Bij Spaanse renaissancemuziek denken we eerder aan het werk van componisten als Tomás Luís van Victoria of Francisco Guerrero in plaats van aan hun voorgangers. Maar componisten zoals Francisco de Peñalosa, die in 1528 overleed, hetzelfde jaar dat Guerrero werd geboren, waren musici met veel verbeelding en veel vaardigheid, wiens werk een formidabele individualiteit bezat. Op de cd staan religieuze a capella composities van Pedro de Escobar (ca.1465- na 1535), Francisco Guerrero (1528-1599) en Francisco de Peñalosa (ca.1470-1528). Schitterend!
Pedro de Escobar werd geboren in Porto in het Koninkrijk Portugal. Er is niets over zijn leven bekend tot hij in 1489 in dienst trad van Isabella I van Castilië. Zijn achternaam was van Castiliaanse afkomst, misschien werd hij daarom geboren uit Castiliaanse immigranten of afstammelingen gevestigd in Porto. Hij was tien jaar zanger in de kapel van de katholieke koningin en werkte er als componist. Bovendien was hij het enige lid van de kapel die ingeschreven was als Portugees. In 1499 keerde hij terug naar Portugal, maar ontving in 1507 een aanbod als maestro di capilla (Castiliaans) van de kathedraal in Sevilla. Daar had hij de leiding over de koorknapen, moest hij voor hun pension zorgen en hen leren zingen. In 1521 werkte hij in Portugal, als mestre de capela (Portugees) van prins Dom Afonso (foto), kardinaal-Infante van Portugal, de zoon van Manuel I van Portugal (foto). Zijn carrière lijkt echter slecht te zijn geëindigd. Een document uit 1535 vermeldt dat hij alcoholist was en in ellende leefde. Hij overleed in Évora in het zuidoosten van Portugal.
(Claustros da Sé de Évora)
(Mosteiro dos Jerónimos in Lissabon)
Twee complete Missen van Escobar zijn bekend, waaronder een Missa pro defunctis, het vroegste Requiem van een componist van het Iberisch schiereiland. Zijn werk omvat een Magnificat, 7 motetten (waaronder een Stabat Mater), 4 antifonen, 8 hymnes en 18 villancicos. Het is weliswaar zeer waarschijnlijk dat zijn auteurschap verborgen zit tussen veel anonieme werken van Portugezen en Spanjaarden. Zijn muziek was populair, zoals blijkt uit het verschijnen van kopieën op verafgelegen plaatsen. Twee van zijn manuscripten werden bv. in Guatemala gekopieerd. Zijn motet “Clamabat autem mulier Cananea” (“Een vrouw uit Kanaän riep tot de Heer Jezus”) werd vooral geprezen door zijn tijdgenoten en diende als een bron voor instrumentale composities van latere componisten, zoals in de bundel, “Tres libros de música en cifra para vihuela” uit 1546 van de Spaanse priester en vihuela speler, Alonso Mudarra (1510-1580), verbonden aan de kathedraal van Sevilla.
Francisco de Peñalosa (foto) werd geboren in Talavera de la Reina in de provincie Toledo. Het grootste deel van zijn carrière bracht hij door in Sevilla (foto’s), waar hij maestro di capilla was, hoewel hij ook tijd doorbracht in Burgos en drie jaar in Rome aan de pauselijke kapel (1518-1521). Hij overleed in Sevilla. Peñalosa was één van de beroemdste, Spaanse componisten van de generatie van vóór Cristóbal de Morales, en zijn composities stonden destijds hoog aangeschreven. Helaas werd zijn muziek niet wijd verspreid. Hij profiteerde niet van de uitvinding van de drukkunst, omdat hij meestal in Spanje bleef, weg van steden als Venetië en Antwerpen, de eerste centra van gedrukte muziek. Latere generaties Spaanse componisten, Guerrero, Morales en Victoria, gingen voor hun carrière daarentegen naar Italië, waar hun composities werden gedrukt en even wijd verspreid werden als de muziek van de Franco-Vlaamse componisten die in de 16de eeuw de muziek in Europa domineerden.
Peñalosa componeerde Missen, Magnificats, motetten en hymnes. Elf seculiere composities hebben overleefd, waaronder een ensalada (een vorm van quodlibet, een combinatie van melodieën), “Por las sierras de Madrid” voor zes stemmen. Peñalosa hield duidelijk van contrapuntische puzzels en canons, zoals blijkt uit het quodlibet, en uit het Agnus Dei van zijn Missa Ave Maria peregrina, die een gregoriaanse melodie combineert met een retrograde (achterwaartse) versie van het toen beroemd, wereldlijk chanson “De tous biens plaine” van Hayne van Ghizeghem (1445-1472/1497), een Franco-Vlaamse componist, dichter, luitspeler en zanger uit de Bourgondische School. Van één van zijn motetten (“Sancta mater istud agas”) (“Heilige Moeder, wil mij horen”), op een tekst uit het Stabat Mater, één van de beroemdste middeleeuws-Latijnse gedichten op de Moeder Gods in haar smart om de gekruisigde Christus, werd lang aangenomen dat het gecomponeerd was door Josquin des Prez, wat zowel de stilistische gelijkenis van beider muziek als de hoge kwaliteit van Peñalosa’s aangeeft.
