Herwig Todts “Verrukkelijke turbulentie, Ensor over het leven en de kunst” , een uitgave van Sterck & De Vreese.

James Ensor verwierf al zeer vroeg een legendarische status: volgens de gangbare romantische kunstopvattingen werd zijn werk geboren uit de persoonlijke en ideologische frustraties van een miskende, eenzame, halve gek op een zolderkamer in Oostende.

Maskers, schedels en skeletten. De Oostendse schilder, James Ensor is een van de kunstenaars die de brug sloegen tussen het impressionisme en de 20ste eeuw. Hij staat vooral bekend als schilder van maskers en geraamten. Zijn werk was uitgesproken maatschappijkritisch. Ensor was geniaal, wist het van zichzelf, maar voelde zich niet altijd begrepen. Hij stelde zich dan ook graag als Christus voor. Maar het tij keerde: Ensor kreeg erkenning als kunstenaar, hij werd zelfs baron. Toen was het nodig om aan zijn eigen mythevorming te werken. Hij manipuleerde bewust de informatie over zijn persoon.

James Ensor was alles tegelijk: baron en bohemien, middenstander en misverstand, een peintre maudit die de wereld bespiedde vanuit zijn ivoren toren in Oostende en asiel zocht in de Brusselse salons. De storm in zijn hoofd leverde een claustrofobisch maar veeltalig oeuvre op, een geverfde wereld van maskers en schedels. Als kritische getuige en medeplichtige stond Ensor midden in de woelige kunstscène van het laatste kwart van de 19de eeuw. Al wie een naam had, kruiste zijn pad, de nieuwlichters van Les Vingt, Rik Wouters, Nolde en Kandinsky, Léon Spilliaert en Neel Doff, vrijdenkers en dichters.

Herwig Todts dook voor zijn onderzoek in Ensors honderden vrijgegeven brieven en zijn ‘wonderbaarachtiglijke’ geschriften en corrigeert dat beeld. Ensor was niet voor één gat te vangen: Franstalig, koningsgezind, liberaal, ongelovig, af en toe zelfs modernist … Wreedheid jegens dieren en esthetische wandaden vond hij de meest uitgesproken en verwerpelijke uitingen van de boosaardigheid en dwaasheid van de mens. Cruciaal voor een goed begrip van Ensors kunst was zijn onbevredigd verlangen naar ‘gelukzaligheid’, het opperste goed. Alleen kunst kon voor hem een inspiratiebron zijn voor vervoering en ongecompliceerde levensvreugde.

Herwig Todts is doctor in de kunstgeschiedenis, senior curator moderne kunst in het KMSKA, en gastdocent voor kunsthistorisch onderzoek aan de Universiteit van Utrecht. Hij leidt sinds 2013 het Ensor Research Project. Herwig Todts is licentiaat in de kunstgeschiedenis en oudheidkunde en attaché-expert bij het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten in Antwerpen. Hij publiceerde Henri De Braekeleer (1988), Vlaamse Beweging en beeldende kunst (1998), Ensor-Wouters-Ensor. Misverstanden omtrent het modernisme (2002), James Ensor. De noche cartografiaba mis suenos (2004), James Ensor. Japonism to modernism (2005). Als kunstcriticus werkte hij onder meer voor De Standaard, Ons Erfdeel en Septentrion.

Herwig Todts Verrukkelijke turbulentie Ensor over het leven en de kunst 256 bladz. Geïllustreerd  Uitg. Sterck & De Vreese ISBN 9789464711547