Peter Longerich, Ian Kershaw en Volker Ullrich, Hitler Biografie, drie indrukwekkende uitgaven van Hollands Diep, Spectrum en Arbeiderspers. Een Must !

De laatste tijd verschenen lijvige en belangrijke studies/boeken over het fenomeen “Adolf Hitler” van Ian Kershaw (Spectrum – 1216! bladzijden) en van Volker Ullrich (reeds een eerste deel van 960! bladzijden verschenen bij Arbeiderspers), die elkaar niet altijd op alle punten volgden. Peter Longerichs “Hitler. Biographie” (Siedler Verlag) uit 2015, is nu door Het Vertaalcollectief uit het Duits in het Nederlands vertaald en uitgegeven door de prestigieuze uitgeverij Hollandsdiep. Zet u schrap voor 1552 bladzijden lectuur.

De auteur stelt zich in zeven lijvige en uitzonderlijk interessante hoofdstukken de vraag of Hitler een tiran, een psychopaat, een uitvoerder van een programma voor rassenideologie was, of een charismatische Führer die door zijn aanhangers werd tegengewerkt? In deze monumentale biografie van zo maar eventjes 1552! bladzijden, gaat historicus Peter Longerich alle bestaande karakteriseringen voorbij en toont hij aan dat Hitlers persoonlijke inmenging in het Derde Rijk een nog zwaardere stempel heeft gedrukt op de gebeurtenissen dan tot nu toe werd aangenomen… Of het nu om buitenlandse politiek, oorlogvoering, terreur, massamoord, godsdienstig beleid, culturele kwesties of over het dagelijks leven van de Duitsers ging, in alle domeinen bepaalde Hitler tot in de kleinste details, nauwgezet het beleid van het regime, schrijft Longerich.

Machtsstructuren die hem in de weg stonden ruimde hij brutaal en akelig consequent uit de weg tot hij een grenzeloze machtspositie had bereikt en hij de goedkeuring van de bevolking zelfs niet meer nodig had. Op indrukwekkende wijze schetst Longerich Hitler als spil van het nationaalsocialisme. Uit zijn biografie komt een akelig geniale man van het kwaad naar voor die zich veel vaker en veel actiever persoonlijk mengde in de politieke besluitvorming van het Derde Rijk dan men tot nu toe heeft gedacht. Zijn boek is bijgevolg een essentiële studie voor iedereen die een beter en breder beeld wil krijgen van Hitlers tijd en dictatuur.

Hitlers denken was in hoge mate van Duits ideologische en artistiek-muzikale aard. Om meer begrip te krijgen van wat Hitler en de zijnen precies bezielde waren bv. zijn gepassioneerde interesse in kunst en muziek en de contacten die Hitler had met de Duitse artistieke en intellectuele elite, vooral in München, van groot belang. Hoewel de auteur Hitler in detail volgt en beschrijft van de eerste tot de laatste dagen, is een interessante invalshoek o.a. de relatie van Hitler tot de muziek van Wagner en Richard Strauss en tot de figuur en de geschriften van H.S.Chamberlain. Zo lezen we bv. dat Hitler op 10 juni 1939 in de Weense Staatsopera naar aanleiding van de 75ste verjaardag van Richard Strauss, een opvoering bijwoonde van Strauss’ opera “Friedenstag” en de volgende dag een voorstelling in het Burgtheater. Na de beide opvoeringen bracht Hitler telkens de rest van de avond nog lang in het gezelschap van kunstenaars door.

De opera uit 1936 was op 24 juli 1938 in het “Münchner Nationaltheater” in première gespeeld. Strauss droeg de opera op aan de dirigent Clemens Krauss en zijn vrouw, de sopraan Viorica Ursuleac. Krauss dirigeerde wel vier opera’s van Richard Strauss in première, “Arabella” (Dresden, 1933), “Friedenstag” (München 1938), “Capriccio” (München 1942) en “Die Liebe der Danae” (Salzburg 1944). In de opera “Friedenstag” ziet de commandant van een niet nader genoemde plaats, op de dag van de Vrede van Westfalen, af van zijn oorspronkelijk idee de vesting op de citadel op te blazen in plaats van zich over te geven aan de vijand.

Bij de enscenering van zijn toespraken, vervolgt Longerich, nam Hitler een voorbeeld aan Wagner, zijn absoluut favoriete kunstenaar, die hem weliswaar meer in artistiek dan in politiek opzicht beïnvloedde. Hun opvattingen over het antisemitisme vertoonden nl. meer verschillen dan overeenkomsten. Hitler werd vooral geïnspireerd, schrijft Longerich, door de manier waarop de opera’s van Wagner, die hij zo vaak als hij maar kon bijwoonde, geënsceneerd werden. Hitlers toespraken werden nl. bewust geënsceneerd als Wagneriaanse “Gesamtkunstwerke”, waarin geluid, beeld, woord en ruimte een synthese aangingen en een schouwspel creëerden dat vol was van betoverende harmonie en bijdroegen tot zijn zelfstilering. Hitler nam dan ook tal van belangrijke en akelige beslissingen tijdens zijn vele, vele verblijven als gast van Winifred Wagner in Bayreuth.

