Ter ere van de 50ste sterfdag van Godfried Bomans (1913-1971), de auteur van “Erik of het klein insectenboek”, koos Joost Prinsen zijn beste essays en beschouwingen. De lichtvoetige stijl, hét handelsmerk van Godfried Bomans, kwam nl. nergens beter tot zijn recht dan in zijn essays. Bomans schreef een groot aantal van die artikelen voor kranten en tijdschriften.
Ondanks het feit dat hij “officieel” niet behoort tot de canon van de geschiedenis van de Nederlandse literatuur, zijn weinigen zo bepalend geweest voor de Nederlandse literatuur als Godfried Bomans. Tussen 1946 en 1994, verschenen 8 bundels essays van Bomans, o.a. “De tijd van Dickens”, (hij was een specialist van Charles Dickens), “Gesprekken met bekende Nederlanders”, “Mijmeren met Bomans”, en “Een verdwenen facet van Haarlem”, beschouwingen van een man met humor, die bovenal heel erg goed kon schrijven, fijne beschouwingen over mensen en kleine en grotere dingen, die niet zo maar voorbij gingen, als ze maar aandachtig, teder en zacht, en liefde- en betekenisvol, geobserveerd werden. In “In alle ernst”, heeft Joost Prinsen de beste stukken uit deze essays bijeengebracht en van een treffende en interessante inleiding voorzien. Een puike prestatie!
Godfried Bomans werd in maart 1913, als zoon van een vooraanstaand Nederlands, rooms-katholiek politicus, geboren in Den Haag. Het gezin telde overigens vijf zoons en twee dochters. Een broer, Arnold Jan, werd pater in een trappistenklooster, en in de nadagen van zijn carrière, publiceerde zijn vader, een reeks historische romans, de Donald-cyclus. Godfried studeerde rechten in Amsterdam en wijsbegeerte in Nijmegen, maar zijn hart lag bij het schrijven. Als schrijver kwam hij in het kielzog van de Tachtigers en de Negentigers (o.a. P. C. Boutens), en van Simon Vestdijk, Ferdinand Bordewijk, Arthur van Schendel en Gerrit Achterberg. Tijdens de nazi bezetting, bood hij onderdak aan Joodse onderduikers, en in totaal schreef hij meer dan 60 boeken, waaronder een aantal heel bijzondere sprookjes, die hij eerst aan zijn dochter voorlas. Zijn “Erik of het klein insectenboek” bv., dat voor het eerst verschenen in 1941, was gebaseerd op de meer dan veertig verhaaltjes die hij reeds over insecten had geschreven. Wanneer hij die in 1939 terugvond, besloot hij op deze verhaaltjes, een groter werk te baseren.
Joost Prinsen putte uit zeven delen verzameld werk van Bomans, in totaal 6000 pagina’s met sprookjes, columns, feuilletons, letterkundige beschouwingen, feestredes, boekbesprekingen, bv. van “De avonden”, de debuutroman in 1947, van Gerard Kornelis van het Reve, en verslagen die varieerden van bijeenkomsten van politieke partijen tot een bezoek aan een kartonfabriek. Tel hier zijn radio- en televisiewerk bij op, plus het feit dat hij in vrijwel iedere stad ter wereld, lezingen heeft gegeven, dan heeft u een idee van zijn creatief leven. In het boek leest u o.a. wat Bomans schreef over Nicolaas Beets, (de Camera Obscura was zijn favoriete roman), over Piet Paaltjes en over de auteur van “Jaapje” (1917), Jacobus van Looy, sterk gewaardeerd binnen de kringen van de Tachtigers. Een mooie en deskundige uitgave. Warm aanbevolen.
Na het Stedelijk Gymnasium ‘s-Hertogenbosch, waarvan zes jaar op het internaat van het Bisschoppelijk College in Weert, volgde de bekende, Nederlandse acteur, presentator, zanger en columnist, Joost Prinsen (°1942), de opleiding aan de Toneelschool in Amsterdam. In 1969 begon hij zijn carrière bij Wim Sonneveld in de musical De Kleine Parade als schilder Jollema. Hij speelde in veel toneelstukken, musicals, hoorspelen en televisieseries, en nam ook enkele langspeelplaten op. Prinsen was docent aan de Kleinkunstacademie en genoot grote bekendheid met zijn tv-optredens, o.a. als presentator van “Met het Mes op Tafel”. In 2009 presenteerde hij bv. het televisieprogramma Dichter des Vaderlands voor de NPS.
Godfried Bomans In alle ernst De keuze van Joost Prinsen 259 bladz. uitg. Meulenhoff Boekerij B.V. EAN 9789029094849