“Germaine Tailleferre, Her Piano Works, Revived. 1”, door Nicolas Horvath, op het label Grand Piano. Een revelatie!

Germaine Tailleferre (1892-1983 is vooral bekend als het enige vrouwelijk lid van de Franse componistengroep, “Les Six”. Tot haar medestudenten aan het conservatorium behoorden immers Arthur Honegger, Darius Milhaud en Georges Auric en haar stijlvolle, vrolijke en luchthartige combinatie van neoclassicisme met scherpzinnigheid en energie, kan trouwens gerust vergeleken worden met de muziek van Poulenc en Milhaud. Ontdek op deze cd, 2 cycli, “Fleurs de France” (1930) en “Petites Ouvertures d’Airs Anciens”. Deze laatste is immers een World Première Recording. Van de boeiende Romance die ze tijdens haar studie componeerde, tot haar sprankelende muziek voor de internationale tentoonstelling van Parijs in 1937, tonen de stukken aan, dat Tailleferre zeer centraal stond in de toenmalige, Franse muziekscene. Deze opname, door de kleindochter van de componist omschreven als ‘alsof Tailleferre deze werken zelf uitvoert’, is het eerste van drie volumes met haar complete pianomuziek, gespeeld door Nicolas Horvath.

“Fleurs de France”, gecomponeerd in 1930 maar pas in 1962 gepubliceerd, is een reeks van acht eenvoudige pianostukken met elk een titel die verband houdt met bloemen, Jasmin de Provence, Coquelicot de Guyenne, Rose d’Anjou, Tournesol du Languedoc, Anthémise du Roussillon, Lavandin de Haute-Provence, Volubilis du Béarn en Bleuet de Picardie. De stukken verwijzen niet naar specifieke volksmuziek uit de regio, hoewel ze vaak een eenvoudige volksmuziekachtige kwaliteit hebben. Ze zijn toegankelijk voor amateurs. De enige uitdaging voor de pianist is om een consistente aanslag en soepel legato spel te behouden. Helemaal contrasterend is Pastorale Inca (1930), wiens 8/8-ritme (3+3+2), een levendig perpetuum mobile in F-groot ondersteunt. Pastorale Amazone is ook ritmisch gedreven en wordt gekenmerkt door een onregelmatige of samengestelde maatsoort, in dit geval 5/4. Een onveranderlijke pedaaltoon contrasteert hier met almaar wisselende harmonieën.

Tailleferre’s muzikale taal was opmerkelijk consistent gedurende haar hele carrière, van het Parijse Montparnasse tot de verenigde Staten. Haar grondige opleiding in klassieke harmonie blijkt uit haar arrangementen van wel 24 aria’s van Lully en Monteverdi en van Italiaanse en Franse componisten uit de Barok, in de cyclus, “Petites Ouvertes d’Airs Anciennes”, hier voor het eerst opgenomen. Maar haar originele werken combineren een essentieel classicisme met duidelijk 20e-eeuwse wendingen. Ze creëerde vaak tonale ambiguïteit of bitonale harmonie door twee of meer verschillende ostinati- of toonladderpassages over elkaar heen te leggen, en ze combineerde klassiek tonaal materiaal met complexere harmonie. Haar pianowerken bevatten daarenboven veel levendige, toccata-achtige bewegingen met aanstekelijke energie.

Inhoud “Petites Ouvertures d’Airs Anciens”:

Grand Dieu des Enfers (Jean-Baptiste Lully)

Répands, charmante nuit (Jean-Baptiste Lully)

Air pour la jeunesse (Jean Baptiste Lully)

Son confusa pastorella (Francesco Mancini)

Air de l’opéra Salustia (Giovanni Battista Pergolesi)

Soleva il traditore (Giovanni Battista Pergolesi)

Il nocchier nella tempesta (Giovanni Battista Pergolesi)

Sò che per gioco (Leonardo Leo)

Vorrei dai lacci (Leonardo Leo)

La pena che m’affanna (Gaetano Latilla)

Spero si ch’Amor (Johann Adolph Hasse)

Duri, e penosi (Claudio Monteverdi)

Lieti in grembo (Domenico Mazzocchi)

Plainte d’Erminia (Michelangelo Rossi)

Il n’est point d’amour sans peine (Michel Lambert)

Son lo scherzo (Alessandro Scarlatti)

Cara e dolce rimembranza (Alessandro Scarlatti)

