Het Ottawa Bach Choir uit de National Capital-regio, is één van Canada’s topkoren. Op hun nieuwe cd presenteert het koor werken van drie van de belangrijkste componisten uit de Duitse barokperiode, Händels “Dixit Dominus” met de medewerking van contratenor Daniel Taylor, en motetten van Schütz en Bach.
Terwijl de drie componisten trouw bleven aan hun Duits-Lutherse roots, bevatten de hier gepresenteerde werken ook invloeden uit de Italiaanse barok, gekenmerkt door drama, expressie, intensiteit, ritmische vurigheid, harmonische vinding, woordtoon schildering en meerkorigheid. Naast Händels “Dixit Dominum” staan op de cd de Passionmotetten (uit de “Cantiones Sacrae”), SWV 56, 57, 58, 59 en 60 van Schütz, en “Komm, Jesu, komm, BWV 229” van Johann Sebastian Bach.
Psalm 110 opent in het Latijn met de woorden “Dixit Dominus”, “De heer sprak tot mijn heer” of “De Heere heeft tot mijn Heere gesproken”. Met “mijn Heere” wordt de Messias bedoeld die uitgenodigd wordt plaats te nemen aan Gods rechterhand. De psalm is daarom de profetie van de heerschappij van de Messias op de Dag des Oordeels. Op grond van deze psalm wordt Jezus in de brief aan de Hebreeën aangeduid als een priester uit de orde van Melchisedek, priester van de Allerhoogste God, wat in de christelijke overlevering wordt beschouwd als de volmaaktste vorm van het priesterschap. “‘Je bent priester voor eeuwig, zoals ook Melchisedek was” staat te lezen in psalm 110.
Händels psalm toonzettingen “Dixit Dominus”, “Laudate pueri Dominum” en “Nisi Dominus”, gecomponeerd voor de vespers tijdens zijn verblijf in Italië, zijn behandeld volgens het Venetiaans model met verwijzingen naar het Gregoriaans. “Nisi Dominus” werd voor de feestelijkheden van de Heilige Maagd Marie van de berg Karmel in 1707 gecomponeerd en combineerde kracht en schittering. Een karakteristiek die overigens ook op grote schaal terug te vinden is in zijn ”Dixit Dominus”, “De heer sprak tot mijn heer” (psalm 110), waarschijnlijk gecomponeerd in opdracht van kardinaal Carlo Colonna. Wat opvalt is de rijkdom aan klank rondom bepaalde woorden, bv. bij het hamerend effect op ‘conquassabit’ of bij ‘Tu es sacerdos’, en de combinatie van cantus firmus en contrapunt. De première van Dixit Dominus voor vijfstemmig (SSATB) koor en solisten, was in 1707 in de Santa Maria in Montesanto aan de Piazza del Popolo in Rome. Händel was toen pas 22 jaar oud!
De Cantiones sacrae, op. 4, van Heinrich Schütz, is een verzameling van veertig stukken vocale religieuze muziek op Latijnse teksten, voor het eerst gepubliceerd in 1625. De stukken hebben de individuele nummers 53 tot 93 in de “Schütz-Werke-Verzeichnis” (SWV), de catalogus van zijn werken. De algemene titel “Cantiones sacrae” was in Schütz’ tijd gebruikelijk en werd door veel componisten gebruikt, onder wie Palestrina, Byrd en Tallis (1589 en 1591), en Hans Leo Hassler (1591). Schütz componeerde de motetten en madrigalen, gebaseerd op teksten uit het gebedenboek “Precationes” uit 1553 van Andreas Musculus, voor vier stemmen (SATB) en basso continuo. Sommige van de composities vormen groepen van vijf stukken, inclusief de hier opgenomen, expressieve Passie-motetten, “Quid commisisti”, SWV 56 tot 60. Het contrapunt van de Cantiones, hier magistraal gezongen door het Ottawa Bach Choir, wordt nog steeds als ongeëvenaard beschouwd in de religieuze, vocale muziek van de 17de eeuw.
SWV 56-60 vormen een groep van vijf Passie-motetten, op de tekst van Psalm 115 aangevuld door Augustinus en latere auteurs. Het eerste deel is “Quid commisisti, o dulcissime puer?”. In rijkdom van harmonie, intensiteit van expressie, en vooral, de verkenning van het vage, het dubbelzinnige en het tegenstrijdige, zijn deze motetten zonder gelijke, misschien enkel vergelijkbaar met de madrigalen (alla modea italiana), “Israelis Brünnlein”, uit 1623, van de vriend van Schütz, de Thomaskantor, Johann Hermann Schein. Het Ottawa koor zingt de motetten als gepassioneerd getoonzette devotie-teksten op avant-garde madrigalismen, die de kruisiging oproepen door extreme harmonieën en vreugde in Christus door dansritmes. Magistraal!
