Hoe beleefden de tijdgenoten Ludwig van Beethoven? Hoe is het ’titanisch’ beeld van hem in de romantiek ontstaan? Was het uit bewondering of uit onbegrip? De zoektocht in het monumentaal boek van Alessandra Comini, naar sporen in afbeeldingen, teksten en sculpturen, leidt van Beethovens eigen tijd, over de legendarische, “Weense apotheose” aan het begin van de 20ste eeuw, tot vandaag. Geen enkele componist in de muziekgeschiedenis heeft zoveel faceliften ondergaan in de weergave van zijn gelaatstrekken of de interpretatie van zijn cultureel nalatenschap als Ludwig van Beethoven. De mythe begon al tijdens zijn leven toen de verbale of visuele afbeeldingen van de componist zich niet strikt aan zijn fysieke verschijning hielden. In plaats daarvan hadden zijn manieren en stemmingen de overhand. “Gepromoveerd van chagrijnige kluizenaar tot Prometheïsche held, werd hij al vroeg voorgesteld als een genie, geïnspireerd door innerlijke stemmen in de aanwezigheid van de natuur, met leeuwenhaar, dat wild kronkelde, in symbolische parallel met de ziedende turbulentie van creativiteit”, aldus de auteur.In deze unieke studie van het mythevormingsproces gedurende twee eeuwen, onderzocht Alessandra Comini de tegenstrijdige beelden van Beethoven in hedendaagse mondelinge verslagen en in zo’n 200 schilderijen, prenten, sculpturen en monumenten. Met een geestig maar indringend verhaal bewoog ze zich door deze beelden heen om een collectief beeld van de componist op te bouwen, dat de vele verschillende indrukken weerspiegelt die zijn achtergelaten door toegewijde mythemakers, variërend van Wagner, Nietzsche, Berlioz en Brahms tot Rolland, D’Annunzio, en Jenny Lind.Haar boek “The Changing Image of Beethoven – A Study in Mythmaking”, ontstond tijdens haar onderzoek naar Beethovens grote apotheose in 1902 in de Weense Secession, waar Gustav Klimt met de Beethoven-fries, Gustav Mahler met zijn versie van Beethovens Negende, en Max Klinger met de monumentale sculptuur van Beethoven (foto), de eerste steen legden voor de moderne Beethovenverering.Zelfs Beethovens tijdgenoten konden het er niet mee eens zijn, zijn gelaatstrekken of de kleur van zijn ogen te beschrijven, en hun afbeeldingen van hem liepen enorm uiteen. Maar tegenwoordig herkennen we hem en associëren we zijn typische fysionomie met zijn muziek. Zoals Comini aantoont, hebben kunstenaars altijd hun eigen interieurbeelden van Beethoven verwerkt in hun tekeningen, litho’s, gravures, schilderijen en sculpturen. Het boek is niet alleen verrijkt met tal van reproducties van deze werken (inclusief portretten van degenen die over hem schreven), maar ook met een uitgebreid, verhelderend overzicht van de houding van latere kunstenaars tegenover Beethoven, die beïnvloed en gefascineerd waren door de componist en zijn geniale muziek.In het eerste hoofdstuk bv., “Einführung: Mythenbildung – Ein Kulturelles Phänomen”, leest u over Biographien, Konversationshefte, Briefe, Anekdoten und erinnerte Geschichte, von der Musikkritik zur Literatur. In hoofdstuk 4, “Der interpretierte Beethoven”, komen Schubert, Louis Spohr, Paganini, Mendelssohn, Ignaz Moscheles, Robert en Clara Schumann, Liszt, Luigi Cherubini, Chopin, Berlioz, Richard Wagner en Johannes Brahms aan het woord. In het daaropvolgend hoofdstuk, “Der monumentale Beethoven”, bespreekt Comini o.a. “Bonn 1845 – Das erste Beethoven-Fest”, “Illustre Gäste in der ersten Bonner Beethoven-Halle”, “Sir George Smart (1776-1867) (foto) und sein viktorianisches Tagebuch”, “Wien 1880 – ein Platz an der Ringstraße”, en “Die Enthüllung des Wiener Beethoven-Denkmals”.
Het hoofdstuk met als titel, “Der Wiener Beethoven des Jahres 1902: Apotheose und Erlösung” is opgesplitst in “Das geistige Umfeld: Deutschtum und Antisemitismus”, “Gustav Mahler und seine Götter”, “Gustav Klimt und sein Beethovenfries”, “Max Klingers marmorner Beethoven und das Ich, Ein Thron für den Zeus der Musik”. In het laatste hoofdstuk, “Der Globale Beethoven”, schrijft ze over “Die Neunte in China und Japan”, “Eine Polonaise für die deutsche Zarin”, “Australiens Lieblingskomponist”, El Himno a la Alegría”, “Von Charleston ins Weltall”, “V für Victory”, “Der Finger Gottes”, en “Von “Beethon” (foto) zur verletzten Gestalt”.Deze monumentale studie van de artistieke representaties van Beethoven, werd oorspronkelijk in 1987 in het Engels gepubliceerd door Rizzoli (foto). De heruitgave door Sunstone Press in 2008 (foto), bevatte de volledige originele tekst, samen met een nieuwe zes- pagina tellende introductie. Nu is er de Duitse vertaling van Pia Viktoria Pausch met een inleidend woord van de Weense musicoloog en criticus van “Die Presse”, Wilhelm Sinkovicz (°1960), de auteur van o.a. “Beethovens Klaviersonaten: 32 Hörerlebnisse” (Doblinger, 2000). Wat Alex Ross deed met Wagner, deed Alessandra Comini met Ludwig van Beethoven. Beiden schreven een monumentaal boek over de receptiegeschiedenis en imagevorming van 2 van de allergrootste componisten uit de geschiedenis van de mensheid. Beiden schreven over hoe, door wie en wanneer, de grote, muzikale kunst het hart van het publiek bereikte. Een nobeler initiatief en een nobeler doel is niet denkbaar. Een must. Zeker lezen!
De Amerikaanse kunsthistorica en curator, Alessandra Comini (°1934), was professor kunstgeschiedenis aan de Southern Methodist University in University Park, Texas. Onderlegd in muziek, literatuur en kunstgeschiedenis, benaderde Comini de kunst in Oostenrijk en Duitsland aan het begin van de 20ste eeuw, op een interdisciplinaire wijze, een benadering die bijzonder geschikt was voor de geïntegreerde kunstvormen van het fin-de-siècle Wenen. Ze gaf van 1974 tot 2005, les aan de Southern Methodist University, en gastcolleges aan de University of California, Berkeley (1967) en Yale University (1973). Ze was Alfred Hodder Resident Humanist aan Princeton University (1972–1973) en werd benoemd tot Distinguished Visiting Lecturer aan het European Humanities Research Center van Oxford University (1996). Gevierd om haar geestige, erudiete en meeslepende lezingen, was en is Comini een veelgevraagd gastspreker, zowel nationaal als internationaal. In 1990 ontving ze het “Großen Ehrenzeichen für Verdienste um die Republik Österreich” en nog in 2018, ontving ze n.a.v. de opening van het Egon-Schiele-Museum in Tulln an der Donau (foto), het “Große Goldene Ehrenzeichen für Verdienste um das Bundesland Niederösterreich”.
Alessandra Comini Beethoven – Zur Geburt eines Mythos Duits geïllustreerd 576 bladz. uitg. Hollitzer Verlag, ISBN 978-3-99012-615-8