Johannes Brahms componeerde meer dan 300 liederen, waaronder bewerkingen van Duitse volksliederen en koorliederen. Pan Classics biedt op 2 cd’s, een mooie bloemlezing aan van liederen, en duetten met pianobegeleiding, gezongen door een sopraan, een mezzo en een bariton, met stemmen van het hoogste niveau. 
Johannes Brahms (1833-1897) componeerde zijn leven lang Liederen, van de “Sechs Gesänge für eine Tenor- oder Sopranstimme und Klavier” op. 3 uit 1853, opgedragen aan Bettina von Arnim, tot de “Vier ernste Gesänge für eine Baßstimme und Klavier” op. 121 uit 1896, opgedragen aan de Duitse symbolistische schilder, beeldhouwer en graficus, Max Klinger (1857-1920). Deze 2 cd’s presenteren een selectie uit Brahms’ uitgebreid liedrepertoire, die niet alleen een indruk geeft van zijn belang voor de geschiedenis van het Lied en wat een perfecte liedcomponist hij wel was, maar die ondanks zijn reputatie, ook laat horen, wat een opgewekte, jonge en humoristische persoon hij bijwijlen was. De selectie van liederen en duetten is chronologisch geordend (1853-1896) en omvat alle fasen van zijn leven, van “Heimkehr” uit 1851-1853 en “Liebestreu” uit 1853, tot Fünf Lieder op. 107 uit 1886-1888. De teksten, te volgen in het bijbehorend boekje, zijn o.a. von Platen, Uhland, Herder, Georg Friedrich Daumer, August Kopisch, Klaus Groth, Möricke en Hans Schmidt.
De zangers zijn Rachel Harnisch (sopraan), Marina Viotti (mezzosopraan) en Yannick Debus (bariton), allen jonge, heel getalenteerde zangers, die ondertussen successen hebben gevierd met hun concerten en hun rollen in grote operahuizen. Zij worden begeleid door Jan Schultsz op een originele piano uit 1871 van Johann Baptist Streicher, een model waarop Brahms het liefst speelde. Johann Baptist Streicher was de zoon van Nanette Stein (de dochter van de klavierbouwer, Johann Andreas Stein (1728-1792), de bouwer van “Mozarts Klavier”), en van de klavierbouwer, Johann Andreas Streicher (1761-1833). Nanette en Johann Andreas Streicher waren vertrouwelingen van Beethoven tijdens diens laatste levensjaren in Wenen. 
De gekozen liederen, afwisselend gezongen door Rachel Harnisch, Marina Viotti, of samen, komen o.a. uit Balladen und Romanzen, op. 75 (1877-1878), Duetten op. 20 (1858-1860), op. 61 (1852-1874) en op. 66 (1873-1875), 8 Lieder und Gesänge, op. 57 (1871) en op. 59 (1870-1873), en de Zigeunerlieder, op. 103 (1887-1888), oorspronkelijk voor 4 zangstemmen met piano.
De Zwitserse sopraan, Rachel Harnisch, werd in 1973 geboren in Brig en studeerde bij Beata Heuer-Christen aan de Hochschule für Musik in Freiburg. In 2000 maakte ze haar debuut als Pamina in het Stadttheater van Bern o.l.v. Miguel Gomez-Martinez en in het Operahuis van Zürich o.l.v. Franz Welser-Möst. Verdere opdrachten brachten haar naar het Grand Théâtre de Genève, Zürich en naar Santiago de Chile. In 2004 zong ze Fiordiligi in “Così fan tutte” in Ferrara o.l.v. Claudio Abbado, en in Modena en Reggio nell’Emilia, Bern en Avenches, zong ze Micaela in “Carmen”. Ze debuteerde in Parijs in de Opéra Bastille als Pamina, geregisseerd door Robert Wilson, onder de muzikale leiding van Jiří Kout. In 2006 zong ze haar eerste Contessa in “Le nozze di Figaro” in Verona en in 2007 maakte ze haar debuut bij de Deutsche Oper Berlin als Pamina, gevolgd in 2008, door haar eerste Amor in “Orfeo ed Euridice” o.l.v. Leopold Hager, en Clémence in Kaija Saariaho’s “L’amour de loin”, op een libretto van Amin Maalouf, in Antwerpen en Gent in 2009. In 2011-2012 zong ze Blanche in “Dialogues des Carmélites” in de Deutsche Oper Berlin en Hélène d’Egmont in de wereldpremière van Gaetano Donizetti’s “Le duc d’Albe” in de Vlaamse Opera in Antwerpen en Gent. 