De meest recente editie van Peñalosa’s werklijst bestaat uit Missen, klaagzangen, hymnes en motetten. Hieruit heeft New York Polyphony twee zeer expressieve klaagzangen geselecteerd, bedoeld voor diensten tijdens de Heilige Week op Bijbelse teksten die de vernietiging van Jeruzalem betreuren in 586 v.Chr. Naast twee korte motetten wordt Peñalosa ook vertegenwoordigd door delen van zijn Missa L’homme armé, een van de vele voorbeelden uit de 15de – tot de 17de eeuw van cyclische Missen op basis van een wereldlijke melodie. De Misdelen van Peñalosa worden afgewisseld met een opvallend moderne en mysterieuze toonzetting van het begin van de hymne Stabat Mater van van Pedro de Escobar, en met “Quae est ista” (“Wat is deze”), op tekst uit het Hooglied en “Antes dat comáis een Dios”, op een Spaanse tekst. Heel bijzonder. Warm aanbevolen.
De muziek van Guerero (foto), verbonden aan de kathedralen van Sevilla en Málaga, was zowel religieus als wereldlijk, in tegenstelling tot die van Victoria en Morales, de twee andere, Spaanse 16e-eeuwse grootheden. Hij componeerde talloze wereldlijke chansons en instrumentale stukken, naast 18 missen, motetten, psalmen en Vespers. Guerrero was in staat om een verbazingwekkende verscheidenheid aan stemmingen in zijn muziek vast te leggen, van extase tot wanhoop en verlangen, van vreugde tot devotionele stilte.
(Santa Iglesia Catedral Basílica de la Encarnación (kathedraal van Málaga)
Zijn muziek bleef honderden jaren populair, vooral in de kathedralen in Latijns-Amerika. Stilistisch gaf hij net als zijn Spaanse tijdgenoten de voorkeur aan homofone structuren, en schreef hij memorabele, duidelijke, zingbare lijnen. Een interessant kenmerk van zijn stijl is hoe hij anticipeerde op functioneel harmonisch gebruik. Er is een geval van een Magnificat ontdekt in Lima, Peru, ooit gedacht dat het een anoniem 18de eeuws werk was, dat uiteindelijk een werk van Guerrero bleek te zijn.
Het ensemble “New York Polyphony” is een mannelijk, klassiek vocaal kwartet, gevestigd in New York City. Muziek uit de Renaissance en de Middeleeuwen vormt de kern van hun repertoire, maar in toenemende mate neemt nieuwe muziek bij hen een belangrijke plaats in, zowel bij uitvoering als bij opname. Sinds de oprichting in 2006 heeft “New York Polyphony” blijk gegeven van toewijding aan hedendaagse muziek en, in het geval van opdrachten van Andrew Smith, Gabriel Jackson, Jackson Hill en anderen, in werken van hedendaagse componisten. Daarnaast werkt het ensemble regelmatig samen met muzikanten die met verschillende media werken, zoals met de experimentele performer/ componiste, Bora Yoon en de violist Lizzie Ball. Recente evenementen omvatten de Europese première van de Missa Charles Darwin – een nieuw in opdracht gemaakte seculiere Mis op basis van teksten van Charles Darwin van componist Gregory Brown – in het Museum für Naturkunde in Berlijn, en deelname aan de operacyclus van Jonathan Berger Visitations op het Prototype Festival met sopraan Mellissa Hughes en het Amerikaans JACK Quartet, opgericht door studenten van de Eastman School of Music.
“New York Polyphony” toert uitgebreid door de Verenigde Staten en Europa en heeft deelgenomen aan grote internationale festivals en concertseries, waaronder de Miller Theatre Music Series van de Columbia University, het Rheingau Musik Festival, de Thüringer Bachwochen, het Festival Oude Muziek in Utrecht, de Stiftskonzerte Oberösterreich, het Festival de Música de Morelia in Mexico en het Elora Festival in Canada en in de Cadogan Hall in Londen. Sinds 2011 neemt New York Polyphony op voor BIS Records. Met hun cd “Sing thee Nowell” uit 2014 scoorde het ensemble een tweede GRAMMY-nominatie, na de veelgeprezen release “Times go by Turns” (2013). Voor het bij BIS Records tekende, bracht New York Polyphony twee albums uit op het Brits label Avie Records, “I sing the birth” (2007) en “Tudor City” (2010). Beide ontvingen veel lovende kritieken. In 2011 resulteerde een Gregoriaanse zang remix wedstrijd gesponsord door Indaba Music, in het album “Devices and Desires”. De groep bestaat uit contratenor, Geoffrey Williams, tenor, Steven Caldicott Wilson, bariton, Christopher Herbert en de bas, Craig Phillips. Prachtige stemmen, heel, heel bijzonder. Niet te missen!
Peñalosa Lamentationes New York Polyphony cd BIS-2407 SACD