Het nieuw medium film met geluid ontwikkelde zich rond de tijd dat Prokofjev terugkeerde naar de Sovjet-Unie, waar hij in 1933 de muziek componeerde voor zijn eerste film, “Poruchik Kizhe” (“Luitenant Kijé”). Prokofjevs opmerkelijke perceptie van de eisen van het medium werd versterkt door zijn samenwerking met de legendarische regisseur, Sergej Eisenstein. De muziek was van epische proporties en de resulterende cantate was en bleef een van Prokofjevs meest briljant bedachte en populairste meesterwerken.
Ondanks dat ze zijn bedacht en gecomponeerd als filmmuziek, staan deze twee, hier opgenomen sleutelwerken van Sergei Prokofjev (1891-1953) prima op zichzelf en zijn ze uitstekende voorbeelden van het Russisch muzieklandschap tijdens het Sovjettijdperk. Ze werden gecomponeerd in respectievelijk 1939 en 1934 en vormen perfecte ingangen voor Prokofjevs werk. Alexander Nevsky is een aangrijpende dramatische cantate van epische proporties, voor mezzosopraan, koor en orkest, die de angstaanjagende strijd en veldslagen van Alexander Nevsky uitbeeldt om de Ridders van de Duitse Orde te verslaan. De beweging met de titel “The Battle on Ice” is indrukwekkend omdat het een van de hevigste confrontaties uitbeeldt.
In de aantekeningen in het bijbehorend boekje wordt uitgelegd: ‘De Germanen, in woest uitziende bepantsering, werden door Alexanders troepen aangevallen op het ijs boven het Chud-meer (in het Westen bekend als het Peipus-meer), nabij Pskov; de gevechten gingen door tot het ijs barstte onder het gewicht van de ridders en hun zwaar gepantserde paarden, en de hele binnenvallende strijdmacht omkwam in het meer. Dit was een hoogstandje op het gebied van orkestschrijven, dat dirigent Leonard Slatkin en het Saint Louis Symphony Orchestra in al zijn brutale pracht laat klinken’.
Sergej Prokofjev, componeerde in 1934 Poroetsjik Kizje. Oorspronkelijk componeerde hij het als filmmuziek bij de verfilming door Alexander Fajntsimmer (1906-1982) (foto) van de novelle “Poroetsjik Kizje” (‘Luitenant Kizje’) uit 1927, van de joods-Russische schrijver, literatuurcriticus, wetenschapper en scenarioschrijver, Joeri Tynjanov (1894-1943) (foto). De film werd echter na het uitkomen vrijwel meteen verboden door het toenmalig Sovjetregime, maar werd in de VS uitgebracht met als titel, “The Czar Wants to Sleep”. In zijn novelle schetste Tynjanov de militaire loopbaan van een officier ten tijde van tsaar Paul I, die zijn ontstaan te danken had aan een simpele schrijffout van de letter K. Hoewel hij dus niet echt bestaat, gebeuren er toch bijzondere avonturen met hem, of worden aan hem toegeschreven. Voor de concertzaal stelde Prokofjev later uit de filmmuziek, de hier opgenomen suite samen, waarin in vijf delen, het leven van luitenant Kizje wordt geschetst, zijn geboorte, romance, zijn bruiloft, Trojka en zijn dood.
In zijn “Luitenant Kijé” liet Prokofjev, zich met zijn muziek, die op ironische wijze, het leven en de tijden van een fictieve of niet-bestaande legerofficier weergeeft, van zijn lichtere kant horen. Het opent met een zeer beklijvende solo-bugeloproep van het reveille-type, die de sfeer voor het hele werk bepaalt. Het meest bekende en gedenkwaardige gedeelte is getiteld ‘Trojka’ en zoals in het boekje wordt aangegeven: ‘Een humoristische evocatie van de post-huwelijkse sledetocht, maakt gebruik van een geanimeerd herberglied, door de aandrijver voor het jonge stel gezongen terwijl zijn zweep knalt en de sleebellen rinkelen’. Bass-bariton Arnold Voketaitis brengt de dronken vreugde van de rit goed over in deze opname.
Tijdens de beginjaren van stereo-opnames had Vox Classics, samen met Mercury Living Presence, Everest en Vanguard Records, een opmerkelijke reputatie voor het produceren van opnames van audiofiele kwaliteit. Deze opname uit 1977/79 is er één van. Dit is een nieuwe 192 kHz / 24-bit high-definition overdracht van de originele analoge mastertapes van Elite Recordings. De Elite Recordings for Vox van de legendarische producers Marc Aubort en Joanna Nickrenz worden door audiofielen beschouwd als een van de best klinkende voorbeelden van orkestopnames. Ze leveren naar mijn mening een wat tastbaarder en realistischer geluid dan de meeste recente digitale producties.
Leonard Slatkin werd in 1944, geboren uit een muzikale familie afkomstig uit de gebieden die deel uitmaakten van het Russische Keizerrijk die nu deel uitmaken van Oekraïne. Zijn vader Felix Slatkin was violist, dirigent en oprichter van het Hollywood String Quartet, zijn moeder Eleanor Aller was celliste bij dat strijkkwartet. Zijn broer Frederick is ook cellist. Aangenomen wordt dat de oorspronkelijke naam van de familie Zlotkin was. Slatkin studeerde aan de Indiana University en de Los Angeles City College, alvorens hij studeerde aan de Juilliard School bij Jean Paul Morel. Hij maakte zijn debuut als dirigent in 1966. In 1968 benoemde Walter Susskind hem tot assistent-dirigent van het Saint Louis Symphony Orchestra. Hij bleef er tot 1977, toen hij muzikaal adviseur werd van de New Orleans Symphony.
Het St. Louis Symphony, opgericht in 1880, is het op een na oudste orkest van het land en wordt algemeen beschouwd als een van de beste ter wereld. In september 2005 werd de internationaal befaamde dirigent David Robertson de twaalfde muziekdirecteur en de tweede in Amerika geboren dirigent in de geschiedenis van het orkest. In het 132e seizoen blijft de St Louis Symphony streven naar artistieke uitmuntendheid, fiscale verantwoordelijkheid en verbondenheid met de gemeenschap. De St Louis Symphony is een van de weinige grote Amerikaanse orkesten die regelmatig worden uitgenodigd om op te treden in de prestigieuze Carnegie Hall.
Prokofiev Alexander Nevsky & Lieutenant Kije Suite Claudine Carlson (mezzo-soprano), Arnold Voketaitis (bass), St. Louis Symphony Chorus, Saint Louis Symphony Orchestra, Leonard Slatkin cd VOX-NX-3033CD