Weinig historische onderwerpen zorgen voor meer discussie dan het slavernijverleden. In Slavernij en beschaving onderzoekt Karwan Fatah-Black hoe het denken over slavernij zich door de eeuwen heen heeft gevormd.De belangrijkste handelsroutes voor slaven in de wereldgeschiedenis liepen langs de karavaanroutes van de Sahara, maar ook over de Atlantische Oceaan en de Indische Oceaan. Hier werden tientallen miljoenen onvrijen over grote afstanden vervoerd. Van de 16de eeuw tot de 18de eeuw was de Atlantische Oceaan de grote slaven zee, met West-Afrika als belangrijkste exporteur. In de 19de eeuw werd de rol van de Atlantische Oceaan overgenomen door de Indische Oceaan, met Zanzibar als het middelpunt van expansieve handels- en plantage-economie. De trans-Saharaanse slavenhandel ontstond veel eerder en bleef parallel met de zeeroutes tot in de 20ste eeuw bestaan…Toen de Portugezen in de 15de eeuw begonnen met het verhandelen van slaven langs de West-Afrikaanse kust, was het vooral om tegemoet te komen aan de slavenbehoeften van de lokale Afrikaanse markten. Portugal wilde goud, geen slaven. De trans-Atlantische slavenhandel werd in een later stadium ontwikkeld toen de Portugezen al een routinematige Atlantische slavenhandelscultuur hadden opgezet. Toen de inheemse bevolking van Amerika in de 16de eeuw werd weggevaagd door de wreedheden van de conquistadores en epidemieën, stonden de slavenhandelaren klaar om de verloren arbeidskrachten te vervangen door onvrije Afrikanen. De handelskapitalistische globalisering oogstte ook slachtoffers in het oosten, rond de Indische Oceaan en de Zuid-Chinese Zee. Afrikanen werden te koop aangeboden in India, in de landen langs de Perzische Golf en op de Zuidoost-Aziatische eilanden. Maleisische slaven werden op de markt gebracht van China in het noordoosten tot de Kaapprovincie in het zuidwesten.De analyse van Karwan Fatah-Black, begint in de klassieke oudheid. Slavernij was in het oude Griekenland nl. een gangbare praktijk, stel u voor, net als in de andere samenlevingen van die tijd. Sommige klassieke Griekse schrijvers, waaronder Aristoteles, vonden slavernij natuurlijk of zelfs noodzakelijk. Deze auteur voert de lezer van de islamitische wereld naar onze eigen geschiedenis en leidt tot een ontluisterende conclusie. Meer dan we als bourgeois willen toegeven, zijn denkpatronen uit de koloniale tijd tegenwoordig nog altijd aanwezig. Met dooddoeners en vergoelijkingen en een schrijnend gebrek aan kennis, gaan we het echt gesprek uit de weg. Het wordt tijd om de ambities van de afschaffers van weleer nieuw leven in te blazen en de doorwerking van deze geschiedenis onder ogen te zien. Slavernij en beschaving van Karwan Fatah-Black is niet allen een prikkelende, scherpe kijk op onze omgang met het slavernijverleden, het is levensnoodzakelijke materie waar het er om gaat, wanneer we ons afvragen, wat zij wij eigenlijk, welke soort al dan niet goede of slechte mensen, zijn wij eigenlijk ?Karwan Fatah-Black (°1981) is universitair docent koloniale geschiedenis aan de Universiteit Leiden. Na zijn opleiding tot geschiedenisleraar aan de Hogeschool van Amsterdam, studeerde hij geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam. Fatah-Black promoveerde in 2013 aan de Universiteit Leiden op een proefschrift over Suriname en de trans-Atlantische handel. Twee jaar later werd hij in Leiden universitair docent. Eerder schreef hij o.a. “Eigendomsstrijd, De geschiedenis van slavernij en emancipatie in Suriname” (2018) en “Sociëteit van Suriname, 1683–1795. Het bestuur van de kolonie in de achttiende eeuw” (2019), en werkte hij mee aan de Wereldgeschiedenis van Nederland. Fatah-Black is lid van de denktank die betrokken is bij de grote tentoonstelling Slavernij in het Rijksmuseum volgend voorjaar. Op 1 juli 2020 hield hij de jaarlijkse Keti Koti Lezing.
Karwan Fatah-Black Slavernij en beschaving, Kleine geschiedenis van een paradox 192 bladz. uitg. ambo/anthos ISBN 9789026355028