Het boek “Werelddenkers” vertelt op 870 bladz.! heel uitvoerig, het verhaal van de Europese filosofie van de Oudheid t.e.m. de Middeleeuwen. Gerard Drosterij en Bob van Geffen nemen u nl. mee van het begin van de filosofie, tot de tijd waarin de republiek Nederland tot stand kwam. Veel belangrijke filosofen passeren hierbij de revue. Deze filosofen demonstreerden hoe noodzakelijk filosofie wel is voor iedereen, die bereid is na te denken over alle verhoudingen binnen de menselijke beschaving en de maatschappelijke uitdagingen.
De geschiedenis van de filosofie is een immens boeiend epos over de ontdekking van ideeën, inzichten en leringen van de grootste en meest creatieve denkers in de geschiedenis. Maar, hoewel we in de afgelopen 2000 jaar, beter zijn gaan begrijpen hoe wijzelf en de wereld om ons heen in elkaar steken, weten we eigenlijk nog steeds niet zo goed hoe het precies zit. Filosofie blijkt niet iets voor suffe oude mensen met baarden, maar een middel dat ieder gesprek kan veranderen in het interessantste gesprek ooit. In tijden waarin alles een direct praktisch nut moet hebben, vragen sommigen zich af, wat ben je nu met filosofie? Nochtans is filosoferen dé manier bij uitstek om te ontsnappen aan de waan van de dag en stil te staan bij wat er echt toe doet. Door te denken leer je nl. jezelf kennen en bevrijd je jezelf en de anderen van hemeltergende, eigenwijze betweterigheid.
Filosofie wordt vaak gezien als een zingevingssysteem, dat alles in één klap probeert te verhelderen. In die zoektocht naar inzicht en waarheid zijn we manipuleerbaar, bv. door goeroes, pseudo intellectuele charlatans en obscurantisten. Het is de taak van de filosofie om inzicht van illusie te onderscheiden. Daarvoor gebruiken we de ‘analytische’ stijl van filosoferen. Filosofie bakent nl. door het denkbare af te bakenen, het ondenkbare af. Zij moet het ondenkbare door het denkbare begrenzen. Dit ondenkbare noemde Wittgenstein, in navolging van Mauthner, het mystieke, het onuitsprekelijke. Men wijst het onzegbare aan door het zegbare duidelijk te stellen. Dit onzegbare is het mystieke, en het mystieke is het ethische, het leven en het ik. Het subject is een grens van de wereld, en niet hoe de wereld is, is mystiek, maar dàt ze is! De zin van de wereld moet erbuiten liggen. De oplossing van het mysterie van het leven in ruimte en tijd is gelegen buiten ruimte en tijd. Volgens Wittgenstein was de juiste methode in de filosofie niets te zeggen dan wat gezegd kan worden. Alles zo eenvoudig mogelijk, maar dan ook niet eenvoudiger…
Werelddenkers waren filosofen die de wereld zo goed mogelijk wilden begrijpen, maar zich ook waardig wilden verhouden tot die wereld. Hun filosofie was nauw verbonden met hun gemeenschappen, leerlingen, andere filosofen, en niet in de laatste plaats, zichzelf. De doorwerking van hun ideeën is nog altijd aanwezig in hedendaagse opvattingen over ethiek, politiek en religie. De geleidelijke ontwikkeling daarvan is in de filosofie vaak niet inzichtelijk, net zomin als de onderlinge verwevenheid van deze belangrijke maatschappelijke thema’s. Het boek met in het midden een kleurenkatern, bestaat uit 6 indrukwekkende delen. Die zijn “Wat is filosofie?”, “Het begin van de filosofie”, “Plato en Aristoteles, grootmeesters van de Griekse filosofie”, “de hellenisering, latinisering en kerstening van Europa”, “het ontstaan van Europa: de middeleeuwen (500-1000)” en “de late middeleeuwen: filosofie, theologie en politiek, een onderlinge uitdaging”.
Deel 1 (de eerste 57 bladzijden) is al bijzonder interessant, omdat hierin algemene beschouwingen te lezen zijn over wat filosofie eigenlijk wel is. De auteurs hebben het in dit deel nl. o.a. over de bewustwording van wijsbegeerte door leren, kennen en kunnen, doelen en methoden van de filosofie en over de invloed van het modern-wetenschappelijke denken, logica, ethiek, techniek, contemplatie, het religieus en politiek aspect van de filosofie, het begrijpen van de wereld en de mens, en je verhouding daartoe.
