Helewise Berger, Ron Dirven, “Atlas Van Gogh in Brabant”, een prachtboek, uitgegeven door WBooks.

De wereldberoemd geworden Vincent van Gogh (1853-1890) woonde de helft van zijn leven in Brabant. Hij werd er geboren en groeide op in Zundert. Hij zat op een kostschool in Zevenbergen en ging naar de hbs in Tilburg. Brabant vormde voor de jonge Vincent een belangrijke thuishaven, waarop hij zo vaak terugviel. In het dorp Etten bv. tekende hij reeds volop als beginnend kunstenaar, en hij maakte in Nuenen een grote ontwikkeling door als schilder. Een aanzienlijk deel van zijn oeuvre kwam tot stand in deze bijzondere streek.

“Starry, starry night

Paint your palette blue and gray

Look out on a summer’s day

With eyes that know the darkness in my soul” (Don McLean, 1971)

Het idee voor het lied ontstond toen Don McLean (1945) in de herfst van 1970, de magnifieke biografie van Irving Sone (1903-1989) over Van Gogh las. Tijdens het lezen kwam hij tot de conclusie, dat Van Gogh niet gek was, maar ziek moet zijn geweest (sic). Don McLean besloot dat hij een lied over de kunstschilder moest schrijven en had op dat moment een afbeelding voor zich liggen van “De sterrennacht”. De titel van dit magistraal doek, “La Nuit étoilée”, geschilderd in 1889, in het monastère Saint-Paul-de-Mausole in Saint-Rémy-de-Provence, keert terug in de intro van het lied “Vincent”, als “Starry, starry night”.

Zijn geboorteplaats Zundert, het schattig, Brabants dorpje waar zijn vader dominee was, de Borinage (1878-1880), “De Aardappeleters”, de dorpelingen uit Nuenen, die hij in 1885 schilderde, naar Zevenbergen op kostschool en bij een gezin in Tilburg, als 16-jarige in Den Haag in de kunsthandel van zijn oom, Goupil & Cie, als 23-jarige naar het Britse Ramsgate, om daar hulponderwijzer te worden, Londen om er een vestiging van Goupil te bezoeken, kostganger in het voorstadje Welwyn, zijn overplaatsing naar de vestiging van Goupil in Parijs, 1886-1888, een boekhandel in Dordrecht, Auvers-sur-Oise 1890, het zijn maar enkele van de vele plaatsen waar de meest innemende schilder aller tijden, Vincent Van Gogh, woonde en werkte.

De in het boek besproken diverse locaties, Breda, Zundert, Zevenbergen, Tilburg, Helvoirt, Etten en Leur, Nuenen, Eindhoven en Lieshout, dragen nog de aandoenlijke sporen van zijn jeugd en zijn familie, moeilijke liefdes en vrienden.

“Het verhaal van de kunstenaar Vincent van Gogh (1853-1890) in Brabant”, zo lezen we, “begint in Breda. Deze plaats kent een rijke geschiedenis als hofstad van de Nassaus, de grondleggers van het Nederlands koningshuis, in de vijftiende en eerste helft van de zestiende eeuw. Dan laat graaf Hendrik III van Nassau hier een renaissancepaleis bouwen en wordt de Grote Kerk versierd met schitterende grafmonumenten. De stad krijgt echter zwaar te lijden tijdens de Tachtigjarige Oorlog onder de strijd tussen katholieken en protestanten. Breda verandert daardoor in een vesting. De culturele elite wijkt uit naar het noorden. Tot in de negentiende eeuw heeft de stad te kampen met teruglopende welvaart. In het tijdvak van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden (1815-1830) komt Breda weer centraal te liggen.”

“Koning Willem I”, zo gaat het verder, “besluit dan in het familiepaleis een opleiding voor militaire officieren te vestigen, de Koninklijke Militaire Academie. Jongens uit welgestelde families kwamen hier studeren. In deze periode arriveert grootvader Vincent van Gogh (1789-1874) in Breda. Hij komt oorspronkelijk uit Den Haag als zoon van een godsdienstonderwijzer en voorlezer van de Kloosterkerk aldaar. Na een studie theologie in Leiden wordt hij predikant in Ochten, Benschop en van 1822 tot zijn emeritaat in 1853 bij de Grote Kerk in Breda. Deze van oorsprong rooms-katholieke kerk in laatgotische bouwstijl is in 1637 door stadhouder Frederik Hendrik definitief aan de protestanten gegeven.”

De tekeningen en schilderijen die hij er maakte waren nauw verbonden met het Brabants land. Hij nam er de boeren en hun woningen tot model en hij schilderde de natuur, de molens en de voor hem veel betekenende kerkjes. “Atlas Van Gogh in Brabant” brengt dan ook deze bekende en minder bekende plekken voor het voetlicht. Het bijzonder mooi boek volgt Vincent op de voet langs de huizen, locaties en innemende landschappen waar hij verbleef of zich liet inspireren. Niet te missen!

Helewise Berger (1985)is conservator negentiende en begin twintigste eeuwse kunst in Het Noordbrabants Museum te ’s-Hertogenbosch. Daar werkte zij onder meer aan de tentoonstelling ‘Van Goghs intimi. Vrienden, familie, modellen’. Ron Dirven (1962) studeerde journalistiek te Utrecht, kunstgeschiedenis aan de KU Nijmegen en schilderkunst op de Bredase kunstacademie Sint Joost. Hij is directeur-conservator van het Vincent van GoghHuis te Zundert. Karin Borghouts (1959) werkt als kunstenaar-fotograaf in Kalmthout. Ze was stadsfotograaf van Antwerpen en publiceerde o.a. het fotoboek ‘Vincent was here’, met een fotoserie in de voetsporen van Van Gogh.

Helewise Berger Ron Dirven Atlas Van Gogh in Brabant 136 bladz. geïllustreerd uitg. WBooks ISBN 9789462585324

https://www.stretto.be/2017/12/24/dat-boek-is-subliem-henk-de-jong-over-van-gogh-en-thomas-a-kempis/

https://www.stretto.be/2023/05/04/lander-deweer-de-vergeten-voettocht-van-vincent-van-gogh-een-uitgave-van-atlas-contact-een-innemend-mooie-verrijking/

https://www.stretto.be/2023/09/04/op-reis-met-vincent-van-gogh-in-drenthe-een-unieke-tentoonstelling-in-drents-museum-assen-en-een-prachtuitgave-van-waanders/