Alpha en het Festival van Aix-en-Provence zetten met deze uitgave hun Young Talents-reeks waarin Laureaten van de Académie van het Aix-festival, elk een cd uitgeven, voort. De Amerikaanse bariton John Chest heeft reeds een schitterende carrière die hem al naar het Glyndebourne Festival en de BBC Proms heeft geleid. In samenwerking met de Braziliaanse pianist Marcelo Amaral, presenteert hij nu de 15 liederen, “Die schöne Magelone”, van Johannes Brahms.
Brahms was gefascineerd door een oude versie, gepubliceerd in een ‘Volksbuch’, waarvan de wortels terug gingen tot een 12de -eeuws, Frans gedicht, “Pierre de Provence et la belle Maguelone”, van Bernard de Trèves, kanunnik van Maguelonne in Bas-Languedoc, nabij Montpellier. In Villeneuve-lès-Maguelone, in het departement Hérault (regio Occitanie), bevindt zich trouwens de “cathédrale Saint-Pierre-et-Saint-Paul de Maguelone” (foto) uit de 12de -13de eeuw.
Ludwig Tieck (1773-1853) (foto) nam in zijn roman 17 ‘Romanzen’ op, waarin hij meer aandacht had voor de geschiedenis van liefde en ridderlijkheid dan voor middeleeuwse scholastiek. Het is uit deze momenten van meditatie dat Brahms zijn vijftien ‘romances’ koos, waarvan de term niet in de Franse betekenis moet worden opgevat, maar meer in de Germaanse betekenis van verhalende ballade, zoals in Schumanns ‘Balladen und Romanzen’ of in de ballades op teksten van o.a. Goethe, Herder en Uhland, van Carl Loewe.
De oorspronkelijke tekst uit 1527 van Veit Warbeck (1490–1534) die hij uit “De vertellingen van Duizend-en-een-nacht” haalde, werd door Tieck ingekort en aangepast, ten gunste van het liefdesverhaal. De verlaten Magelone spint bv. eenzaam voor de idyllische herdershut in plaats van op bedevaart naar Rome te gaan. Ze sticht geen kerk en geen ziekenhuis (waar Pierre haar oorspronkelijk terugvindt), en Tieck bereikte vaak stemmingen door beschrijvingen van de mooie omgeving toe te voegen.
Onder alle rijkdom aan liederen die Brahms componeerde, was dit zijn enige echte liedcyclus. Brahms kende de populaire verhalen sinds zijn jeugd, maar dankzij Schumann ontdekte hij de roman die Ludwig Tieck in 1797 publiceerde. De roman had als titel, “Liebesgeschichte der schönen Magelone und des Grafen Peter von Provence”. Brahms componeerde zijn “Fünfzehn Romanzen, Magelone-Lieder für eine Singstimme und Klavier” tussen 1861 en 1869, en droeg ze op aan de zanger en zangpedagoog, Julius Stockhausen (foto).
Het werk is representatief voor de poëtische, geïdealiseerde herontdekking van de Middeleeuwen die zo kenmerkend was voor de Duitse romantiek. Wat opvalt is de epische schaal van de liedcyclus. Het is een echte miniatuur opera, maar voorzien van een heel rijke pianopartij. Tieck versierde elk van de 18 hoofdstukken met een lied dat meestal door Peter wordt gezongen. De eerste helft van het verhaal brengt het stel bij elkaar. Na drie hoofdstukken is hij weg van huis, na zes heeft hij haar de ringen gegeven, na negen is het duidelijk dat ze vluchten. De tweede helft brengt ze uit elkaar en weer samen. Nadat ze van elkaar gescheiden zijn, komt hij later terug onder de christenen. Daar vinden ze elkaar uiteindelijk terug. Het hersteld geluk aan het einde komt overeen met de openingstoespraak over de vergankelijkheid van alle geluk, maar dat niettemin terugkeert, in het eerste hoofdstuk, wat Tieck betrok bij de heropleving van het sprookje.
In de versie van Tieck, trekt Pierre, de zoon van de graaf van de Provence, er op advies van een zanger, op uit om de wereld te leren kennen. In Napels maakt hij als onbekende ridder, tijdens een toernooi, indruk op de koningsdochter Magelone. Als winnaar mag hij tegenover haar zitten. Hij bezoekt haar en geeft haar drie ringen. Haar vader wil haar echter laten trouwen met een beroemde ridder en organiseert een tweede toernooi, maar Peter wint opnieuw.
Peter stelt Magelone dan op de proef, zeggend dat hij moet vertrekken, maar zij vlucht weg met hem. Als ze moe worden rusten ze in het bos waar een raaf de drie ringen steelt. Als Peter ze uit het water probeert te vissen, wordt hij met een boot naar zee gedreven. Heidenen nemen hem mee naar de sultan, waar hij een gerespecteerd tuinier wordt.
Als Sulima, de dochter van de sultan, hem in het geheim wil ontmoeten, vlucht hij en belandt hij uiteindelijk in de weide waar Magelone woont bij een herder. Hij vertelt haar alles en zij maakt zich bekend. Ze reizen samen gelukkig naar hun ouders en in de wei bouwen ze een zomerpaleis.
De Amerikaanse bariton John Chest (°1985) (foto), finalist van de “BBC Singer of the World Art Song Competition” en de Braziliaanse pianist Marcelo Amaral, Winnaar van de Pianist Prijs op de Internationale Robert Schumann Lied Wedstrijd in 2009, hebben beiden, vaak samenwerkend aan liedrecitals, belangrijke individuele carrières in Europa opgebouwd. In mei van vorig jaar kwamen ze samen in de Temple Saint Marcel in Parijs om deze cd op te nemen. Producer Franck Jaffrès zorgde voor de mastering en editing van deze mooie cd, begeleid door een inzichtelijke tekst en een goede vertaling van de liederen in het bijbehorend boekje. John Chest zingt met uiterste gevoeligheid in onberispelijk Duits met mooie, een soepele, lyrische baritonstem die uitstekend zowel de delicatesse van “Ruhe, Süssliebchen” als het heroïsch “Verzweiflung” dient.
Pianist Marcelo Amaral (foto), die les geeft aan de Hochschule für Musik in Nürnberg, is met zijn geweldige pianistische techniek en souplesse, de perfecte partner voor dit project. Dit is een elegant gerealiseerd project dankzij het muzikaal vakmanschap van beiden die een getrouwe en intens bezielde weergave geven van Brahms’ vertelling van het verhaal over de mooie, middeleeuwse prinses Magelone en de ridderlijke graaf Peter. Op de kaft, de foto van een origineel ontwerp van Maia Flore (°1988), een Franse laureaat/fotografe, die in 2015 de “prix HSBC pour la photographie” kreeg van de HSBC Foundation. Beluister meteen “Sind es Schmerzen”, “Wir müssen uns trennen”, ”Ruhe, Süssliebchen” of “Treue Liebe dauert lange” (Tracks 3, 8, 9 en 15). Heel, heel mooi. Warm aanbevolen.
Brahms Die schöne Magelone John Chest Marcelo Amaral cd Alpha ALPHA431