“Ludwig van Beethoven, The Piano Concertos” door Alexander Lonquich en het Münchener Kammerorchester op het label ECM New Series. Subliem!

Na een debuut in de New Series van ECM met première-opnames van de werken van de Israëlische componist Gideon Lewensohn voor Odradek (2002), twee daaropvolgende solorecitals plus een duoprogramma met violiste Caroline Widmann (2012), gaat pianist Alexander Lonquich, nu samen met het Münchener Kammerorchester, een grotere uitdaging aan door alle pianoconcerti van Beethoven uit te voeren, geprogrammeerd in chronologische volgorde. Verfijnd, verfrissend en heerlijk transparant. Bravo!

De vijf Pianoconcerti van Ludwig van Beethoven maakten in zekere zin zo’n twintig jaar deel uit van zijn leven, een periode waarin hij als jonge musicus uit Bonn, verschillende herziene versies maakte van een eerste concerto, dat hij componeerde als springplank naar het Weens succes, en dat uiteindelijk nummer 2 werd. In Wenen werd hij de keizer van de muziek, belichaamd door het briljant en indrukwekkend Pianoconcerto nr. 5. Beethoven componeerde verschillende concerti tijdens zijn tienerjaren. De pianopartij van een compleet concerto in Es uit 1784, is echter de enige die overleefde. In 1784 componeerde Ludwig van Beethoven, toen 13 jaar oud, nl. reeds een Pianoconcerto, waarvan tegenwoordig slechts één handschrift in de Staatsbibliotheek van Berlijn wordt bewaard. Het handschrift van het Pianoconcerto “nr. 0” is geen voltooide partituur, omdat het de orkestratie mist. Beethoven heeft bij de eerste twee bewegingen wel aantekeningen gemaakt welk instrument, welke partij heeft om te spelen. De orkestpartituur die vandaag bestaat, werd op deze basis geschreven in het begin van de 20ste eeuw.

Maar, het zijn de vijf pianoconcerti, die hij tussen 1795 en 1809 componeerde, die al meer dan 200 jaar geliefd zijn bij pianisten en publiek. Het concerto, dat we kennen als nr. 2, omdat het, het tweede was dat werd gepubliceerd, was eigenlijk het eerste van de vijf. Hoewel Beethoven er al in 1787, ideeën voor begon te schetsen, verscheen de definitieve versie pas 22 jaar later. Het werk was voltooid in 1792, maar hij was er niet tevreden mee. Hij herschreef twee bewegingen in 1795, voltooide een andere versie in 1798, reviseerde alles in 1801, en stuurde het uiteindelijk naar de uitgevers. Zijn ‘officiële’ cadenza voor het eerste deel (tot dan toe hadden hij en anderen hun eigen cadensen geïmproviseerd), volgde in 1809. U kan trouwens horen hoe die cadenza, veel geavanceerder en romantischer van stijl is.

Voor zijn Pianoconcerto nr. 1 werd gecomponeerd, had de jonge Beethoven al een grote reputatie verworven als een geniale improvisator aan het klavier met een origineel en fantasierijk muzikaal intellect en een grote emotionele kracht. In het Eerste concerto werden al deze facetten getoond. Luister naar de zelfverzekerde opening in contrast met de zachte charme van het tweede thema, de Mozartiaanse gratie van het Largo en de Rondo-finale. Beethoven was zich er terdege van bewust dat zijn volgende pianoconcerto (nr. 3) een enorme vooruitgang was ten opzichte van de eerdere twee en onthield het van onmiddellijke publicatie. Zoals hij zei: “Muzikaal beleid vereist dat je de beste concerti een tijdje voor jezelf houdt”. In het meest intieme, verfijnde en persoonlijke van alle Beethoven-concerti, het legendarisch vierde, verbrijzelde Beethoven, in een tijd waarin het spook van totale doofheid zijn carrière bedreigde, net als in zijn “Schauspielouvertüre”, “Coriolan” en de Ouverture tot “Die Geschöpfe des Prometheus”, alle gangbare conventies op Rijnlandse wijze.

Beethovens laatste Pianoconcerto was imperiaal en nobel van karakter, maar de bijnaam ‘keizer’, bedacht door Muzio Clementi, zou de republikeinse componist woedend hebben gemaakt. Beethoven daagde hier vooroordelen uit door geen orkestrale introductie te componeren. De piano botst meteen met een krachtig akkoord ondersteund door het orkest en gebruikt in de langzame beweging slechts één thema in plaats van verschillende. Deze beweging werd daarenboven zonder pauze, gekoppeld aan de uitbundige finale, waarin Beethoven een populaire volksmelodie citeerde. Hoewel hij nog 18 jaar leefde, keerde hij echter nooit nog terug naar de concertvorm. Hij speelde zijn vierde in het openbaar (1808) maar niet de ‘keizer’, die in 1811, in het Gewandhaus in Leipzig, in première ging door de jonge pianist/componist, Friedrich Schneider (1786-1853). Tegen die tijd was Beethoven nl. te doof geworden om nog als virtuoos verder te gaan. In zijn geïsoleerde, innerlijke wereld ontdekte hij dat andere muzikale vormen, het strijkkwartet en de pianosonate, hem nu meer en rijkere kansen gaven voor de ideeën die hij wilde uiten.

Alexander Lonquich (1960) is een Duitse pianist en dirigent, geboren in Trier. Hij studeerde bij Paul Badura-Skoda, Andrzej Jasiński en Ilonka Deckers-Küszler, en won op 16-jarige leeftijd de eerste prijs op de Alessandro Casagrande Pianowedstrijd in Terni in Italië. In de dubbelrol van pianist en dirigent verscheen hij bij de Camerata Salzburg, het Orchestre des Champs-Elysées, het Royal Philharmonic Orchestra, het Mahler Chamber Orchestra, het hr Sinfonieorchester­Frankfurt, het Kammerorchester Basel en de Accademia Nazionale di Santa Cecilia in Rome.

Kamermuziek speelt Alexander Lonquich met partners als Vilde Frang, Heinz Holliger, Sabine Meyer, Christian Tetzlaff, Carolin Widmann, Jörg Widmann en Tabea Zimmermann. Voor zijn cd-opnames ontving de pianist onder meer een Diapason d’Or en een Edison, en met Nicolas Altstaedt nam hij al Beethovens werken voor cello en klavier op. Hoogtepunten van de afgelopen seizoenen waren Beethovens vijf pianoconcerten met het Münchener Kammerorchester en een residency bij het NDR Elbphilharmonie Orchester in Hamburg. In december 2019 speelde Alexander Lonquich in de Kleine Zaal met het Cuarteto Casals, en op 1 december 2022 keerde hij er terug in hetzelfde trio als vandaag.

Ludwig van Beethoven The Piano Concertos Alexander Lonquich Münchener Kammerorchester 3 cd ECM New Series 4876904