Schuberts Octet voor strijkers en blazers getuigde van een nieuwe creatieve kracht tijdens een duister hoofdstuk in het leven van de componist, waarin hij werd gekweld door ziekte. Krachtig en fantasierijk, met vreugde en bezorgdheid, was het werk een eerbetoon aan Beethovens Septet. In de loop van zijn kort leven, onthulde Schubert in zijn 15 Strijkkwartetten, een poëtische en lyrische taal waarin de dageraad van de romantiek opkwam. De opname van deze Strijkkwartetten verschijnt op 11 februari.
Vanaf ongeveer 1817 maakte de nauwelijks 20-jarige Schubert, vanwege zijn intense betrokkenheid bij het werk van Beethoven, wiens genialiteit hij dacht nooit te kunnen evenaren, een aanzienlijke creatieve crisis door. Talloze onvoltooide werken uit deze periode, zoals een strijkkwartet in do klein en een Symfonie, getuigden daarvan. In 1824 leek Schubert de crisis te hebben overwonnen en hij werkte intens aan verschillende kamermuziekwerken. Het octet werd dit jaar door graaf Ferdinand Troyer, de Obersthofmeister van aartshertog Rudolf van Oostenrijk-Toscane en een uitstekende klarinettist, bij Schubert besteld.
Volgens een handgeschreven nota, was het octet voltooid op 1 maart 1824. Zelf schreef hij in een brief: “Ik wil zo de weg banen naar de grote symfonie”, waarschijnlijk een toespeling op de twee jaar later gecomponeerde, magistrale Grosse C dur Symfonie. In veel opzichten was het octet met zijn zes bewegingen, sterk geïnspireerd door het septet van Beethoven uit 1800, maar Schubert voegde in bijna elk opzicht, kleine extensies toe. Daarnaast baseerde Schubert zich voor het 1ste thema van de eerste beweging, op zijn lied “Der Wanderer”, en voor de charmante variaties van de 4de beweging, koos hij een thema uit zijn komisch Singspiel “Die Freunde von Salamanka” D.326 uit 1815.
Het guitig divertimento karakter dat Beethovens septet op. 20 kenmerkte, komt weliswaar ook voor in Schuberts midden bewegingen, maar op andere momenten, en vooral in het Adagio (tweede beweging), horen we de typisch dramatische en bezielde muziek die ook aanwezig was in zijn andere ontroerende kamermuziek uit die periode, het “Rosamunde” Kwartet (nr.13) en “Der Tod und das Mädchen” (nr.14). Aan de bezetting van Beethovens Septet, klarinet, hoorn, fagot, viool, altviool, cello en contrabas, voegde Schubert een tweede viool toe, die de dynamische balans tussen de strijkers, een strijkkwartet, en de drie blazers aanzienlijk verbeterde en de klank van het strijkersensemble versterkte. Schuberts octet voor klarinet, fagot, hoorn, twee violen, altviool, cello en contrabas, gecomponeerd in de lijn van een 18de-eeuwse serenade of cassatio, werd voor het eerst uitgevoerd tijdens een privé-concert in 1824. De eerste publieke uitvoering vond plaats in 1827 in de Wiener Musikverein. Het Quatuor Modigliani wordt voor deze opname vergezeld door Sabine Meyer (klarinet), Bruno Schneider (hoorn), Dag Jensen (fagot) en Knut Erik Sundquist (contrabas).Schubert componeerde zijn eerste strijkkwartetten als veertienjarige. Het was een genre dat hij tot in de laatste jaren van zijn leven zou blijven verkennen. Vijftien kwartetten van opmerkelijke originaliteit en betoverende lyriek, gingen de geschiedenis in en droegen tegelijk de erfenis van het klassiek tijdperk en een visie op de toekomst, gekenmerkt door de getijden van het leven, desillusie, ziekte, maar ook de bloei van een magistrale geest. Schuberts Kwartetten, het “Herzstück der Kammermusik”, worden stuk voor stuk virtuoos en prachtig gespeeld. Ze klinken fris en bijwijlen grappig en lyrisch. Schuberts latere kwartetten klinken dramatischer, soms grimmig met smachtende wanhoop en een unieke, melancholische expressie. “De gemeenschap met een vertrouwelijke ziel, de ontdekking van onbeschrijfelijke kleuren, de bewondering van een opmerkelijke boodschap waarvan de ideeën nooit ophouden te evolueren en te inspireren.” (Modigliani Quartet). Niet te missen!Het Quatuor Modigliani is een Frans strijkkwartet dat in 2003 in Parijs werd opgericht door vier goede vrienden, na hun studie aan het Conservatorium in Parijs. De mede oprichter en violist Philippe Bernhard verliet de groep in 2016 en werd vervangen door Amaury Coeytaux. Voor hij bij de groep kwam, was Coeytaux concertmeester van het Orchestre Philharmonique de Radio France. De oprichters studeerden bij het Ysaÿe Quartet in Parijs, volgden in 2004 les bij Walter Levin en György Kurtág, en kregen in 2005, de kans om aan de Universität der Künste in Berlijn, samen te werken met het Artemis Quartet. Ze trokken eerst de aandacht door in 2004 te winnen op de Frits Philips String Quartet-wedstrijd in Eindhoven, gevolgd door de Vittorio Rimbotti-wedstrijd in Florence in 2005 en de Young Concert Artists Auditions in New York in 2006.
In 2014 werd het kwartet artistiek leider van de “Rencontres musicales d’Évian”. Na een pauze van 13 jaar begon dit festival, gecreëerd in 1976 door Antoine Riboud, (1918-2002) oprichter en voorzitter van het bedrijf, “Danone” en eigenaar van de biscuits LU en Belin een nieuw leven, dankzij de gezamenlijke inspanningen van het Evian Resort en het Modigliani Quartet. De “Rencontres musicales d’Évian” werden beroemd gemaakt door voormalige artistiek leider, Mstislav Rostropovich, een goeie vriend van Antoine Riboud. De leden zijn Amaury Coeytaux en Loïc Rio, viool, Laurent Marfaing, altviool, en François Kieffer cello. De leden van het Quatuor Modigliani spelen elk op Italiaanse instrumenten. Amaury Coeytaux bespeelt een viool uit 1783 van Giovanni Battista Guadagnini, Loic Rio bespeelt een viool uit 1734 van Alessandro Gagliano, Laurent Marfaing bespeelt een altviool uit 1660 van Luigi Mariani, en François Kieffer bespeelt een cello uit 1706 van Matteo Goffriller.Schubert Octet Quatuor Modigliani Sabine Meyer Bruno Schneider Dag Jensen Knut Erik Sundquist cd Mirare MIR438
Schubert The String Quartets Quatuor Modigliani 5 cd Mirare MIR588