“Wien” is de naam van de stad Wenen in het Duits, maar de naam “Wien” in de naam van het theater, is afgeleid van de rivier de Wien (Wienfluss), die ooit langs het theater stroomde. Het “an der Wien” betekent bijgevolg ‘aan de Wien’ (aan de oever van de Wien). De naam is tegenwoordig niet meer evident, omdat de rivier op deze plek nu ondergronds ligt en overkoepeld is. Op de voormalige bedding huist trouwens nu de Naschmarkt, een gezellige openluchtmarkt.
In oktober 2024 ging het Theater an der Wien, opgericht in 1801 door Emanuel Schikaneder, na een uitgebreide renovatie weer open. Talrijke klassiekers gingen hier in première: “Fidelio” van Ludwig van Beethoven, “Die Fledermaus” van Johann Strauss, “The Merry Widow” van Franz Lehár en “The Last Days of Mankind” van Karl Kraus. Na muzikale hits als ‘Cats’ en ‘Elisabeth’ keerden opera’s in de 21ste eeuw terug. De geschiedenis van het ‘Theater an der Wien’ wordt verteld als een reeks opmerkelijke mensen en hun werk op en achter het podium en gebruikt rijke beelden om de dramatische transformaties van het gebouw, het podium in het Weense theaterlandschap en de culturele en sociale omgeving te belichten.
Daar het theater prominent was in de artistieke stad Wenen werd het theater de plek waar vele premières plaatsvonden van uiteenlopende voorstellingen en concerten. Het theater was het geesteskind van de Weense impresario Emanuel Schikaneder, die bekend is geworden als librettist en ensceneur van de opera Die Zauberflöte van Mozart (uit 1791). Schikaneders gezelschap had al verschillende jaren met succes opgetreden in Wenen in het kleinere 800 zitplaatsen tellende Theater auf der Wieden, waar Die Zauberflöte in première was gegaan. Schikaneder, wiens uitvoeringen vaak met spektakel en vele scènewisselingen gepaard gingen, wilde graag een groter en beter uitgerust theater voor zijn werk.
Hij had reeds een keizerlijke toestemming verworven om een nieuw theater te laten bouwen in 1786, maar pas in 1798 voelde hij dat hij klaar was om de klus te beginnen. Het gebouw werd ontworpen door architect Franz Jäger in de Empirestijl (het werd later overigens verbouwd). De bouw was klaar in 1801. Het theater werd omschreven als “het meest rijk uitgevoerde en een van de grootste theaters van zijn tijd”. Het theater opende de deuren op 13 juni 1801 met een proloog, geschreven door Schikaneder en gevolgd door een uitvoering van de opera “Alexander” van Alexander Teyber.
Slechts een deel van het originele theater is bewaard gebleven: de “Papagenopoort” is een aandenken aan Schikaneder, die afgebeeld wordt in de rol van Papageno in Die Zauberflöte, een rol overigens die hij voor zichzelf ter opvoering had geschreven. Hij wordt getoond met zijn drie kinderen, die de Drie Jongens spelen in dezelfde opera.
Andreas J. Hirsch werd geboren in 1961 in Wenen, Oostenrijk, en woont en werkt daar als schrijver, fotografisch kunstenaar en kunstconservator. Zijn schrijven, fotografie en curatoriële werk informeren en inspireren elkaar, terwijl hun onderwerpen soms overlappen. Hij behaalde zijn doctoraat in de rechten aan de Universiteit van Wenen in 1986. Na jaren in verschillende beroepen, waaronder persfotograaf en directeur van radiodrama, theatermanagement, technologiemarketing en krantenuitgeverij tot curatorieel werk met de nadruk op mediakunst en fotografie, keerde hij na de eeuwwisseling terug naar een intense focus op zijn eigen werk als fotografisch kunstenaar en als schrijver.
In 2016 begon hij met de lopende portretserie “LOVE OVER HATE – The Art of Peace”. A Photographic Odyssey through Salzburg” werd in 2019 tentoongesteld in het Traklhaus in het fort van Salzburg. Zijn fotoboek over “Beethoven in Vienna” (editie Lammerhuber, Baden) werd in 2019 gepubliceerd. Zijn foto- en poëzieboek “WALKING IN YOUR SLEEP – 88 Photographs and 33 Songs” kwam uit in 2024.
Andreas J. Hirsch schreef onder meer boeken over Pablo Picasso, Ludwig van Beethoven, Tina Modotti, Friedensreich Hundertwasser en HR Giger, over de geschiedenis van Wenen en de geschiedenis van Ars Electronica, en het kinderboek “Florian Featherlight and the Quest for the Magic Pearl” (samen met de kunstenaar Alexandra Uccusic). Hij was curator van KUNST HAUS WIEN van 2009 tot 2014, verantwoordelijk voor verschillende grote monografische tentoonstellingen van fotografie, waaronder Tina Modotti, René Burri, Henri Cartier-Bresson, Elliott Erwitt, Linda McCartney en Andreas H. Bitesnich
Andreas J. Hirsch Das Theater an der Wien Verwandlungen eines Musiktheaters Duits geïllustreerd 319 bladz. Uitg. ISBN 9783701736188