Ingmar Bergman (1918-2007) maakte vijftig films, regisseerde meer dan 150 theaterproducties, schreef verschillende boeken en scenario’s, maar de rode draad doorheen zijn leven was…muziek! Hij zei vaak dat als hij geen regisseur was geworden hij dirigent had willen worden. Hij ging daarbij zo ver dat hij zelfs beweerde dat “film en muziek bijna hetzelfde zijn”. En film had voor Bergman alles te maken met existentiële vragen over sterfelijkheid, eenzaamheid en geloof. Dus, muziek ook.
“Het zijn uitdrukkingsmiddelen en communicatiemiddelen die verder gaan dan menselijke wijsheid en die het emotionele centrum van een persoon raken”, stelde Bergman over muziek. Bergmans interesse in klassieke muziek werd al vroeg in zijn carrière duidelijk. “Music in Darkness” (1948) gaat over een pianist die zijn gezichtsvermogen verliest in een schietincident. “To Joy” (1950) gaat over een violist die droomt van een solocarrière, en “Summer Interlude” (1951) vindt plaats in de Koninklijke Zweedse Opera. Bergman bewonderde iedereen die muziek kon spelen. Zijn grootste liefde ging naar pianisten. U hoort concertpianisten in psychologische drama’s als “Hour of the Wolf” (1968), “Face to Face” (1976) en “Autumn Sonata” (1978).
Eén van de favoriete Zweedse pianisten van Bergman was Roland Pöntinen (°1963) (foto), leerling van o.a. Menahem Pressler en Elisabeth Leonskaya, die hier een aantal stukken uit Bergmans films speelt. Pöntinen krijgt het gezelschap van het in 2002 opgericht Stenhammar Quartet in het tweede deel van Schumanns pianokwintet, dat Bergman gebruikte in het bekroonde “Fanny en Alexander” (1982). Een andere favoriete artiest van de regisseur, de cellist Torleif Thedéen (°1962) (foto), draagt ook bij aan het project met de sarabandes uit de suites 2, 4 en 5 voor cello solo van Bach.
Op de cd staat muziek van Bach, Chopin, Schubert, Mozart, Schumann en Domenico Scarlatti. De uitvoerders zijn naast Roland Pöntinen, piano en Torleif Thedéen, cello, het Stenhammar Quartet, zijnde Peter Olofsson, viool, Per Öman, viool, Tony Bauer, altviool en Mats Olofsson, cello. Een heel, heel originele benadering van één van de grootste regisseurs van de 20ste eeuw, vanuit een uitgesproken muzikale invalshoek. Essentieel. Warm aanbevolen.
Bergman – Music from the Films Roland Pöntinen piano Stenhammar Quartet Torleif Thedéen cello BIS-2377