Frank Trentmann, “Uit de schaduw, De Duitsers 1942-2022”, een nieuwe geschiedenis van het moderne Duitsland, een indrukwekkende uitgave van De Arbeiderspers.

In 1945, lag Duitsland moreel en materieel in puin. Het Duitse volk ging de geschiedenis in als hoofdverantwoordelijke voor een gruwelijke genocide en een uitroeiingsoorlog. Maar in 2015, leek Duitsland voor velen de morele stem van Europa te zijn om in het kader van de “Willkommenskultur”, bijna een miljoen vluchtelingen te verwelkomen.

De Duitse geschiedenis blijft onverminderd relevant voor de wereld van nu. Wie actuele gebeurtenissen in de Bondsrepubliek of de huidige verhoudingen in Europa wil begrijpen, wordt steeds geconfronteerd met erfenissen uit de 20ste eeuw. Toen de oorlog voorbij was, stonden de Duitsers voor het grote niets, “Stunde null”. De ramp die ze zelf hadden veroorzaakt was ongekend, het aantal doden niet te overzien. De steden lagen in puin, kinderen groeiden op zonder vader, meer dan de helft van de bevolking was op drift. Miljoenen vluchtelingen en ontheemden, ontslagen dwangarbeiders en terugkerende krijgsgevangenen moesten in de chaos een nieuw bestaan zien op te bouwen. Maar te midden van alle armoede, honger en anarchie ontstond ook een niet te onderdrukken levenslust, een verlangen naar naar welvaart en naar vergetelheid.

Veel mensen hebben zich afgevraagd hoe Duitsland in de duisternis van de nazi’s terechtkwam, maar dit boek stelt nóg een cruciale vraag, nl. hoe en in hoeverre hebben de Duitsers zichzelf sindsdien opnieuw heruitgevonden? “Uit de schaduw” vertelt het dramatisch verhaal van de Duitsers, vanaf het midden van de Tweede Wereldoorlog, via de Koude Oorlog en de val van de Berlijnse Muur, tot de zoekende periode die volgde na de hereniging van Oost en West met een controversieel rigide begrotingsdiscipline.

“Uit de schaduw” vertelt over het post tijdperk van Entnazifizierung, Schuldgefühl, Wiedergutmachung en Vergangenheitsbewältigung, van de Bundesgesetz zur Entschädigung für Opfer der nationalsozialistischen Verfolgung, van de al dan niet historisierbare Geschichtskultur en van het omgaan met Erinnerungskultur en de democratische Wiederaufbau, op basis waarvan het Duits collectief geheugen een nieuwe, Duitse culturele nationale identiteit kreeg.

Het boek is verdeeld in vier delen. In het eerste deel (1942 tot de jaren zestig), in vier subhoofdstukken, wordt op concrete wijze en op basis van bronnen de toenemende maatschappelijke onzekerheid na de ramp in Stalingrad beschreven. Trentmann beschrijft hoe soldaten en de bevolking steeds kritischer werden tegenover de nationaalsocialistische moordmachine.

In het tweede deel (1949 tot 1989) behandelt de auteur in subhoofdstukken, de ontwikkeling van de democratie in de Bondsrepubliek, de poging in de DDR een nieuw beeld van de ‘socialistische mens’ op te leggen, de behandeling van ontheemden in Oost en West, de herbewapening en de vredesbeweging en de behandeling van immigranten. Terwijl de eerste twee een combinatie vormen van een algemene presentatie en de vraag naar de implementatie van nieuwe morele perspectieven in Oost en West, richten de twee daaropvolgende subhoofdstukken zich opnieuw op de vraag naar mededogen, waarbij het voorbeeld van de behandeling van migranten wordt gebruikt. Het uitgebreid subhoofdstuk “Oorlog en vrede” richt zich opnieuw op geweten via herbewapening, debatten over kernwapens en gewetensbezwaren.

