In de laatste twee decennia van zijn carrière componeerde Jenő (Eugene) Zádor (1894-1977) een reeks werken die zijn Hongaarse roots verklankten. Hij werd nl. geboren in Bátaszék in het zuiden van het huidige Hongarije. Subtiel gearomatiseerd door folklore, werd Zádors gevoel voor melodie, harmonie en kleur, geïllustreerd in zijn Rapsodie voor orkest, terwijl zijn gave voor lyriek en pittigheid op de voorgrond kwamen in zijn “”Fantasia Hungarica” voor contrabas en orkest. De Rapsodie voor cimbalom en orkest onthulde dan weer zijn onophoudelijk inventieve verbeelding aangaande schitterende orkestratiekunst.
Zádor (foto’s) studeerde eerst aan de Weense muziekacademie en vervolgens in Leipzig bij Max Reger. Hij doceerde vanaf 1921 aan het nieuw Weens Conservatorium en later aan de Muziekacademie in Boedapest. Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog emigreerde/vluchtte hij naar de VS, waar hij net als zijn succesvolle, Joods-Hongaarse collega, Miklós Rózsa (foto) (Ben-Hur!), een succesvolle componist werd van filmmuziek voor Hollywood. Hij componeerde ook opera’s en orkestwerken in een stijl die enigszins schatplichtig was aan Reger en Richard Strauss, waaronder het populair Hongaars Cappricio (1935) en concerti voor opvallende instrumenten zoals cimbalom ( 1969) en accordeon (1971).
Op de cd ontdekt u zijn Dans Ouverture, de Fantasia Hungarica, de prachtige Elegie, “The Plains of Hungary”, zijn Rhapsody for Cimbalom en orkest, Variations on a Merry Theme en zijn Rapsodie voor orkest.
Na zijn vlucht uit Hongarije aan het begin van de Tweede Wereldoorlog, kreeg de Hongaarse componist Eugene Zador in de Verenigde Staten een nieuw leven in de filmindustrie. Toch was er altijd het verlangen om terug te keren naar zijn jaren in Wenen, waar zijn werken lovende kritieken kregen. In zijn laatste periode moest hij in een stijl componeren die hij had gecreëerd als jonge man, maar nu met het toegevoegd element van het commercieel aspect van Hollywood. De cd opent met de aanstekelijke vreugdevolle Dans Ouverture uit 1965, gevolgd door zijn vijf jaar later gecomponeerde “Fantasia Hungarica” voor de legendarische, Amerikaanse bassist, Gary Karr, hier gespeeld door Zsolt Fejervari (foto). Technisch onberispelijk gespeeld, met een klank die de zoetheid van een cello bezit. Naast de Elegie als glanzende herinnering aan Hongarije, is de Midden- en oost Europese klank van het cimbalom in de Rapsodie, gespeeld door Kálmán Balogh (foto), een weergave van zijn gemoedstoestand.
De meest uitgebreide compositie op de cd zijn de “Variations on a Merry Theme”, op een thema van Zador zelf, een buitenkans voor de solisten van het orkest, tot grote vreugde van de Budapest Symphony, o.l.v. de Poolse dirigent, Mariusz Smolij. De cd eindigt met de Orkestrapsodie uit 1961, in première gespeeld door de Los Angeles Philharmonic. Een World Première Recording op een heel originele cd met heel aanstekelijke muziek. De solisten zijn Kálmán Balogh, cimbalom en Zsolt Fejérvári, contrabas. Met dank aan het label Naxos dat reeds voor de vijfde keer een cd wijdt aan het werk van deze door God verlaten en door de mensheid vergeten belangrijke componist. Warm aanbevolen.
Eugene ZÁDOR Plains of Hungary Fantasia Hungarica Variations on a Merry Theme Fejérvári Balogh Budapest Symphony Orchestra Mariusz Smolij cd Naxos 8.573800