Het door Donizetti nog niet voltooid werk werd gecompleteerd door Giorgio Battistelli (°1953), een ex-leerling van Stockhausen en Kagel. Als concertzangeres zong Harnisch, Luigi Nono’s “Prometeo-Suite”, Tippetts “A Child of Our Time”, Schumanns “Szenen aus Goethes Faust”, Mendelssohns “Elijah” en “Musik zu Ein Sommernachtstraum”, Debussy’s “Le Martyre de Saint Sébastien”, Haydns “Die Schöpfung” en Caecilien-Messe, Händels “Messiah”, Bachs Johannes Passion, Mahlers Symfonie nr. 2 en Symfonie nr. 4, Pergolesi’s Stabat Mater, Haydns “L’isola disabitata”, Mozarts Requiem en Grosse Messe in c, K. 427, Beethovens Symfonie nr. 9, Brahms ‘ Ein deutsches Requiem en Poulencs Gloria, o.l.v. Claudio Abbado, Kent Nagano en Nikolaus Harnoncourt. Ze zong liedrecitals, begeleid door Irwin Gage, Maurizio Pollini, Cedric Pescia en Jan Philip Schulze, in Zürich, Genève, Bochum, Berlijn, Bern, Florence, Perugia, Rome en op het Festival van Luzern.
Marina Viotti werd geboren in Zwitserland, maar groeide op in Frankrijk. Ze studeerde niet alleen klassieke muziek (fluit), maar ook jazz, en boog zich over metal en chanson. Na een master in filosofie en literatuur ging ze naar Wenen, waar ze in 2010 haar vocale opleiding startte bij Heidi Brunner. In 2013 werd ze aangenomen aan de HEMU (Haute école de musique) in Lausanne, in de zangklas van Brigitte Balleys, en behaalde er een solist Master degree. Ze vervolmaakte haar belcanto-techniek bij Raul Gimenez in Spanje. Marina won de derde prijs van het Concours de Genève, na het winnen van de eerste prijs op de internationale wedstrijd van Mâcon in 2015 en de internationale Belcanto-prijs op het Rossini Festival van Bad Wildbad. 
De jonge mezzo is laureate van de Bourse Mosetti, de Weltner Stiftung, de Bourse Migros en de Bourse Leenards. Ze zong haar eerste rollen in de Opéra de Lausanne, Dritte Dame (“Zauberflöte”), “L’enfant et les sortilèges” en Martha in “Faust”, en kreeg in de zomer van 2015, een eerste titelrol als Isabella “ in L’italiana in Algeri” van Rossini op het Rossini Festival van Bad Wildbad, een rol die ze in 2017 opnieuw zong in het Luzern Theater, waar ze ook Maddalena in “Rigoletto” zong. Ze wil bruggen slaan tussen “muzikale en mentale grenzen” en nieuwe kleuren ontdekken en ze creëert shows en recitals die opera, operette, cabaret, chanson en jazz met elkaar verbinden. Ze wordt met haar recitals, “Love has no borders” en “De Bach à Piaf, chansons d’ amour ”, regelmatig uitgenodigd op Europese podia en festivals (Lavaux Classics, Solothurn Classics, Label Suisse, Barcelona, Périgord Noir en Aken).
Yannick Debus werd in 1991 in Hamburg geboren. Vanaf zijn negende volgde hij les trompet en later zang, piano en muziektheorie. Hij studeerde zang bij Michael Gehrke en muziektheorie/gehoortraining bij Prof. Dr. Oliver Korte. In januari 2013 zong hij de rol van Figaro in Mozarts “Le Nozze di Figaro” in de operaproductie van de Hamburgse universiteit. Buiten de muziekacademie was hij te horen in het Lübeck Theater als een van de Vlaamse afgevaardigden in Verdi’s “Don Carlos”, en trad hij ook regelmatig op in kerkconcerten in Noord-Duitsland. Als onderdeel van het Schleswig-Holstein Festival zong hij de rol van Kurwenal in Wagners “Tristan und Isolde” in de concertuitvoering van het tweede bedrijf, o.l.v. Semyon Bychkov. Masterclasses bij Thomas Thomaschke en Franz Grundträger verrijkten zijn vocale training. Yannick Debus is een beurshouder van de Possehl Foundation, Lübeck.
De Nederlandse pianist, Jan Schultsz, uit Amsterdam, kreeg voor het eerst pianoles op 4-jarige leeftijd en begon met hoorn op 10-jarige leeftijd. Tijdens zijn studententijd bij Jan Wijn en Adriaan van Woudenberg aan het Sweelinck. Conservatorium in Amsterdam, werd de nadruk gelegd op beide instrumenten. In 1986 verhuisde hij naar Bazel, waar hij o.a. zijn studie hoorn voortzette aan de Schola Cantorum Basiliensis bij Thomas Müller-Pering en aan het Conservatoire de Lausanne bij Bruno Schneider. Hij behaalde de Premier Prix de Virtuosité en speelde in tal van orkesten, zoals het Concertgebouworkest, het Nederlands Radio Orkest Hilversum, het Bazel Orkest, de Camerata Bern en in verschillende barokensembles zoals Concerto Köln, het Freiburg Barokorkest en het Clementi Consort. Jan Schultsz beëindigde zijn studie pianoforte aan de muziekacademie in Bazel bij László Gyimesi en Peter Efler. 
