De Academy of Ancient Music (AMM), Cambridge Handel Opera Company, Cambridge Early Music o.l.v. Julian Perkins presenteren met trots de eerste professionele opname van John Eccles’ Semele (ca. 1707), een opmerkelijke vroege toonzetting van het Engels libretto van William Congreve, beter bekend in een versie van Händel uit 1744.John Eccles (1668-1735), geboren in Londen, werd in 1694 lid van de King’s Private Music en in 1700 werd hij Master of the King’s Musick. Dat jaar eindigde hij na John Weldon (1676-1736), als tweede, maar voor Daniel Purcell (de jongere broer van Henry) en Godfrey Finger, in een wedstrijd om muziek te componeren bij de masque, “The Judgement of Paris” van William Congreve (1670-1729) (foto). Weldon werd Gentleman of the Chapel Royal. Eccles was zeer actief als componist voor het theater en schreef vanaf de jaren 1690 een grote hoeveelheid toneelmuziek, waaronder muziek voor Congreve’s “Love for Love”, John Dryden’s “The Spanish Friar” en William Shakespeare’s “Macbeth”. Samen met Henry Purcell componeerde hij toneelmuziek bij “Don Quichot” van Thomas d’Urfey (1653-1723). Hij werd in 1693 een componist van het Drury Lane-theater en toen bepaalde acteurs in 1695, hun eigen gezelschap oprichtten in Lincoln’s Inn Fields, componeerde Eccles ook muziek voor Lincoln’s Inn Fields.John Eccles componeerde ook de muziek voor de kroning van koningin Anne en songs. Veel van zijn bekendste songs, zoals “I burn, I burn”, componeerde hij voor de actrice-zangeres, Anne Bracegirdle (1671-1748) (foto). Gedurende een groot deel van het laatste deel van zijn leven woonde Eccles in Kingston upon Thames en componeerde hij nog toneelmuziek (hoewel niet zo vaak als voor Lincoln’s Inn Fields) en af en toe een Ode. Hij was de enige Master of the King’s Musick in de geschiedenis, die vier vorsten diende, drie koningen en een koningin, Willem III, Queen Anne, George I en George II.Eccles voltooide de partituur van Semele waarschijnlijk eind 1706. De opera over de dochter van Kadmos, de koning van Thebe, en Harmonia/Hermione, was waarschijnlijk bedoeld om John Vanbrughs nieuw Queen’s Theatre aan The Haymarket in 1707 te openen, maar dat werd onmogelijk toen de Lord Chancellor, Vanbrughs concurrent, Christopher Rich, in het Theatre Royal, Drury Lane, het monopolie gaf op operaproducties in Londen. Congreve en Eccles werden gedwongen in te stemmen met een productie in Drury Lane, maar Rich bracht die nooit op de planken. Congreve publiceerde zijn libretto in 1710, maar de muziek van Eccles bleef onuitgevoerd. De nieuwe populaire mode richtte zich op de Italiaanse stijl van de opera seria.Congreve’s libretto werd later in enigszins gewijzigde vorm, hergebruikt, door Händel voor zijn gelijknamig oratorium, herwerkt tot musical drama, “Semele”. Tegen het einde van zijn leven componeerde Händel speciaal voor de Franse sopraan, Élisabeth Duparc (foto), bekend als “La Francesina”, maar liefst twaalf hoofdrollen in zijn grote opera’s en oratoria. Ze zong o.a. de titelrol in “Semele” en de rollen van Michal in zijn “Saul” en Nitocris in “Belshazzar”. Eccles’ “Semele” maakte deel uit van de Engelse operatraditie die begonnen was met Blows Venus en Adonis (ca.1683) en Purcells Dido en Aeneas. Het feit dat de opera in 1707 niet werd opgevoerd, betekende het einde van deze kortstondige maar rijke traditie.De missie van de Academy of Ancient Music is het verkennen, onthullen en bewaren van de schatkamer van barokke en klassieke muziek. Een geest van nieuwe ontdekkingen loopt door al hun werk. Eccles ‘Semele is de volgende stap op deze reis, hier uitgebracht op 2 cd’s in luxe hardcover-presentatie met een uitgebreid begeleidend full-colour boekje met o.a. wetenschappelijke essays, Stephen Fry’s moderne hervertelling van het verhaal, handgeschreven manuscriptafbeeldingen van Eccles’ partituur, en de volledige librettotekst. Een fascinerend inzicht in hoe opera in Engeland zich zou hebben ontwikkeld na Henry Purcells overlijden, was Händel in 1712, niet naar Londen verhuisd.Deze opname van Semele van John Eccles is een openbaring. Het werd opgenomen in St Jude-on-the-Hill in Londen, voorafgaand aan een uitvoering in de kapel van Trinity College, Cambridge, met een cast met enkele van de beste zangers van vandaag. De muziek van Eccles, een ouverture en 89 nummers in een heerlijke mix van Italiaanse en Engelse stijlen, biedt een overvloed aan korte maar geïnspireerde aria’s, duetten en orkeststukken (Symphonys en Dance of the Zephyrs).Rolverdeling:
Jupiter, King of the Gods: Richard Burkhard, bariton
Juno, Queen of the Gods: Helen Charlston, mezzosopraan
Iris, handmaid to Juno: Héloïse Bernard, sopraan
Cupid, God of Love: Bethany Horak-Hallett, mezzosopraan
Somnus, God of Sleep: Christopher Foster, bas
Apollo, Sun God and God of Prophecy: Jolyon Loy, baritonCadmus, King of Thebes: Jonathan Brown, bariton
Semele, daughter of Cadmus: Anna Dennis, sopraan (foto)
Ino, sister of Semele: Aoife Miskelly, sopraan
Athamas, a prince of Bœotia: William Wallace, tenor
Chief Priest: Graeme Broadbent, bas
Second Priest / First Augur: Rory Carver, tenor
Third Priest / Second Augur: James Rhoads, tenorJohn Eccles Semele Academy of Ancient Music Cambridge Handel Opera 2 cd AAM Records AAM012