De eerste opvoering vond plaats in november 1926, in de Staatsoper in Dresden, onder leiding van Fritz Busch, waarna het in heel Duitsland werd opgevoerd. De Italiaanse première van de opera vond plaats in 1948 op de Biënnale van Venetië als onderdeel van het “Festival of Contemporary Music XI”.
In 1820 werd het verhaal “Das Fräulein von Scuderi”, gevonden in het derde deel van Hoffmanns cyclus “Die Serapionsbrüder”, gepubliceerd in vier delen van 1819 tot 1821. Het verhaal wordt beschouwd als de eerste Duitse misdaadnovelle en gaat over de opheldering van een mysterieuze reeks moorden in Parijs in de 17de eeuw, door de Franse schrijfster, Madeleine de Scudéry (1607-1701) (foto), de auteur van “.La promenade de Versailles”. Hindemith herzag zowel de partituur als de tekst. De tweede versie werd voor het eerst opgevoerd in juni 1952, in het Stadttheater van Zürich, o.l.v. Victor Reinshagen. Na 1953, keurde Hindemith alleen de herziene versie uit 1952 goed voor theatervoorstellingen. Na het overlijden van de componist in 1963, kwam de originele versie weliswaar weer beschikbaar voor productie. Deze opname reproduceert de eerste versie.
De opera opent met de opgewonden menigte over een reeks recente mysterieuze moorden. De goudsmid Cardillac betreedt het toneel en de sfeer wordt verstild. De Dame vraagt de Cavalier over de goudsmid Cardillac, en de Cavalier vertelt over de goudsmid en zijn onschatbare sieraden. De Dame belooft de Cavalier die avond een rendez-vous als hij haar het mooiste werk van Cardillac kan brengen. In de 2de scène genieten de Dame en de Cavalier van hun rendez-vous en de Cavalier levert een van Cardillacs kettingen. Een gemaskerde figuur sluipt echter de slaapkamer binnen en steekt de Cavalier dodelijk neer. De Dame valt flauw en de mysterieuze figuur vlucht met de ketting.
In de 2de akte vertelt de goudhandelaar aan Cardillac de laatste moord waarbij een recent juweel van Cardillac is gestolen. De goudhandelaar heeft zo zijn vermoedens over de identiteit van de moordenaar. Cardillac beveelt zijn dochter om over zijn werk te waken. Ze doet dat en wacht op haar minnaar, de officier. Cardillac keert terug en het wordt duidelijk dat hij meer waarde hecht aan de artikelen die hij heeft gemaakt dan aan zijn dochter. Hij ontmoet dan de koning en biedt aan om zijn grootste kunstwerk voor hem te maken. De officier komt binnen om Cardillac de hand van zijn dochter te vragen, en Cardillac stemt ermee in. Hoewel de officier beseft hoeveel Cardillac zijn creaties waardeert boven zijn eigen dochter, biedt hij geld aan voor een van de kettingen van de goudsmid. Nadat de officier is vertrokken, geeft Cardillac aan dat hij zelf de moordenaar is.
In de 3de akte draagt de officier in een herberg, de ketting en presenteert zichzelf als een doelwit voor de moordenaar. Cardillac komt binnen en verwondt de officier, maar de officier slaat de aanval af en houdt zich vast aan de ketting. Hij adviseert Cardillac om te vluchten. De goudhandelaar roept dan een menigte op en beschuldigt Cardillac van de moorden. Cardillac wordt binnengebracht, gevolgd door zijn dochter. De officier verdedigt Cardillac, weerlegt de beschuldiging van de goudhandelaar en beschuldigt de goudhandelaar ervan de medeplichtige van de moordenaar te zijn. In het daaropvolgende ensemble realiseert de dochter van Cardillac zich dat haar vader de moordenaar is. De menigte zingt de lof van Cardillac, maar terwijl ze doorgaan, vragen zij zich af wie de moordenaar is. Ten slotte onthult Cardillac aan de menigte dat hij de moordenaar is. Ze eisen dat hij zijn misdaden berouwt, maar hij maakt geen dergelijk gebaar. De menigte lyncht vervolgens Cardillac. Met zijn laatste gebaar voor hij sterft, reikt hij naar de ketting om de nek van de officier, niet naar zijn dochter. De officier en de dochter van Cardillac zweren wederzijdse toewijding.
Stefan Soltész (1949-2022), van 1992 tot 1997, dirigent bij de Vlaamse Opera in Antwerpen en Gent, overleed onverwacht op 22 juli 2022, nadat hij in het Nationale Theater van München, instortte tijdens het dirigeren van Richard Strauss’ “Die schweigsame Frau”. De Oostenrijkse dirigent, geboren in Hongarije, was van 1997 tot 2013, ook algemeen muziekdirecteur van het Filharmonisch Orkest van Essen en artistiek directeur van het Essen Aalto Muziektheater. Beide instellingen werden aanzienlijk door hem beïnvloed, ontvingen in zijn tijd verschillende onderscheidingen, en hij was een graag geziene gastdirigent bij het Münchener Kulturorchester. Naast de standaardwerken van Mozart tot Strauss, was een belangrijk aandachtspunt van zijn operarepertoire, het klassiek modernisme.
Rolverdeling:
Juliane Banse, sopraan: Cardillacs Tochter
Michaela Selinger, sopraan: Die Dame
Torsten Kerl, tenor: Der Offizier
Oliver Ringelhahn, tenor: Der Kavalier
Markus Eiche, bariton: Goldschmied Cardillac
Kay Stiefermann, bas : Der Führer der Prévôté
Jan-Hendrik Rootering, bas: Der Goldhandler
Hindemith Cardillac Juliane Banse Markus Eiche Torsten Kerl Jan-Hendrik Rootering Prager Philharmonischer Chor Münchener Rundfundorchester Stefan Soltész 2 cd BR Klassik 900345