Nikolai Myaskovsky (1881-1950) leek een carrière in het leger te zullen volgen om officier te worden, maar besloot toen de familie in 1895, naar Sint-Petersburg verhuisde, zich op de muziek toe te leggen. Hij probeerde aanvankelijk een balans te vinden tussen zijn voortgezette militaire studies en zijn liefde voor de muziek.In die periode kreeg Myaskovsky op aanbeveling van Sergej Tanejev, les van Reinhold Glière. In 1907 koos hij definitief voor de muziek en werd hij op de relatief late leeftijd van 25 jaar, toegelaten tot het conservatorium van Sint-Petersburg. Daar kreeg hij les van Aleksandr Glazoenov, Nikolaj Rimski-Korsakov en Anatoli Ljadov en leerde hij de tien jaar jongere, geniale Sergej Prokofjev (foto) kennen, die zijn levenslange boezemvriend zou worden. Tussen 1908 en 1911 had Myaskovsky al 2 symfonieën en een pianosonate gecomponeerd. Na een periode in het leger, door de Eerste Wereldoorlog en de Russische Revolutie, werd hij professor compositie aan het conservatorium van Moskou, waar o.a. Dmitri Kabalevski en Aram Chatsjatoerjan zijn leerlingen waren.Na een periode waarin hij sterk werd beïnvloed door de mystieke muziek van Aleksandr Skrjabin, bv. in zijn 3de symfonie (1913-1914) en zijn eerste pianosonaten, beschouwde hij zich als een erfgenaam van Tsjaikofski, Glazoenov, Skrjabin en “Het Machtige Hoopje”. Hij componeerde o.a. 27 symfonieën, “de even nummers voor de Partij en de oneven nummers voor mezelf”, zei hij ooit gekscherend, 9 pianosonaten en 13 strijkkwartetten. Nadat hem door de Zjdanov doctrine van 1948, de ‘Partijresolutie aangaande muzikaal formalisme’, abstract humanisme werd verweten, ontving hij dan toch maar in de loop van zijn carrière, net als Sjostakovitsj overigens, verschillende hoge Sovjet-onderscheidingen, zoals 3 Stalin-prijzen en werd hij Nationaal Artiest van de USSR.De Unie van Sovjet-componisten werd opgericht in 1932 en werd de belangrijkste regelgevende instantie voor Sovjetmuziek. Na het einde van de “Grote Vaderlandse Oorlog”, richtte de Communistische Partij zich opnieuw op isolationisme en cultuurbeheersing. Stalin benoemde in 1946, Andrei Zhdanov (1896-1948) (foto) om deze terugkeer naar het beleid van de jaren ‘30 uit te voeren. Zhdanovisme betekende een nieuwe nadruk op socialistisch realisme, evenals antiwesterse sentimenten. De communistische partij moedigde componisten opnieuw aan om thema’s van de Russische Revolutie op te nemen met nationalistische, folkloristische melodieën. Zhdanov hekelde individuele componisten, met name Prokofjev en Sjostakovitsj, voor het omarmen van westerse idealen. Tichon Chrennikov (foto), werd ondertussen benoemd tot hoofd van de Unie van Sovjet-componisten.Naast 13 strijkkwartetten, componeerde Myaskovsky aangaande kamermuziek, enkel nog een vioolsonate en 2 cellosonaten. Op de cd staan zijn Cellosonate nr. 1 in D, op. 12 (1911, herzien 1930-1931) en zijn Cellosonate No. 2 in la klein, op. 81 (1942), en het arrangement voor cello en piano, uit 1903, van de Serenade voor cello & orkest op. 37 uit 1893, van Rimsky-Korsakov.De Bulgaarse celliste Liliana Kehayova (foto), studeerde af aan de Nationale Muziekschool “Lyubomir Pipkov” in Sofia, als leerling van Anna Atanasova en ze voltooide haar bachelor- en masterdiploma cello aan het conservatorium van Wenen bij Lilia Schulz-Bayrova (°1971) (foto). Tijdens haar studie in Bulgarije werd Liliana door het Ministerie van Cultuur van Bulgarije onderscheiden voor haar grote prestaties op het gebied van kunst. Ze ontving beurzen van “Thomastik – Infeld Vienna” (2010), “Bank Austria” (2012) en “Live Music Now” de Yehudi Menuhin-stichting. In 2012 werd ze geëerd met de grote beurs van de Oostenrijkse stichting “Alban Berg”. Liliana Kehayova won talrijke solo- en kamermuziekwedstrijden in heel Europa, waaronder de eerste prijs van de Weense Conservatoriumwedstrijd “Fidelio” (2013) en de eerste prijs van “Concertino Prague” (Tsjechië, 2006).Als gepassioneerd solo- en kamermuziekartiest heeft ze deelgenomen aan tal van muziekfestivals en recitals in heel Europa. Ze trad op als soliste met orkesten zoals Sofia Philharmonic Orchestra, Mitteleuropa Orchestra Udine, North Checz Philharmonic Teplice, Varna Philhamonic Orchestra, “New Symphony Orchestra”, “Camerata Orphica”. Liliana Kehayova is vereerd om kamermuziekconcerten uit te voeren met musici als Milena Mollova (piano), Gerard Causse (altviool), Mario Hossen (viool), Vladimir Mendelssohn (altviool), Romain Leleu (trompet), Raffaele Mallozzi (altviool) , Rudolf Leopold (cello) en anderen. Ze trad op in zalen als Musikverein (Wenen), Athenaeum (Boekarest), Rudolfinum-Dvorak Hall en Smetana Hall (Praag), Palau de la Musica Catalana (Barcelona),en Bulgarije Hall (Sofia). In 2017 droeg componist Gheorghi Arnaoudov zijn concerto voor twee cello’s en strijkers “Antiphonia Dulcis Armonia” op aan Liliana en Lilia Schulz-Bayrova (haar voormalige leraar). Ze brachten het stuk in première op het internationale festival “Sofia Music Weeks” 2017. Een jaar later werd ze uitgenodigd om deel te nemen aan het openingsconcert van hetzelfde festival. Ze voerde het 1e Celloconcerto uit met het Sofia Philharmonic Orchestra van Marin Goleminov onder leiding van Maestro Mark Kadin.Liliana Kehayova is de oprichtster van de 1ste Nationale Wedstrijd, “Alfred Binner”, in Bulgarije, vernoemd naar de befaamde, Duitse vioolbouwer. De wedstrijd geeft jonge getalenteerde, Bulgaarse muzikanten de kans om te spelen op een instrument van de Duitse vioolbouwer uit Großenseebach in Beieren. Ze is momenteel professor cello aan de New Bulgarian University, lid van het Paganini Ensemble Wenen en sinds 2014, is ze algemeen secretaris van de International Music Academy Orpheus in Wenen.De Russisch-Duitse pianiste, Kristina Miller, werd in 1986 in Moskou geboren in een muzikale familie. Door haar uitzonderlijk talent voerde ze Mozarts Pianoconcerto nr. 23 reeds op achtjarige leeftijd uit met orkest. Zes jaar later nodigde prof. Rubina haar uit om te studeren aan een speciale muziekschool voor getalenteerde kinderen in St. Petersburg. Na al de eerste prijs te hebben gewonnen op de Internationale Pianowedstrijd van Berlijn (1999) en de tweede prijs op de Internationale pianowedstrijd van St. Petersburg (2000), markeerde het Russisch Ministerie van Cultuur haar uitzonderlijke prestaties als pianiste door haar de prijs voor artistieke ontwikkeling toe te kennen. Na haar afstuderen aan de speciale muziekschool in 2004 werd ze studente aan het St.Petersburg Staatsconservatorium. Gedurende deze tijd kreeg Kristina Miller de kans om op te treden in concertzalen zoals de Philarmonic Hall, de Capella Hall en de grote A. Glazunov Hall van het conservatorium in St. Petersburg.In 2006 won ze de Steinway Piano Award van het Steinway Haus in München en ging ze naar de Muziekuniversiteit van München om haar studie voort te zetten bij de pianist, Gerhard Oppitz. In 2012 voltooide Kristina Miller daar haar studie met een Master of Music met onderscheiding. In 2015 behaalde ze haar tweede Master Degree aan het Conservatorium van Wenen bij Prof. Dr. Johannes Kropfitsch (°1960), die o.a. een privé-leerling was geweest van Wilhelm Kempff. Als kamermusicus werkte Kristina Miller samen met o.a. Daniel Müller-Schott, Sergey Krylov, David Aaron Carpenter, Jan Volger, Pierre Amoyal en Danjulo Ishizaka. Naast diverse opnames voor de Beierse Radio, verscheen in 2008, haar eerste cd (foto) voor het Naxos Label, dat ze opnam met de violist, Nicolas Koeckert. In november 2017 debuteerde ze in de Berliner Philharmonie.Nikolai Myaskovsky Cello Sonatas Nikolai Rimsky-Korsakov Serenade for Cello and Piano Op. 37 Liliana Kehayova, cello Kristina Miller, piano cd Dynamic CDS7901