“Komm, Jesu”, BWV 229, is een motet van Johann Sebastian Bach, op een tekst van Paul Thymich. Het motet werd gecomponeerd in Leipzig en werd voor het eerst uitgevoerd in 1731-1732. Bach componeerde zijn motet voor dubbel koor waarschijnlijk voor een begrafenis, maar exacte data van compositie en uitvoering zijn niet bekend. Het is zijn enige motet zonder Bijbelse tekst. Hij plaatste een gedicht van Paul Thymich, dat Johann Schelle in 1684 als begrafenisaria componeerde. Ook ongewoon is dat het motet niet wordt afgesloten met een koraal, maar door een aria die als een koraal is geharmoniseerd. Het werk heeft een intiem en teder karakter, en maakt gebruik van meerkorigheid (twee koren) en polyfonie, en het bevat ook een fugato op de tekst ‘Komm, ich will mich dir ergeben’. Het thema van de tekst is de dood als het gelukkig moment waarop de mens, moe van het aards leven, kan vertrouwen op Jezus, de waarheid en de weg naar het eeuwig leven.
Het Ottawa Bachkoor (foto), opgericht in 2002 door Lisette Canton (foto), voert muziek uit alle historische perioden uit, maar het koorwerk van Bach staat centraal in zijn repertoire. Het koor uit de Nationale Hoofdstedelijke regio geniet nationale en internationale erkenning. Lisette Canton is koor- en orkestdirigent, vocale coach en technicus, gastdirigent en specialiste in oude muziek. Zij is de oprichtster en artistiek directeur van het internationaal befaamd Bach Choir en is tevens universitair hoofddocent en hoofd van de koormuziek aan de York University in Toronto. Daar heeft zij de leiding van het graduate programma in koormuziek.
Het schitterend “Ensemble Caprice”, een barokensemble dat op historische instrumenten speelt, is opgericht door de veelgeprezen blokfluit solist, Matthias Maute (foto) (°1963) en is bekend geworden om zijn innovatieve benadering van een almaar groeiend muzikaal repertoire. Matthias Maute uit het Duitse Ebingen in de gemeente Albstadt in Baden-Württemberg, studeerde in Freiburg en Utrecht, bij Baldrick Deerenberg en Marion Verbruggen. In 1990 won hij de eerste prijs blokfluit op de befaamde internationaal concours van het MAfestival in Brugge en in 1994 de wedstrijd voor Kamermuziek georganiseerd door het Nederlands impresariaat. Hij begon vervolgens aan een solocarrière en debuteerde in het Lincoln Center in New York. In 2003 en 2005, was hij solo-blokfluitist op het Boston Early Music Festival en nu doceert hij aan de Universiteit van Montreal en aan de McGill University in Montreal/Quebec, Canada.
Naast zijn Montreal-concertserie, toert het ensemble uitgebreid in Quebec, Canada, de VS, Europa en Azië. Beluister meteen “De torrente in via bibet”, uit Händels Dixit Dominus. Voor geen geld ter wereld te missen!
“ATMA Classique” is een bijzonder interessant, Canadees platenlabel gevestigd in Montreal, Quebec. Het bedrijf werd in 1994 opgericht door de Sound engineer en producer, Johanne Goyette (foto). Aanvankelijk Radio-Canada radioproducer voor het programma “Chroniques du disque”, studeerde Johanne Goyette geluidsopname aan de Mc Gill University, en werkte vervolgens bij Analekta, Dorian en Fonovox, voor zij het management op zich nam van ‘Atma (wat ziel betekent in het Sanskriet). Johanne wilde het product van het begin tot het einde beheersen, waarbij ze een hechte samenwerking met de muzikanten bevorderde. Wat haar vooral motiveerde was het muzikaal materiaal dat door de schijf wordt uitgezonden en de specificiteit van de audio om als het ware te horen zonder te zien. Als gevolg daarvan werden de opnamefasen bijzonder fascinerend en zag ze haar werk als een transpositie van de intimiteit van de kunstenaar. “ATMA Classique” heeft meer dan 450 titels in zijn catalogus en distribueert in meer dan 25 landen en op internet. Verschillende opnames die door het bedrijf zijn uitgebracht, hebben “Juno” en “Felix Awards” gewonnen.
Handel Dixit Dominus Bach & Schütz Motets Ottawa Bach Choir cd Atma Classique ACD 22790