De Bourgondische tijd was in alle opzichten voorspoedig maar niet voor de positie van de edelvrouw. In deze overgangstijd van middeleeuwen naar renaissance pikten mannen het niet langer dat vrouwen in eigen naam bestuurden. De vrouwen verzetten zich, soms met de moed der wanhoop, tegen deze evolutie.De 15de eeuw beleefde het hoogtij van Bourgondië, maar was tevens een breuklijn in de positie van de edelvrouw. In deze overgangstijd van Middeleeuwen naar Renaissance, raakte de reële macht van heel wat adellijke dames nl. ondermijnd. Mannelijke kroniekschrijvers geloofden en herhaalden maar, dat bv. Margaretha van Brabant († 1380) de minnares van haar man had vermoord, dat Jacoba van Beieren († 1436) een lichtzinnig warhoofd was, dat Isabella van Portugal († 1472) door haar man, Filips de Goede, wegens ongehoorzaamheid werd gedumpt en verbannen, en dat Johanna van Castilië († 1555) echt waanzinnig was en dus terecht moest worden opgesloten. De eerste vrouw die alarm sloeg was Christine de Pisan (1364-1430), een Franstalige schrijfster van Italiaanse afkomst, die reeds op 25-jarige leeftijd weduwe was geworden. Ook later bestreden veel edelvrouwen, vooral de prinsessen en vorstinnen die voorbestemd waren om te regeren, de teloorgang van hun waardigheid.
In dit boek worden 10 edelvrouwen voorgesteld, Margaretha van Brabant, Margaretha van Male, Christine de Pisan, Jeanne d’Arc, Isabella van Portugal, Guigone de Salins, Jacoba van Beieren, Maria van Bourgondië, Johanna de Waanzinnige en Margaretha van Oostenrijk. Ze waren vaak moedig maar steeds meer machteloos.
Margaretha van Brabant (1323-1380) was de dochter van de beroemde Brabantse hertog Jan III en werd de echtgenote van de Vlaamse graaf, Lodewijk van Male. Hun dochter, Margaretha van Male (1350-1405) (foto), huwde met Filips de Stoute en werd de moeder van o.a. Jan zonder Vrees, (1371-1419). Jacoba van Beieren (1401-1436) was het derde kind en eerste dochter van de negen kinderen van Filips de Stoute en Margaretha van Male. Isabella van Portugal (1397-1471) (foto) was de dochter van de Portugese koning Johan I en Filippa van Lancaster. Ze was de derde vrouw van Filips de Goede, was regentes van de Bourgondische Nederlanden en werd de moeder van Karel de Stoute. Guigone de Salins (1403-1470) stichtte in 1443 met haar echtgenoot Nicolas Rolin, kanselier van Filips de Goede, de Hospices de Beaune (Hôtel-Dieu) (foto)
Maria van Bourgondië (1357-1482) (foto) was het enig kind van Karel de Stoute en Isabella van Bourbon. In 1477, trouwde ze met de 18-jarige kroonprins, Maximiliaan I van Oostenrijk. Johanna van Castilië (de Waanzinnige) (1479-1555) huwde met Filips de Schone en werd de moeder van keizer Karel V. Margaretha van Oostenrijk (1480-1530) (foto), de landvoogdes van de Habsburgse Nederlanden en de enige dochter van Maximiliaan I van Oostenrijk en Maria van Bourgondië, was de zuster van Filips de Schone.
Edward De Maesschalck, een bekend auteur van boeken over de Bourgondische vorsten, de graven van Vlaanderen en de Habsburgers, brengt deze vrouwen voor het voetlicht en laat hen opnieuw schitteren. Tussendoor gaat aandacht naar fenomenen als bastaards, nonnen, begijnen, zieneressen, politiek actieve vrouwen en vermeende heksen, (in “De Heksenhamer (1487), werden nl. alle vrouwen als potentiële heksen afgeschilderd), vrouwenkleren en juwelen, (Hoofse) liefde, seks en ongepaste mannengrappen. Niet te missen!
Edward De Maesschalck Moed en Tegenspoed Edelvrouwen in de Bourgondische tijd 303 bladz. geïllustreerd uitg. Sterk & De vreese ISBN 978 90 5615 872 9