In 1871 werd het Duitse keizerrijk als natiestaat opgericht. Het modern Duitsland ontstond in de volgende vijf decennia. In zijn origineel, bijzonder interessant en levendig geschreven boek, toont Christoph Nonn, de Janusgezichten van het Duitse rijk, dat de weg effende voor zowel het Derde Rijk als de hedendaagse democratie. Het originele is dat hij het verhaal van een halve eeuw vertelt, gebaseerd op twaalf dagen. 
Op 18 januari 1871 werd in de spiegelzaal van het kasteel van Versailles, het Duitse rijk uitgeroepen. De ontwikkeling werd gekenmerkt door een immense economische dynamiek met grotendeels politieke stagnatie, democratische leerprocessen en autoritaire incrustatie, baanbrekende sociale hervormingen en de meest gewelddadige sociale conflicten. In twaalf hoofdstukken, elk gebaseerd op de gebeurtenissen van een specifieke dag, belicht Christoph Nonn dit fascinerend en kleurrijk tijdperk, en brengt de mensen tot leven die het hebben ontworpen en hebben meegemaakt. Bijvoorbeeld de kunstenaar Anton von Werner, die de keizerlijke proclamatie verschillende keren schilderde, Julie Bebel, die zelfverzekerd de plaats innam van haar echtgenoot August in de politiek toen hij weer eens in de gevangenis zat, of de schoenmaker, Wilhelm Voigt, die als “Kapitein (Hauptmann) von Köpenick” (foto), een stad voor de gek hield en een volk aan het lachen bracht.
De auteur ontvouwt een indrukwekkend historisch panorama, dat de stand van het onderzoek naar het rijk nauwkeurig weergeeft en veel anti-Duitse clichés corrigeert. Christoph Nonn keert de tegenstellingen op een vermakelijke en gemakkelijke manier om en slaagt er meesterlijk in deze individuele verhalen te gebruiken als een aanknopingspunt voor lange termijn ontwikkelingen en historische analyses.
Het boek bestaat uit twaalf verhalen die afzonderlijk kunnen worden gelezen. Elk van deze twaalf verhalen gaat over een aspect van de geschiedenis van het Duitse rijk. Het uitgangspunt is altijd een specifieke gebeurtenis. Sommige van deze gebeurtenissen hebben een vaste plaats in historische handboeken en chronologische tabellen. Dit geldt bijvoorbeeld voor de uitroeping van de Pruisische koning Wilhelm tot Duitse keizer in Versailles op 18 januari 1871, voor de moordaanslag op hem op 2 juni 1878, voor het ontslag van Bismarck op 15 maart 1890, voor de juli-crisis van 1914, en voor de Revolutie in München op 7 november 1918. Andere zijn minder bekend. De plaatsen en data die als hoofdstuktitels dienen, en de ondertitels in de inhoudsopgave, geven u daarbij enkele hints.
De hoofdstukken zijn chronologisch gerangschikt volgens de data die bij de titels worden vermeld. Als u ze in deze volgorde leest, resulteren ze in een meer uitgebreide geschiedenis van het Rijk, of in ieder geval, van de centrale thema’s; het smeden van een rijk, ‘Kulturkampf’, socialistisch recht en sociale verzekering, het koloniaal beleid, de economische en sociale onrust, het marine- en buitenlands beleid, antisemitisme, militarisme, de relatie tussen de partijen, het parlement en de regering, en tenslotte, de Eerste Wereldoorlog en de val van de monarchie in de revolutie.
Het hoofdstuk over de oprichting van het rijk bv. gaat ook over de herinnering eraan, en hoe de verandering in het nationaal zelfbeeld en het nationaal concept na 1871 in deze gebruiksaanwijzing werd getoond. Het hoofdstuk over de “Kulturkampf” gaat ook over de status van religie en de ontwikkeling van de centrumpartij. De geschiedenis van de socialistische wet dient dan weer als een aanknopingspunt voor de ontwikkeling van de sociaaldemocratie, enz.
De 12 data, verbonden aan de 12 plaatsen, zijn Versailles, 18 januari 1871 (De Duitse eenwording), Marpingen, 3 juli 1876 (Gretchen Kunz ziet “Marienerscheinungen”), Leipzig, 2 juni 1878 (aanslag op de keizer), Berlijn, 27 september 1883 (oprichting van de Sozialversicherung), Okahandja (Namibië), 21 oktober 1885 ((Koloniale) Conferentie van Berlijn), Berlijn, 15 maart 1890 (Bismarcks Entlassungsgesuch), Kiel, 3 januari 1896, Konitz/Westpreußen, 11 maart 1900, Köpenick, 16 oktober 1906, Norderney, 2 oktober 1908 (Bernhard von Bülow, van 1900 tot 1909, rijkskanselier van het Duitse Keizerrijk en Bismarck), Freiburg, 30 juli 1914, en München, 7 november 1918 (socialistisch-communistische revolutie in München onder leiding van Kurt Eisner).
