London Early Opera bracht voor het label Signum Clasics cd’s uit met Händels in Italië gecomponeerde werken. Dirigent Bridget Cunningham bedacht daar voor een samenwerking tussen de zussen/sopranen Sophie Bevan en Mary Bevan en hun oom, de bas Benjamin Bevan. Bijzonder.
Italiaanse diversiteit
“London Early Opera” begint zijn reeks Händel opnamen met “Handel in Italië Volume I”. De serie is voorzien van zes releases, waaronder “Händel in Vauxhall” en “Handel in Ireland”. Op deze eerste cd brengen Mary, Sophie en Benjamin Bevan en klavecinist Bridget Cunningham, aria’s uit “Rodrigo”, “Agrippina” en “Il Trionfo del tempo e del disinganno”, naast instrumentale muziek en cantaten. De cd opent met Händels Gloria, HWV deest (aanduiding die aangeeft dat deze compositie in de catalogus ontbreekt), gevolgd door de cantate “Cuopre tal volta il cielo”, HWV 98. Daarop volgt “Un pensiero nemico di pace” uit zijn Il Trionfo del Tempo e del Disinganno, de klavecimbelsonate in sol groot HWV 579, “Bel Piacere” uit de 3de akte van “Agrippina”, en de Ouverture tot en de Passacaglia uit “Rodrigo”. Jammer dat dit alles slechts 43 min. in beslag neemt. Er had wat meer bij gekund.
In de villa’s van Ferdinando de Medici
In 1703 was Händel violist in het orkest van het theater am Gänsemarkt in Hamburg. In die tijd componeerde de 18-jarige Händel zijn eerste opera “Almira” en ontmoette er de broers Gastone en Ferdinando de’ Medici. Eén van hen, waarschijnlijk Ferdinando, zou hem uitgenodigd hebben voor een bezoek aan Firenze. Tussen haakjes, Vivaldi droeg in 1711 zijn “L’Estro Armonico” (12 concerti) op aan Ferdinando . Händel speelde in Ferdinando’s Villa di Pratolino in Vaglia (nu Villa Demidoff), en in zijn Villa de Poggio a Caiano in de Toscaanse provincie Prato, gebouwd door da Sangallo. Naar alle waarschijnlijkheid componeerde hij er zijn instrumentale muziek op een instrument gebouwd door Bartolomeo Cristofori in het bezit van Ferdinando.
Eerste oratorium
Händel bezocht in 1707-1708 Rome. Hij speelde er op het orgel van Sint-Jan van Lateranen en componeerde er zijn eerste oratorium “Il trionfo del tempo en del disinganno”. De melodie van de aria “Lascia la spina, cogli la rosa” uit “Il trionfo” (oorspronkelijk bedoeld als instrumentale “danza asiatica” in “Almira”), werd in 1711 de magistrale aria “Lascia ch’io pianga” op tekst van Giacomo Rossi, van Almirena. In die versie klonk ze in de 2de akte van zijn opera “Rinaldo”. Händel componeerde deze aria speciaal voor de Italiaanse sopraan Isabella Girardeau die toen in Londen carrière maakte. Het was weliswaar zij die op het podium! ruzie maakte met de andere prima donna van toen, Elisabetta Pilotti-Schiavonetti.
Muziek voor Principe Ruspoli
“Il trionfo” werd uitgevoerd (o.a. door Corelli) op één van de wekelijkse, arcadische bijeenkomsten in het Palazzo Bonelli (nu Palazzo Valentini) in Rome. Het palazzo was toen eigendom van Francesco Maria Marescotti, Principe Ruspoli. Die bezat een huisorkest met zo maar eventjes 80 musici! Corelli was één van zijn violisten. Händel speelde daarnaast ook nog in het paleis van Ruspoli in Cerveteri (de oude Etrusken stad in Lazio in de provincie Rome), het voormalig paleis van de familie Orsini uit 1533. Hij componeerde voor Ruspoli ook een Salve Regina (HWV 241), het oratorium “Il trionfo del tempo e del disinganno” (HWv 46a), het oratorio sacro “La resurrezione” (HWV 4) en wel vijftig magnifieke solo cantaten voor castraten, waaronder de schitterende jachtcantate, “Diana Cacciatrice” (HWV 79). Na Händel werd Antonio Caldara de maestro di cappella van Ruspoli. Händel werkte in 1714 zijn eerste oratorium “Il trionfo”, in Londen om tot “Il trionfo del tempo e della verità” (HWV 46b), en in 1757, op tekst van Thomas Morell, tot “The Triumph of Time and Truth” (HWV 46b). Om u maar te zeggen dat er van Händels “Il trionfo” drie versies bestaan. Morell, die als classicus en drukker, Fellow of the Society of Antiquaries of London en later Fellow of the Royal Society was, schreef overigens ook de libretti voor Händels “Judas Maccabaeus”, “Joshua”, “Alexander Balus”, “Theodora”, “The Choice of Hercules” en “Jephtha”.