Gran pena amar lontane (Flavio Lanciani)

Songez à faire usage (André Cardinal Destouches)

Tendre amour (André Cardinal Destouches)

Ce n’est point pour servir (Louis-Niclas Clerambault)

Ne cédons point à l’inconstance (Michel Pignolet de Montéclair)

Illustre et cher époux (Jean-Joseph Mouret)

Il fallait le voir au village (François-André Danican Philidor)

Ook humor was een opvallend kenmerk van Tailleferre’s stijl. Berceuse (1935) is een karikaturaal wieglied waarvan de toenemende chromatiek de toenemende irritatie en het ongeduld van de ouder weerspiegelt. Het heeft vijf korte secties, waarvan er drie worden herhaald. Gezien het karakter van de rest van het stuk is het verrassend dat het eindigt op een majeur akkoord. Er zijn aanwijzingen dat Funeral March (strip?) is gecomponeerd voor een film, het is gemakkelijk voor te stellen dat de tritonusverschuivingen (kenmerkend voor ‘enge’ muziek) een tekenfilm benadrukken.

In 1935 werd Tailleferre gevraagd om toneelmuziek te componeren voor “Madame Quinze”, een toneelstuk van Jean Sarment, over de relatie tussen Lodewijk XV en zijn minnares Madame de Pompadour. Het stuk werd geproduceerd door de Comédie Française, het oudste en meest prestigieuze Franse theater, en Tailleferre componeerde voor instrumenten die typerend waren voor die tijd. Haar Suite in de stijl ‘Louis XV’ bevat vier stukken die oorspronkelijk voor klavecimbel zijn geschreven, plus een vijfde stuk dat ze heeft toegevoegd toen het stuk in 1950 opnieuw werd opgevoerd. De textuur en versieringen doen denken aan de 18e eeuw, hoewel de harmonische taal eerder modern is.

De internationale tentoonstelling van Parijs van 1937 bracht Tailleferre twee opdrachten, waaronder “Au Pavillon d’Alsace” voor piano, onderdeel van een collectief werk waaraan veel van haar vrienden ook hebben bijgedragen. Het stuk van Tailleferre bestaat uit twee delen: een introductie met gepunte ritmes, kenmerkend voor de klassieke Franse ouverture, en een sprankelend snel deel dat Tailleferre op haar best laat zien. De twee delen werden hergebruikt in een eenakter, “Le Marin de Bolivar”, die ook op de tentoonstelling in première ging.

Nicolas Horvath (°1977) (foto) begon zijn muziekstudie aan Académie de Musique et de Théâtre Prince Rainier III in Monaco en maakte al snel indruk op een aantal artiesten die zijn mentor zouden worden. Op 16-jarige leeftijd trok hij de aandacht van de Amerikaanse dirigent Lawrence Foster voor hij in contact kwam met vooraanstaande internationale pianisten, zoals de bekende Liszt-specialist, Leslie Howard, Gabriel Tacchino, Philippe Entremont en Éric Heidsieck. Nicolas Horvath heeft talloze prijzen gewonnen, waaronder de eerste prijs op zowel de Scriabin als de Luigi Nono Internationale Wedstrijden. Hij staat bekend om het spelen van concerten van ongewone duur, soms langer dan twaalf uur, zoals de 15 Klavierstücke van Karlheinz Stockhausen en de nachtelijke uitvoering van de complete pianomuziek van Erik Satie in Parijs voor een cumulatief publiek van 14.000 mensen. In 2019 speelde hij samen met Philip Glass op dezelfde locatie een programma gewijd aan de pianomuziek van Glass.

Tracklist:

Exercice d’Hamonie

Impromptu

Romance

Pas Trop Vite

Pastorale 

Fandango

Hommage à Debussy

Tres Vite

Petites Ouvertures d’Airs Anciennes

Sous le Rempart d’Athenes

Sicilienne

Fleurs de France

Pastorale Inca

Pastorale Amazone

Berceuse

Suite Dans le Style “Louis XV”

Marche Funèbre

Au Pavillon d’Alsace

Germaine Tailleferre Her Piano Works, Revived (Vol. 1) Nicolas Horvath cd Grand Piano GP891

https://www.stretto.be/2020/05/25/les-six-satie-lalbum-des-six-voor-piano-4-handig-door-pascal-ami-roge-op-het-label-onyx-schitterend/