Verder leest u over de “Kulturkampf” (Bismarcks liefde voor Duitsland was belangrijker dan trouw te zijn aan Rome), de centrumpartij en de religie in het rijk, de sociaaldemocraat, Julie Bebel, geb. Otto (1843-1910) (foto), de echtgenote van August Bebel, vijanden van het Reich, vrouwen en socialisme, sociaaldemocratie en parlementaire democratie (de Duitse socialistische partij werd de grootste van Europa), de christelijk sociaal hervormer, “Verwaltungsjurist und Sozialreformer”, Theodor Lohmann (1831-1905) (foto), en het fundament van de Duitse sociale verzekering. 
Dit wordt gevolgd door Samuel Maharero, de leider van de Herero of Ovaherero tijdens de opstand tegen de Duitse kolonisator, en het “Beschermingsverdrag”, de Duitsers en Afrika (de nederzettingskolonie van de Rheinischen Missionsgesellschaft in het “Duitse zuidwesten”), en de weg naar de (Namibische) genocide (1904-1908).
De daaropvolgende data zijn verbonden aan kanselier Bismarck (foto) (versus paus Pius IX), admiraal Alfred Tirpitz (1849-1930) (foto) en de marine, de vlootpolitiek, wereldpolitiek, alliantiepolitiek en de gevechtsvloot, Anna Roß, hoofdvertelster van het gerucht van rituele moord en de fascinatie van het bizarre (de moord op Ernst Winter in Konitz), sociale conflicten, antisemitisme in het Duitse rijk, de Oost-Pruisische schoenmaker en kruimeldief, Wilhelm Voigt (foto), die bekend werd als “der Hauptmann von Köpenick”, burgers, soldaten en Europese moderniteit en het militair beleid, de “Lazarettvorsteherin”, Charlotte Herder, geb. Willmann (1872-1959), de echtgenote van de uitgever, Hermann Herder, crises in juli, ervaringen aan het front en thuisfronten, de jonge, joodse SPD politicus, journalist en schrijver, Felix Fechenbach (1894-1933) (foto), de ineenstorting van de macht van de monarchie, de dolkstootlegende en de erfenis van het Duitse Rijk.
Omdat de auteur zich niet enkel richt tot gebeurtenissen van wereldformaat, maar ook tot aan de anekdotiek grenzende, minder grootse, maar daarom niet minder belangrijke gebeurtenissen, komt hij in zijn boek tot een historisch, sociaal en geopolitiek totaalbeeld van een periode, die als geen andere, het verder verloop van de wereldgeschiedenis heeft bepaald. Schitterend. Zeker lezen!
De Duitse historicus Christoph Nonn (°1964) (foto’s) uit Leverkusen, is sinds 2002, professor moderne geschiedenis aan de Heinrich Heine Universiteit in Düsseldorf. Van 1984 tot 1989 studeerde hij geschiedenis, Engels en politieke wetenschappen aan de universiteiten van Trier en Warwick. In 1993 promoveerde hij in Trier bij Wolfgang Schieder op een proefschrift over consumentenprotesten en het partijsysteem in het Wilhelminische Duitsland. Van 1994 tot 2000 werkte hij als universitair assistent aan de Universiteit van Keulen, waar hij zich in 1999/2000 kwalificeerde als professor in Nieuwere en Moderne Geschiedenis. Vervolgens nam hij als projectmanager van het dwangarbeidsfonds van de Jewish Claims Conference (Conference on Jewish Material Claims Against Germany), deel aan de organisatie en coördinatie van de evaluatie van de hersteldossiers (“Wiedergutmachungsakten”). 
In 2001/2002 was hij een Heisenberg-fellow van de Duitse Forschungsgemeinschaft. Nonn was voorzitter van het district Brauweiler voor regionale en hedendaagse geschiedenis en hoofdredacteur van het tijdschrift Geschichte im Westen, hij is co-redacteur van de Düsseldorfse publicaties over regionale geschiedenis en de kabinetsnotulen van de deelstaatregering van Noordrijn-Westfalen. Eerder schreef hij o.a. “Geschichte Nordrhein-Westfalens” (Beck, München 2009), “Bismarck. Ein Preuße und sein Jahrhundert” (Beck, München 2015), en “Das Deutsche Kaiserreich. Von der Gründung bis zum Untergang” (Beck, München 2017).
Christoph Nonn 12 Tage und ein halbes Jahrhundert Eine Geschichte des Deutschen Kaiserreichs 1871-1918 Duits 686 bladz. uitg. C. H. Beck ISBN 978-3-406-75569-9