Onder kardinalen
Händel kreeg opdrachten van kardinaal, pauselijk nuntius en librettist Benedetto Pamphili, van kardinaal Carlo Colonna (de zoon van Maria Mancini, de nicht van kardinaal Mazarin), en van kardinaal Pietro Ottoboni. Het paleis van Pamphili, de librettist van “Il trionfo del tempo e del disinganno”, bezat o.a. prachtige fresco’s van Pietro da Cortona in een galerij ontworpen door Borromini. Ottoboni organiseerde in zijn Palazzo della Cancelleria, gebouwd door Bramante, concerten en opera opvoeringen. Hij had nl. een privé theater in zijn Palazzo. Händels muziek klonk er dus tussen Vlaamse wandtapijten, marmer, bladgoud, felle, kleurrijke schilderijen en fresco’s van de beste Italiaanse barokschilders. Hij was er dus in uitstekend gezelschap. Ottoboni zou daarenboven zo tussen de zestig en zeventig kinderen hebben gehad. De portretten van zijn maîtresses hingen aan de wanden van zijn slaapkamer.
Aristocratische milieus
In die paleizen ontmoette de jonge Händel vader Alessandro en zoon Domenico Scarlatti. Händel en Domenico hielden ten huize van kardinaal Ottoboni een wedstrijd in improvisatie die Händel won op het orgel. In Napels componeerde hij in 1708 voor het huwelijk van Tolomeo Saverio Gallo, hertog van Alvito, met Beatrice Tocco di Montemiletto, Prinses van Acaja, de serenata (dramatische cantate) “Aci, Galatea e Polifemo”, niet te verwarren met zijn pastorale masque “Acis and Galathea” uit 1718. Beatrice was de nicht van hertogin Aurora Sanseverino die aan Händel de opdracht gaf.
Beroemd in Venetië
In 1709 logeerde Händel in Venetië bij de kardinaal, Napolitaanse vicekoning en opera librettist Vincenzo Grimani en componeerde er voor het carnaval de opera “Agrippina”. Deze grandioze opera op een libretto van kardinaal Grimani, die eigenaar was van het theater San Giovanni Grisostomo (nu bekend als het “Teatro Malibran”) in Venetië, beleefde wel 27 opvoeringen! “Il caro Sassone” Händel, was beroemd.
Naar Londen
In 1710 werd Händel dan door bemiddeling van Ernst August II van Brunswijk-Lüneburg, de jongste broer van de latere, Engelse koning George I, hofkapelmeester in Hannover. Aan het eind van dat jaar reisde hij voor de eerste keer naar Londen. Daar werd zijn voor Londen inderhaast gecomponeerde opera “Rinaldo” meteen een succes. In 1712 ging de 27-jarige Händel dan opnieuw van Hannover naar Londen en bleef er wonen tot zijn overlijden in 1759.
Gevormd in Italië
Handel werd in 1685 geboren in Halle in het hertogdom Maagdenburg en was daarom een Duitse componist. Dit gezegd zijnde, is er de neiging om zich te sterk te concentreren op zijn verblijf in Londen en eventueel in Dublin (“Messiah”), en hem daarom bijna als een Engelse componist te beschouwen. Toch is de periode van Händel in Italië (1707-1710) de sleutel tot het begrijpen van zijn latere successen. Tijdens zijn vierjarig verblijf in Italië componeerde Händel er nl. reeds opera’s, wereldlijke cantaten en instrumentale werken. Voor deze cd heeft men een aantal werken uit deze periode gekozen waarin de muzikale inspiratie voor latere aria’s reeds aanwezig was.
