De fenomenale pianist, Jonathan Fournel, recente prijswinnaar van de prestigieuze Koningin Elisabethwedstrijd 2021 (waar hij niet alleen de Koningin Elisabethprijs won, maar ook de Koningin Mathildeprijs, de Musiq3 Publieksprijs en de Canvas-Klara Award!) heeft zich aangesloten bij het Alpha-label voor verschillende opnames, te beginnen met een Brahms-programma, opgenomen in de prachtige akoestiek van de muziekkamer van La Chaux-de-Fonds. De cd verschijnt op 5 november.De Pianosonate nr. 3 in fa klein, op. 5 werd gecomponeerd in 1853 en werd het volgend jaar gepubliceerd. De sonate is ongewoon uitgebreid en bestaat uit vijf bewegingen, in tegenstelling tot de traditionele drie of vier bewegingen. Toen Brahms deze pianosonate componeerde, werd het genre door velen gezien als uit de tijd. Brahms, verliefd op Beethoven en de klassieke stijl, componeerde de pianosonate met een meesterlijke combinatie van een vrije, romantische geest en strikt klassieke architectuur. Als verder bewijs van Brahms ‘affiniteit met Beethoven, is de pianosonate in de eerste, derde en vierde beweging, doordrenkt met het direct herkenbaar motief van Beethovens symfonie nr. 5. Gecomponeerd in Düsseldorf, markeerde de Sonate het einde van zijn cyclus van drie sonates en werd in november van dat jaar aan Robert Schumann gepresenteerd. Het was het laatste werk dat Brahms voor commentaar voorlegde aan Schumann. Brahms was amper 20 jaar oud en hij droeg zijn Sonate op aan gravin Ida von Hohenthal uit Leipzig.De tweede beweging begint met een citaat van een gedicht van Otto Julius Inkermann (1823-1862) (pseudoniem C.O. Sternau), “Der Abend dämmert, das Mondlicht scheint, da sind zwei Herzen in Liebe vereint und halten sich selig umfangen.” Misschien symboliseren de twee hoofdthema’s in dit Andante, de twee kloppende harten, die elkaar gedurende de hele beweging afwisselen. Net als het tweede thema van de expositie van de eerste beweging, is deze beweging een voorbeeld van progressieve tonaliteit omdat het eindigt op een andere toonaard als waarmee het begon.Inkermanns poëzie vond nl. de weg naar de romantische muziek van zijn tijd. In het voorjaar van 1849 componeerde Joachim Raff muziek op Zwei italienische Lieder (op.50) van Inkermann. Het werk voor alt of bariton met begeleiding van pianoforte werd in 1852 gepubliceerd. In 1850 werd Inkermanns tekst verbonden aan Carl Maria von Weber’s toneelmuziek “Preciosa”, uitgegeven door een Berlijnse uitgever. Jacques Offenbach plaatste enkele van zijn teksten in 1848/49 in Keulen op muziek en in 1853 plaatste de jonge Johannes Brahms lijnen van het liefdeslied “Junge Liebe” van Inkermann boven het begin van het Andante van zijn 3de pianosonate als motto. Ook gebruikte hij in 1864 regels uit Inkermanns landelijk, romantisch gedicht, “An die Heimat”, in het eerste van zijn 3 Kwartetten voor vier solostemmen en piano, “Quartette für vier Solostimmen (oder gemischten Chor) und Klavier” op. 64.De variaties en fuga op een thema van Händel, op. 24, dateert uit 1861. Het bestaat uit vijfentwintig variaties en een afsluitende fuga, gebaseerd op een thema uit Händels Suite nr. 1 voor klavecimbel in Bes HWV 434. De Händel variaties werden gecomponeerd in september 1861, nadat Brahms het vrouwenkoor in Hamburg had geleid. Hij verliet zijn benauwd en armoedig geboortehuis in Hamburg en verhuisde naar zijn eigen woonst in de stille buitenwijk van Hamm. Dit betekende het begin van een zeer productieve periode. Gecomponeerd in september 1861, werd het werk opgedragen aan Clara Schumann, zijn muzikale en persoonlijke mentor. Het werd haar aangeboden op 13 september voor haar 42ste verjaardag. Rond diezelfde tijd resulteerde zijn interesse in en beheersing van de piano ook in twee uitzonderlijke Pianokwartetten. Amper twee maanden later, in november 1861, componeerde hij zijn Schumann Variaties, op. 23, voor piano vierhandig.Vanaf zijn vroegste jaren als componist was de variatie als muzikale vorm van groot belang voor Brahms. Vóór de Händel variaties had hij reeds variaties gecomponeerd, evenals variaties in de langzame beweging van zijn op. 1, de pianosonate in C, en in kamermuziek (bvb. in het Poco adagio van zijn 2de Strijksextet). Brahms bestudeerde al geruime tijd barokke voorbeelden. In het bijzonder, in de tijd tussen zijn elf variaties op een origineel thema, in D (1857) en zijn veertien variaties op een Hongaarse melodie, in D (1854), op. 21, en de Händel Variaties op. 24, maakte Brahms een zorgvuldige studie van historische modellen, preludes en fuga’s, canons en dansen uit de barokperiode, getuige twee gigues en twee sarabandes die hij componeerde om zijn techniek te ontwikkelen. Het resultaat van deze historische studies werd duidelijk zichtbaar in zijn keuze van Händel voor het thema, evenals zijn gebruik van barokke vormen, waaronder de Siciliano-dans, de Franse school van Couperin en, meer in het algemeen, het veelvuldig gebruik van contrapuntische technieken.Jonathan Fournel (°1993) begon zijn muziekopleiding aan het conservatorium van Sarreguemines. Hij studeerde vervolgens aan de Hochschule für Musik van Saarbrücken bij Robert Leonardy en later aan het Conservatoire National Supérieur de Musique et de Danse de Paris, bij Bruno Rigutto, Brigitte Engerer, Claire Désert en Michel Dalberto. In 2013 behaalde hij de Eerste Prijs op het Concorso Gian Battista Viotti in Vercelli (Italië) en die van de Scottish International Piano Competition in Glasgow (Schotland). Na een opleiding van zeven jaar aan het CNSM van Parijs, behaalde hij in 2014, zijn masterdiploma en twee jaar later een diploma van ’Artiste-Interprète’. Sinds 2016 is Jonathan Fournel artiest in residentie in de Muziekkapel Koningin Elisabeth, onder leiding van Louis Lortie. In 2017 riep de Franse muzikale belangengroep Adami hem uit tot ‘révélation classique’.Brahms Piano Sonata No. 3 Op. 5 & Handel Variations Jonathan Fournel cd ALPHA851