“Het is onze ervaring”, zo lezen we in de inleiding tot dit eerste deel, “dat veel mensen merken dat ze nog niet klaar zijn met leren, ofwel omdat hun interesses nog dieper gaan, of omdat ze vinden nog te weinig geleerd te hebben. Zij zitten met allerlei vragen, zoals: Misschien wil ik wel verder leren, maar wat dan? Wat motiveert mij nu werkelijk? Hoe kan ik mijn gedachten handen en voeten geven, zonder mijzelf te verliezen, maar tegelijkertijd een bouwsteen in de samenleving zijn? Precies dit soort vragen vormden de aanleiding om dit boek te schrijven. Voor ons is filosofie die zucht naar verder denken en naar het zoeken van doordachte opvattingen over de wereld”.
“Wij behandelen de geschiedenis van de filosofie”, zo vervolgen ze, “als een volledig doorlopend verhaal: alles wat aan gedachten wordt ontwikkeld, steunt altijd op wat er allemaal aan is voorafgegaan, en elke gedachte leidt weer tot nieuwe ontwikkelingen. En in het verdere verloop van de geschiedenis zijn nog altijd de eerste en oudste gedachten ergens terug te vinden”.
“Een geschiedenis van de filosofie is echter ook filosofie, want net als bij elk fenomeen waarover je een verhaal vertelt, gaat er – al of niet duidelijk – een idee schuil achter dat verhaal. In dit geval is dat een idee van wat filosofie is. We zullen daarom dit eerste deel beginnen met uit te leggen wat volgens ons dat idee van de filosofie is. In de rest van het boek zullen veel filosofen aan het woord komen over wat zij ervan dachten en hoe ze die gedachten vorm gegeven hebben”.
“Hoewel wij zo goed mogelijk de opvattingen van de denkers willen weergeven, zullen wij dat ook proberen te doen op zo’n manier dat de lezer de grote waarde én de schoonheid van filosofie kan zien. We zullen daarbij een leeshulp aanreiken in de vorm van een schema. Daar beginnen we mee. De lezer zal dan direct ervaren wat filosoferen is: via eenvoudige vragen al snel bij gecompliceerde antwoorden komen. Daarna beginnen we met de beschrijving van de filosofie als een geschiedenis van de menselijke beschaving, in die zin dat zich in iedere gedachte ook een politieke en religieuze context ontvouwt, die beide ook een ontwikkeling kennen. Daarmee bedoelen we dat een nauwgezet begrijpen van mens en werkelijkheid (filosofie) altijd vragen oproept. Deze vragen hebben beschavingen gevormd en daarmee ook weer de geschiedenis van de filosofiebeoefening”.
In deel V, “Het ontstaan van Europa: de middeleeuwen (500-1000)”, bv. leest u na uitvoerige besprekingen van de invloed van kloosters op taal, onderwijs en cultuur en hun economische en politieke betekenis, en de regel van Benedictus, over Dionysius de Mysticus, Gregorius de Grote en Isidorus van Sevilla. Een grote meerwaarde van dit deel zijn de besprekingen van de filosofische theologie van de islam en Mohammed, Johannes Damascenus, de islam als mystiek (e mystica, Râbi’a al Basra) en Al-Ghazali, een samenvatting van het middeleeuws islamitisch denken, en, de aandacht die men besteedde aan Joodse filosofie (“dialoog met een onkenbare God”).
Na dit alles komen in dit deel de Christelijke renaissance van Karel de Grote, Alcuinus en Scotus Eriugena, het begin van de scholastiek, Anselmus van Canterbury en Hildegard von Bingen, en de ‘universaliastrijd’ tussen Petrus Abelardus en Bernardus van Clairvaux aan bod. Schitterend! In het laatste deel leest u o.a. over de hervorming van de antieke metafysica, het nominalisme, het christelijk humanisme, de zaak Galilei en over Averroës, Thomas van Aquino, Nicolaas van Cusa, Christine de Pizan en de cultuur van de middeleeuwse stadstaat, Niccolò Machiavelli, Maarten Luther en Erasmus, Calvijn, de Franse Reformatie (Jean Bodin) en Michel de Montaigne, en onderverdeeld in wel 7 hoofdstukken, het verhaal van de Nederlanden. Monumentaal!
Gerard Drosterij is politiek filosoof. Hij werkt als docent aan Fontys Hogescholen en is medeoprichter van De Eendagsschool, een filosofische leergemeenschap van en voor jongeren uit het beroepsonderwijs. Hij publiceerde diverse boeken en vele artikelen en was columnist voor Metro, Wegener, BNR Nieuwsradio en De Volkskrant.
Bob van Geffen is theoloog en filosoof. Hij was actief in het jongeren- en vormingswerk, bestuurder van diverse kerkelijke instellingen en docent in o.a. het beroepsonderwijs. Over die werkzaamheden heeft hij meermaals gepubliceerd. Hij is medeoprichter van De Eendagsschool.
Gerard Drosterij, Bob van Geffen Werelddenkers, Een nieuwe geschiedenis van de filosofie, tot aan Descartes 870 bladz. geïllustreerd Amsterdam University Press ISBN 9789048558544