Gloria
De cd volume I bevat een liturgisch werk, een cantate en een klaviersonate. Er is ook een ouverture, twee aria’s uit opera’s en een aria uit een oratorium. Händel was een Lutheraan. Zijn toetreding tot de muzikale wereld van het Vaticaan was dan ook opmerkelijk. Het Gloria werd pas herontdekt in 2001. Het manuscript is niet van de hand van de componist maar uit interne gegevens blijkt dat het door Händel werd gecomponeerd. Het werd waarschijnlijk gecomponeerd in Rome rond 1706 en volgens het tekstboekje zou het gezongen kunnen zijn in de kapel van het Castello in Vignanello (Lazio), het landgoed van zijn Romeinse beschermheer, markies Ruspoli.
Rodrigo, Agrippina en een Sonate
Als gevolg van een pauselijke verbod op opera keerde Händel in de zomer van 1707 terug naar Firenze om er “Rodrigo” te componeren. De opera werd trouwens voor het eerst opgevoerd in die stad. De plot is gebaseerd op de historische figuur van Rodrigo, de laatste Visigotische koning van Hispania. De heerlijke Passacaglia maakt deel uit van de ouverture. “Bel piacere” uit “Agrippina” is prachtig. “Agrippina” was de tweede opera die Händel in Italië componeerde. Intriges, verraad, jaloezie, wraak en machtswellust zorgen voor een geweldig en dramatisch verhaal. De locatie is het oude Rome tijdens het bewind van keizer Nero. Händels klaviersonate in Sol groot, HWV 579, wordt geacht te dateren uit zijn Italiaanse periode. Gepresenteerd als een Fantasia was het oorspronkelijk wellicht een opgeschreven improvisatie in een duel aan het klavier tussen hem en Scarlatti.
Muzikale allegorie
‘Un pensiero nemico di pace’ is een aria uit het eerste deel van zijn eerste allegorisch oratorium, “Il Trionfo del Tempo e del Disinganno”, HWV 46a. Het werd gecomponeerd in het voorjaar van 1707 en werd die zomer uitgevoerd. ‘Cuopre tal volta il cielo’, HWV 98 werd gecomponeerd in Napels in 1708. De cantate onderzoekt onbeantwoorde liefde en de hooghartige blikken van een minnares. Het begint met het gezichtspunt van een man op zee voor de kust van Napels tijdens een storm. De poëtische beeldtaal weerspiegelt zijn onrustige gemoedstoestand. Het tweede recitatief bevat vergelijkbare emoties vanuit het gezichtspunt van een herder die getuige is van donder en bliksem. In de tweede aria vraagt de zanger zijn geliefde om genade om de storm te sussen. Het bereik van de vocale partij is aanzienlijk, variërend van diepe bas tot bariton. Hier is drama aanwezig met opera-intensiteit. Als een muzikale schilder van actie en emotie, was Händel ongeëvenaard in zijn voorstelling van God als schepper en vernietiger.
De familie Bevan
London Early Opera is formeel opgericht in 2011 om opera’s, oratoria en cantates uit te voeren en op te nemen. Zij zijn gespecialiseerd in het verkennen van onlangs ontdekt materiaal en het creëren van creatieve programma’s in hun historische context. Hun concerten worden geschraagd door lezingen en educatieve workshops. London Early Opera wordt geleid door Bridget Cunningham aan het klavecimbel. De drie solisten zijn gerelateerd. De sopranen Sophie en Mary zijn zussen die beiden een aanzienlijke naam hebben en Benjamin Bevan is hun oom. Alle drie leveren uitstekende bijdragen tot de cd’s. De teksten in de boekjes, geschreven door Bridget Cunningham, zijn uitstekend. Ze bieden een inleiding tot Händels tijd in Italië, belangrijke persoonlijkheden en gebeurtenissen en bevat aantekeningen over elk werk. Nuttige informatie voor de luisteraar, dus. Ook staan alle teksten in de boekjes. Warm aanbevolen.
Handel in Italy, Vol. 1 Mary Bevan Sophie Bevan Benjamin Bevan London Early Opera Bridget Cunningham cd Signum SIGCD423
Handel in Italy Vol. 2 London Early Opera Bridget Cunningham cd Signum SIGCD462