Als concertpianist gaf hij concerten met zangers en instrumentalisten in vele landen van Europa, was medeoprichter van het Kammerorchester Basel, en trad op als solist met het Sinfonieorchester Basel en verschillende kamerorkesten. Hij begeleidde de mastercursussen van Hermann Baumann en Paul Tortelier, en leidde de opleiding Lied en Oratorium aan het Bruckner Conservatorium in Linz. In 1996 debuteerde hij in Carnegie Hall met de Finse cellist, Marko Ylönen (°1966) en werkte ook bij het Operahuis in Zürich. Momenteel is hij professor aan de prestigieuze FHNW School of Music (“Fachhochschule Nordwestschweiz”) in Bazel.
Tracklist :
cd 1 :
Heimkehr, Op. 7 No. 6
(Rachel Harnisch (sopraan), Jan Schultsz (piano))
Liebestreu, Op. 3 No. 1
3 Duette, Op. 20 :
(Rachel Harnisch, Marina Viotti (mezzosopraan), Jan Schultsz)
No. 1, Wege der Liebe
No. 2, Wege der Liebe
No. 3, Die Meere
9 Lieder und Gesänge, Op. 32 :
(Yannick Debus (bariton), Jan Schultsz)
No. 1, Wie rafft ich mich auf in der Nacht
No. 2, Nicht mehr zu dir zu gehen
No. 3, Ich schleich umher betrübt und stumm
No. 4, Der Strom, der neben mir verrauschte
No. 5, Wehe, so willst du mich wieder
No. 6, Du sprichst, daß ich mich täuschte
No. 7, Bitteres zu sagen denkst du
No. 8, So stehn wir, ich und meine Weide
No. 9, Wie bist du, meine Königin
Von ewiger Liebe, Op. 43 No. 1
(Rachel Harnisch, Jan Schultsz)
Die Mainacht, Op. 43 No. 2
(Rachel Harnisch, Jan Schultsz)
Wiegenlied, Op. 49 No. 4
(Rachel Harnisch, Jan Schultsz)
Excerpt, 8 Lieder und Gesänge, Op. 57 :
(Rachel Harnisch, Jan Schultsz)
No. 1, Von waldbekränzter Höhe
No. 3, Es träumte mir, ich sei dir teuer
No. 8, Unbewegte laue Luft
Excerpt, Lieder und Gesänge, Op. 58 :
(Rachel Harnisch, Jan Schultsz)
No. 1, Blinde Kuh
No. 5, Schwermut
Excerpt, 8 Lieder und Gesänge, Op. 59 :
(Rachel Harnisch, Marina Viotti, Jan Schultsz)
No. 3, Regenlied
No. 4, Nachklang
No. 5, Agnes
Excerpt, 4 Duette, Op. 61 :
(Rachel Harnisch, Marina Viotti, Jan Schultsz)
No. 1, Die Schwestern
No. 3, Phänomen
No. 4, Die Boten der Liebe
cd 2 :
5 Duette, Op. 66 :
(Rachel Harnisch, Marina Viotti, Jan Schultsz)
No. 1, Klänge
No. 2, Klänge
No. 3, Am Strande
No. 4, Jägerlied
No. 5, Hüt du dich
Balladen und Romanzen, Op. 75 :
Rachel Harnisch, Marina Viotti, Jan Schultsz)
No. 2, Guter Rat
No. 4, Walpurgisnacht
Excerpt, 6 Lieder, Op. 86 :
(Marina Viotti, Jan Schultsz )
No. 1, Therese
No. 2, Feldeinsamkeit
No. 3, Nachtwandler
Excerpt, 5 Lieder, Op. 94 :
(Marina Viotti, Jan Schultsz)
No. 4, Sapphische Oden
No. 5, Kein Haus, keine Heimat
Excerpt, 4 Lieder, Op. 96 :
(Rachel Harnisch, Jan Schultsz)
No. 1, Der Tod das ist die kühle Nacht
No. 2, Wir wandelten
Excerpt, 11 Zigeunerlieder, Op. 103 :
(Marina Viotti, Jan Schultsz)
No. 1, He, Zigeuner
No. 2, Hochgetürmte Rimaflut
No. 3, Wißt ihr, wann mein Kindchen
No. 4, Lieber Gott
No. 5, Brauner Bursche
No. 6, Röslein dreie
No. 7, Kommt dir manchmal in den Sinn
No. 11, Rote Abendwolken
Excerpt, 5 Lieder, Op. 105 :
(Marina Viotti, Jan Schultsz)
No. 1, Wie Melodien zieht es mir
No. 2, Immer leiser wird mein Schlummer
No. 3, Klage
No. 4, Auf dem Kirchhofe
Excerpt, Brahms: 5 Lieder, Op. 106 :
(Rachel Harnisch, Jan Schultsz)
No. 1, Ständchen
No. 3, Es hing der Reif
Excerpt, 5 Lieder, Op. 107 :
(Rachel Harnisch, Jan Schultsz)
No. 2, Salamander
No. 5, Mädchenlied
Brahms Lieder & Duette Rachel Harnisch Marina Viotti Yannick Debus Jan Schultsz 2 cd Pan Classics PC10419