Rafael Kubelík (1914-1996) was een Tsjechische dirigent en componist, die in 1973 de Zwitserse nationaliteit verkreeg. Nadat de communistische partij aan de macht kwam in Tsjecho-Slowakije werkte hij in de Verenigde Staten. In 1950 werd hij dirigent van het Chicago Symphony Orchestra. Ook dirigeerde hij regelmatig het Concertgebouworkest in Amsterdam. Hij had van 1949 tot 1955 een vaste aanstelling en leidde in 1954 samen met chef-dirigent Eduard van Beinum de eerste Amerikaanse tournee van dit orkest.
Rafael Kubelík was de zoon van de violist Jan Kubelík. Hij studeerde van 1928 tot 1934 viool, piano, compositie en orkestdirectie aan het Praags Conservatorium en was van 1936 tot 1939 en van 1942 tot 1948 dirigent van het Tsjechisch Filharmonisch Orkest in Praag. In 1946 was hij oprichter van het Festival “Praagse Lente”. Daar dirigeerde hij in 1947! reeds muziek van Gustav Mahler. Mahlers muziek speelde trouwens een heel belangrijke rol in de carrière van Kubelík. Hij was nl. één van de eerste dirigenten die met het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks, Mahlers negen symfonieën, de onvoltooide tiende incluis, integraal heeft opgenomen (Deutsche Grammophon Gesellschaft).
Kubelík was van 1961 tot 1979 chef dirigent van het Symfonieorkest van de Beierse radio in München. Hij had daar zijn nieuwe muzikale thuis gevonden. Hij leidde het orkest naar nieuwe hoogten en ontwikkelde een unieke klank- en uitvoeringscultuur in een perfecte verscheidenheid aan repertoire van barokmuziek tot vrij tonaal expressionisme, Karl Amadeus Hartmann en Benjamin Britten. Als een vooraanstaand musicus was zijn voornaamste richtlijnen, lyrische frasering, een heldere en bewuste articulatie van de harmonische spanningen en de vitaliteit van de ritmische en metrische stroom. Hij had trouwens al altijd al deze elementen in gedachten en probeerde ze in evenwicht te brengen. Kubelík hield van de prachtige, weelderige klank, maar nooit ten koste van de doorzichtigheid van de verschillende partijen. Deze cd-editie geeft een gedetailleerd overzicht van zijn legendarische interpretaties en is een tijdsdocument van zijn lange werkperiode in de stad München.
Na Eugen Jochum (periode 1949-1960) was Rafael Kubelík, de langste van alle dirigenten aan het hoofd van het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks. Hij leidde het orkest nl. 18 jaar en bleef nog tot 1985 gastdirigent. Kubelík bracht zijn geweldige internationale ervaring naar München. Eerder was hij nl. van 1955 tot 1958 directeur van het Royal Opera House, Covent Garden. Van 1972 tot 1974 was hij trouwens ook muziekdirecteur van de Metropolitan Opera in New York. Het Kubelík-tijdperk in Mûnchen werd gekenmerkt door uitvoeringen die door de pers uitbundig werden geprezen. Op 14 november 1966 schreef de gezaghebbende muziekcriticus, Joachim Kaiser bv. na een concert met de Vierde Symfonie van Beethoven, het Vioolconcerto van Schumann en de 8ste symfonie van Dvořák, in de Süddeutsche Zeitung, “Puur geluk met Kubelík” .
Kubelík gaf prioriteit aan de werken van Slavische componisten zoals Smetana, Janáček en Dvořák, en dirigeerde werken van 20ste-eeuwse componisten als Karl Amadeus Hartmann (foto). In 1945 begon Hartmann als dramaturg van de Beierse Staatsopera, met het organiseren van de heel bijzondere concertserie, “Musica Viva”, gewijd aan de toenmalige avant-garde muziek. Dit bracht Hartmann in contact belangrijke kunstenaars en componisten van zijn tijd, onder wie o.a. Pierre Boulez, Olivier Messiaen, Luigi Nono, Jean Cocteau en Joan Miró. Het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks speelde in de Musica Viva-concerten..
Onder Kubelík speelde het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks als eerste Duits orkest, een cyclus van de symfonieën van de in de nazi-tijd verboden Gustav Mahler. Bovendien dirigeerde hij een repertoire van Bach tot Mozart en Beethoven, Schubert, Wagner, Brahms tot Reger, Pfitzner, Bartók, Debussy en Schönberg. In zijn functie als hoofd van de personeelsafdeling van de Beierse omroep, aarzelde Kubelík niet om zich in het uitzendbeleid te mengen. Toen bv. in 1972, in het Beiers parlement, een nieuwe Radio regeling besproken werd dat voorzag in een grotere inspraak van de staat in het beleid en de programmering van de publieke omroep, protesteerde Kubelík. Hij dreigde zijn contract niet te verlengen waardoor het wetsvoorstel herzien werd en Kubelík chef-dirigent bleef.
In 1967 vertrok hij naar Zwitserland en werd in 1973 officieel Zwitsers staatsburger. Pas nadat de communisten in Praag na de Fluwelen Revolutie niet meer aan de macht waren, kwam hij op uitnodiging van Václav Havel naar Tsjechië terug en dirigeerde in 1990 het concert ter opening van het Festival “Praagse Lente” met een uitvoering van “Má Vlast” (Mijn vaderland) van Smetana. In 1984 trok hij zich van het dirigeren terug, om uitsluitend nog te componeren. Rafael Kubelík componeerde o.a. drie symfonieën, een Piano-, een Viool- en een Celloconcerto, twee Requiems en een Stabat Mater, vijf opera’s, en kamermuziek. Hij werd op het kerkhof van Vyšehrad in Praag begraven.
De box bevat de Symfonie nr. 99 in Es van Haydn, de Symfonieën nrs. 25, 38, 40 en 41 van Mozart, Beethovens negende, de vier symfonieën van Brahms, de symfonieën nrs. 6,7, 8 en 9, de Serenade voor Strijkers in E op. 22 en de Serenade voor Blazers in re klein Op. 44 van Antonin Dvořák, de Symfonieën nrs. 8 & 9 van Bruckner, de Symphonie fantastique, op. 14 en Le Corsaire Ouverture, op. 21 van Berlioz, Smetana’s Má Vlast, de Sinfonietta van Janáček, de Symphonische Hymnen uit 1942 van Karl Amadeus Hartmann, en Muziek voor Snaren, Percussie & Celesta en het Concerto voor Orkest van Béla Bartok. De fenomenale, vocale solisten in Beethovons negende zijn Helen Donath (sopraan), Brigitte Fassbaender (mezzo-sopraan), Horst Laubenthal (tenor) en Hans Sotin (bas). Een monumentale uitgave als getuigenis van integer professionalisme, perfecte transparantie, juiste tempi en een juiste balans, en een heerlijk mooie klank, trouw aan de schriftuur, muzikale boodschap en bezieling van de respectievelijke componisten. Een monument. Niet te missen !
Rafael Kubelík The Munich Symphonic Recordings Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks Haydn Mozart Beethoven, Brahms Dvořák Bruckner, Berlioz Smetana Janacek Hartmann Bartok 15 cd Orfeo C981115