Het antisemitisme van de in Engeland geboren schoonzoon van Richard Wagner, Houston Stewart Chamberlain, kwam het beruchtst naar voor in zijn “Die Grundlagen des 19. Jahrhunderts”, een werk in twee delen over het verband tussen ras en culturele ontwikkeling dat Chamberlain schreef op instigatie van zijn uitgever Hugo Bruckmann.

Het boek was bedoeld als een interpretatie van de eeuw die zijn einde naderde en om mensen te helpen houvast en leiding te vinden in de nieuwe eeuw. Chamberlain propageerde het idee dat het ras niet iets biologisch was, maar dat een ‘zuiver ras’ nog steeds gecreëerd diende te worden door een daad van ‘zelfverwezenlijking’. Hij was van mening dat een nieuw, zuiver ras kon worden gecreëerd als de macht van het Jodendom, dat Chamberlain als het grote obstakel voor de verwerkelijking van ‘cultuurontwikkeling’ beschouwde, eenmaal was aangebroken.

Hoewel de centrale categorie van de schrijver het ‘ras’ is, ging het hem vooral om het Jodendom, niet om Joden. Zijn boek was zelfs opgedragen aan Julius von Wiesner (1838-1916), een Joodse, Weense wetenschapper en botanicus. Ook Karl Kraus, de beroemde toneelschrijver en journalist, een geassimileerde, niet-zionistische Jood, was vol lof over Chamberlains “Grundlagen” en geloofde niet dat het radicale antisemitisme van de schrijver op geassimileerde Joden was gericht. Kraus overleed weliswaar in 1936… Houston Stewart Chamberlain had als één van de eersten Richard Wagner als het grootste genie van de 19de eeuw aanbeden.

De Münchense uitgever Hugo Bruckmann (18631941) werd in 1898 samen met zijn broer Alphons, eigenaar van “F. Bruckmann KAG” in München. Bruckmann en zijn intellectuele vrouw Elsa Bruckmann, geb. prinses Cantacuzène, behoorden tot de vroege en zeer invloedrijke, intellectuele promotors van de jonge Hitler die hem met succes in de Münchense high society introduceerden. Hugo en Elsa Bruckmann waren vanaf 1928 publieke promotors van de “Nationalsozialistischen Gesellschaft für deutsche Kultur”. De leden kwamen samen in hun luxueus Prinz-Georg-Palais aan de Karolinenplatz in München, waar ze van 1908 tot 1931 woonden. Nadat Hitler bv. in december 1924 werd vrijgelaten uit de gevangenis van Landsberg, verscheen hij enkele dagen later in het “Salon Bruckmann”, waar hij o.a. voorgesteld werd aan de architect Paul Ludwig Troost. Vanaf 1930 was Hugo Bruckmann lid van de “Kampfbund” voor de Duitse cultuur, opgericht door Alfred Rosenberg en vanaf 1932 tot zijn dood in 1941 was hij een NSDAP lid van de Rijksdag. In 1933 werd Bruckmann lid van de raad van bestuur van de Duitse musea.

“Miljoenen Duitse soldaten moesten in november 1918 vertrouwd raken met het idee dat de jarenlange, bloedige gevechten voor niets waren geweest. Hitlers depressie maakte plaats voor verontwaardiging en haat tegen diegenen die hij de schuld gaf van de nederlaag, de leiders van het marxisme en de Joden”, lezen we. “Met het besluit politicus te worden”, schrijft Longerich, “was Hitler in staat aan zijn woede en wraakgevoelens de nodige destructieve energie te ontlenen, een energie die hij zou wijden aan het straffen van diegenen die hij als de schuldigen voor de diepste vernedering in zijn leven zag, en aan het verdelgen van zijn diepe schaamte.”

Peter Longerich (°1955) uit Krefeld behaalde in 1982 zijn doctoraat aan de Universiteit van München met een proefschrift over de persafdeling van het ministerie van Buitenlandse Zaken onder von Ribbentrop. Hij was in de jaren ’80 verbonden aan het Instituut voor Hedendaagse Geschiedenis in München. In 2002/03 was hij gasthoogleraar aan het Fritz-Bauer-Instituut en deed als “J.B. en Maurice Shapiro Senior Scholar in Residence” in 2003-2004, onderzoek in het “Center for Advanced Holocaust Studies” van het “Holocaust Memorial Museum” in Washington. Hij is professor aan de Royal Holloway en het Bedford New College van de Universiteit van Londen en directeur van het Onderzoekcentrum voor de Holocaust en twintigste-eeuwse geschiedenis. Hij is tevens redacteur van de Serie Piper documentatie. Longerich is een eminent specialist in de geschiedenis van nazi-Duitsland en van de Holocaust. Zijn boek zeker maar dan ook zeker lezen!

Peter Longerich Hitler Biografie 1552 bladz. uitg. Hollands Diep ISBN 9789048833542

https://www.stretto.be/2020/03/14/waar-kwam-hitlers-extreem-kwaadaardige-ideologie-vandaan-bij-uitgeverij-omniboek-verscheen-het-boek-de-jonge-adolf-de-nederlandse-vertaling-van-het-boek-hitlers-wien/

https://www.stretto.be/2019/05/12/volker-ullrichs-adolf-hitler-opkomst-ondergang-het-tweede-deel-van-zijn-indrukwekkende-biografie-uitgegeven-door-de-arbeiderspers/

https://www.stretto.be/h-s-chamberlain-wegbereider-van-de-nazi-ideologie/