David Pohle (1624-1695) was een echte erfgenaam van de polyfone traditie en werd zeker beïnvloed door het spel van Italiaanse violisten, en vooral door Carlo Farina, die destijds in Dresden woonde. Pohle maakte niet alleen gebruik van Italiaanse invloeden, maar paste ook modellen uit de Franse dansmuziek aan. Dit verklaart de grote diversiteit aan structuren in deze sonates, die in sommige opzichten ook de uitbarstingen van de stylus fantasticus inluidden. Dit is trouwens de eerste opname van Pohle’s complete sonates.
David Pohle was een van de meest getalenteerde leerlingen van Heinrich Schütz, hoewel hij, in tegenstelling tot zijn meester, niet alleen religieuze, vocale werken componeerde. Daarnaast creëerde hij nl. een aanzienlijke hoeveelheid instrumentale muziek, waaronder een dertigtal sonates voor vier tot acht instrumenten en een aantal balletsuites.
David Pohle kwam uit een familie van stadspijpers. Hij voltooide zijn opleiding bij Heinrich Schütz in Dresden. Met zijn broer Samuel, kwam hij in 1648, als instrumentalist naar de kapel van hertog Christian I van Saksen-Merseburg (foto). Hij is gedocumenteerd in Kassel van 1650 tot 1652. Vanaf 1653, was hij op het Gottorfer Hof in Sleeswijk. In een doopinschrijving uit 1660 wordt hij genoemd als “Concertmeister van Prinselijk Magdeburg”. Uiterlijk vanaf 1661 werkte hij als Kapellmeister aan het hof van hertog August van Saksen-Weißenfels (foto), waar hij in 1680 werd vervangen door Johann Philipp Krieger. Van 1674 tot 1677 werkte hij ook in Weißenfels en Zeitz. Van 1678 tot 1682 was hij Kapellmeister in Zeitz, en van 1682 tot aan zijn overlijden in 1695, was hij kapelmeester in Merseburg (foto).
De oudste nog bestaande composities van zijn pen zijn liederen voor de odes van Paul Fleming, die hij in 1650 opdroeg aan de landgraaf van Hessen-Kassel. De invloed van Heinrich Schütz is merkbaar in zijn religieuze, vocale werken. Tussen 1663 en 1664, componeerde hij cantates voor het hele kerkelijk jaar. Hier wordt een Bijbelvers afgewisseld met een strofische aria, waarvan de teksten afkomstig zijn uit odes van David Elias Heidenreich. Slechts één van zijn werken uit deze cyclus is bewaard gebleven, “Zie, de Leeuw heeft overwonnen”.
Als schakel tussen Heinrich Schütz (foto) en Johann Sebastian Bach, geeft Pohle’s vocaal werk inzicht in de ontwikkeling van de protestantse kerkcantate. In de instrumentale muziek experimenteerde hij vooral met vorm, met een voorkeur voor het midden- en lager stembereik. Ondanks de bescheiden omvang van zijn werk is zijn eigen stijl herkenbaar. Tijdens zijn leven werd echter geen enkel werk van hem gepubliceerd. Veel van zijn composities zijn trouwens verloren gegaan. Individuele instrumentale werken die aan David Pohle wordt toegeschreven, zijn te vinden in de Düben-collectie, het Ludwig-partituurboek en in de Codex Rost-collectie.
Het Ensemble Clematis stelt zich tot doel de miskende werken van de 17de eeuw opnieuw tot leven te wekken. Het legt zich zowel toe op het breed Italiaans repertoire als op de Duitse of Franse muziek, maar toont ook belangstelling voor de vergeten werken van de componisten uit de Lage Landen. Clematis werd in 2001 opgericht door de violiste Stéphanie de Failly, die barokviool studeerde bij Sigiswald Kuijken. Het ensemble heeft een wisselende bezetting en brengt per project een aantal uitstekende musici rond Stéphanie de Failly samen, die allen ook meespelen in de beste barokensembles van het ogenblik. Het ensemble, dat streeft naar historische authenticiteit, werkt samen met musicologen om originele programma’s uit te werken. En, dat is er aan te horen!
De bezetting van Clematis is wisselend naargelang het project: Stéphanie de Failly (barokviool), Tami Troman (barokviool), Andrea De Carlo (viola da gamba), Aline Hopchet (blokfluit), Simen Van Mechelen (trombone), Leonardo Garcia Alarcon (clavecimbel, orgel), Wim Maeseele (luit) en Céline Scheen (sopraan). Gastleden zijn Stephan Van Dyck, Dirk Snellings, Betsabée Haas, Liam Fennelly, Eriko Semba, Benoît Vanden Bemden, Jan Van Outryve, Hannelore Devaere, Arnaud Pumir, David Van Bouwel.
Na les bij Elisabeth Joyé gevolgd te hebben, vervolgde Brice Sailly zijn opleiding aan het Nationaal Muziekconservatorium in Parijs bij Olivier Baumont, Blandine Rannou en Kenneth Weiss. Hij verdiepte zijn kennis door persoonlijkheden als Pierre Hantaï, Skip Sempé en Fabio Bonizzoni te ontmoeten. Samen met Stephanie de Failly leidt hij Clematis. Hij richtte zijn ensemble La Chambre Claire op, waarmee hij voor het label Ricercar-Outhere (Choc de Classica, 5 Diapasons) een programma opnam met de werken van François Couperin. Hij doceert klavecimbel en basso continuo aan de CRR in Rueil-Malmaison en in Oslo-Trondheim.
David Pohle Complete Sonatas & Ballet Music Clematis, Stéphanie de Failly, Brice Sailly cd Ricercar RIC460