In het derde deel (1989 tot 2022) waarin Trentmann de periode na 1989 behandelt, gaat Trentmann na een beknopt overzicht van de geschiedenis van de jaren 1989/90, vooral in op wat er daarna kwam: de economische problemen, de stijgende werkloosheid, de migratie naar het Westen. Vanuit moreel-historisch perspectief richt hij zich op de juridische afhandeling van het onrechtvaardig optreden van het DDR-staatsapparaat, dat, zoals bekend, de slachtoffers van het onrechtvaardig DDR-systeem teleurstelde. Zij wilden ‘rechtvaardigheid en de rechtsstaat’

In het subhoofdstuk ‘Duitsland in de wereld’ worden eerst de morele vraagstukken in het Duits buitenlands, Europees en economisch beleid behandeld. De gemene deler in al deze aspecten is de Duitse neiging tot dubbele standaarden als het gaat om eigen economisch voordeel. Volgens Trentmann was Angela Merkels besluit om de grenzen te openen minder een humanitaire maatregel dan een besluit voor het minste kwaad. Trentmann vergelijkt de brede bereidheid van de samenleving om te helpen met de opkomst van rechts-populisme in zowel het Westen als het Oosten, waar al lang vóór 1989 een neonaziscene bestond.

Het laatste deel (de jaren vijftig tot nu) gaat over de moraliteit van het sparen, die zowel Oost als West na de oorlog opnieuw moesten leren, en vervolgens over de toenemende armoede in de samenleving en het Duits sociaal systeem gebaseerd op subsidiariteit, dat mensen verplicht zichzelf te helpen en solidariteit met hun familie te tonen. In het laatste subhoofdstuk, ‘Moeder Natuur’, beschrijft hij de historische ontwikkeling van de natuur- en milieubeschermingsbeweging en gaat hij uitgebreid in op de anti-kernenergiebeweging, die in Duitsland bijzonder uitgesproken en moreel geladen is. Tegelijkertijd wijst hij op de vele paradoxen in het Duits energie- en milieubeleid. Hierdoor bevindt Duitsland zich op EU-niveau op veel gebieden van milieubescherming hooguit in de middenmoot, op sommige gebieden zelfs onderaan.

Zelden werd de buitengewone morele tweestrijd van een land zo helder in beeld gebracht: schuld versus wiedergutmachung, rijkdom versus welzijn, tolerantie versus racisme, mededogen versus medeplichtigheid. Deze tweestrijd werd en wordt gekenmerkt door morele schuld, schaamte en beperkte genoegdoening. Aan de hand van een scala aan stemmen van Duitse soldaten en Duitse Joden, milieuactivisten en mijnwerkers, families en kerken, vrijwilligers, migranten en populisten, schetst Trentmann een opmerkelijk en verrassend portret van de in conflict verkerende bevolking in het hart van Europa, dat zich in 80 jaar tijd immens heeft ontwikkeld. Het meesterwerk, “Out of the Darkness: The Germans, 1942–2022” uit 2023, werd vertaald door Alexander van Kesteren, Auke van den Berg, Erik de Vries en Wilfried Simons.

Frank Trentmann (1965) is hoogleraar geschiedenis aan de afdeling Geschiedenis, Klassieken en Archeologie van Birkbeck College, University of London, en is daarbij specialist in de geschiedenis van consumptie. Hij volgde zijn opleiding aan de Universiteit van Hamburg, de London School of Economics and Political Science en aan Harvard University, waar hij zijn doctoraat behaalde. Hij doceerde aan de Universiteit van Princeton en de Universiteit van Bielefeld en was Fernand Braudel Senior Fellow aan het European University Institute. Trentmann won de Whitfield Prize van de Royal Historical Society voor zijn boek “Free Trade Nation: Consumption, Civil Society and Commerce in Modern Britain” (Oxford University Press) uit 2008. Hij was directeur van het onderzoeksprogramma Cultures of Consumption, dat £5 miljoen aan financiering ontving van de Economic and Social Research Council en de Arts and Humanities Research Council.

Frank Trentmann Uit de schaduw, De Duitsers 1942-2022  968  bladz.  geïllustreerd uitg. De Arbeiderspers ISBN 9789029552424